Wil een overheid grond verkopen, dan volgt uit het recente Didam-arrest dat alle geïnteresseerde partijen een gelijke kans op het stuk grond moeten krijgen (ECLI:NL:HR:2021:1778).
Overheden moeten mededingingsruimte en een passende mate van openbaarheid bieden. Als uitgangspunt moeten overheden een selectieprocedure met objectieve, toetsbare en redelijke criteria organiseren.
Tony van Wijk, Jasper Molenaar, Joske Hagelaars en Frank Cornelissen praten u bij op 2 februari 2022 bij over de gevolgen van dit arrest voor de grondpraktijk van overheden. Het arrest roept veel vragen op, zoals:
- Wat betekent het arrest voor reeds gesloten overeenkomsten?
- Welke gevolgen heeft het arrest voor projecten waarbij onderhandelingen gaande zijn, maar nog geen definitieve overeenkomsten zijn gesloten?
- Hoe verhoudt het arrest zich tot het aanbestedingsrecht?
- Moet een gemeente in het vervolg grondverkoop hetzelfde organiseren als een aanbesteding?
- Wanneer is sprake van een passende mate van openbaarheid?
- Welke rechtsbescherming hebben marktpartijen als door overheden niet de benodigde transparantie wordt geboden?
- Wanneer is sprake van 'uniciteit' (één geschikte gegadigde) zodat toch onderhands mag worden verkocht
Tijdens het webinar is er voldoende gelegenheid tot het stellen van van vragen.
Deelname aan het webinar is kosteloos.