1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
6 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 11

Voorjaarsnota 2023: verdere fiscale uitdagingen voor de vastgoedpraktijk?

Afgelopen vrijdag (28 april 2023) heeft het ministerie van Financiën de Voorjaarsnota 2023 (de Voorjaarsnota) gepresenteerd. De Voorjaarsnota bevat in bijlage 12 beleidsvoornemens om zogenoemde opmerkelijke ‘belastingconstructies’ te bestrijden. Een aantal van deze beleidsvoornemens zal een grote impact hebben voor de vastgoedpraktijk. Wij lichten de voorgenomen beleidsopties nader toe in deze blog. Daarnaast gaan wij kort in op de ontwikkelingen ten aanzien van box 3.

Overgang van onderneming en de pensioenpremieschuld: aansprakelijkheid van de bestuurder

Over de vraag of pensioenpremieschulden bij een overname mee overgaan op de verkrijgende werkgever, en of een pensioenuitvoerder vervolgens kan aankloppen bij deze werkgever, hebben wij al eerder aan de hand van rechtspraak een blog geschreven. Relevant is tevens of zo’n pensioenuitvoerder mogelijk ook nog kan aankloppen bij de (ex-)bestuurder van de overdragende onderneming tot betaling van de openstaande premieschulden. Daar zullen wij in deze blog op ingaan, in navolging van een recent arrest van de Hoge Raad.

De anti-misbruikbepaling voor lichamen met een herinvesteringsreserve (HIR)

Voor de heffing van vennootschapsbelasting zijn verschillende maatregelen opgenomen om ongewenste handel in lichamen (zoals BV’s) met herinvesteringsreserves tegen te gaan. Eén van deze maatregelen is aan de orde in deze te bespreken uitspraak. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur de herinvesteringsreserve in 2011 terecht aan de winst van de BV heeft toegevoegd vanwege de aandelenoverdracht voorafgaand aan de aankoop van onroerende zaak.

Hoge Raad: afgeleid verschoningsrecht rechtspersoon inzake SNS Reaal?

Op 3 april 2020 verscheen een arrest van de Hoge Raad inzake de lopende enquêteprocedure bij het voormalige SNS Reaal. Onderwerp van het geschil betrof de medewerkingsplicht in een enquêteprocedure. In dit blog bespreken wij enkele vragen die in het arrest naar voren komen. In hoeverre kunnen vennootschappen in het kader van een enquête weigeren om opgevraagde documenten af te geven met een beroep op een (afgeleid) verschoningsrecht? En wat is de rol van de raadsheer-commissaris van de Ondernemingskamer?

Vastgoedtransacties: de herinvesteringsreserve opnieuw aantrekkelijk?

De vastgoedmarkt is de laatste jaren enorm aangetrokken, waardoor vastgoed flink in waarde is gestegen. De verkoop van vastgoed door een vastgoedexploitant in zijn BV leidt in principe tot de heffing van vennootschapsbelasting over de gerealiseerde waarde (ofwel: boekwinst). Deze heffing kan een BV uitstellen door een herinvesteringsreserve te vormen voor de gerealiseerde boekwinst. Dit leidt tot een liquiditeitsvoordeel en rentevoordeel. Gezien de verwachte verlaging van de vennootschapsbelastingtarieven op basis van het Belastingplan 2019 van maximaal 25% in 2019 naar maximaal 20,5% in 2021 is de vorming van een HIR extra fiscaal voordelig geworden. In deze blog gaan wij nader in op de aspecten van een HIR aan de hand van praktijkvoorbeelden.

Wetsvoorstel spoedreparatie fiscale eenheid aangenomen door Eerste Kamer

Dinsdag 23 april 2019 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel ‘spoedreparatie fiscale eenheid’ aangenomen. In eerdere blogs hebben wij reeds de aanleiding van dit wetsvoorstel besproken (zie de blogs ‘De per-element benadering & spoedmaatregelen fiscale eenheid’ van 5 september 2018 en ‘Eindoordeel Hoge Raad inzake per-element benadering’ van 22 oktober 2018). In deze blog zullen wij na een korte inleiding van de per-element benadering, de gevolgen van het wetsvoorstel inhoudelijk bespreken. Er is specifiek aandacht voor de gevolgen ten aanzien van de verschillende renteaftrekbeperkingen en het behoud van verrekenbare verliezen bij belangrijke wijzigingen in het (uiteindelijke) belang.

Eindoordeel Hoge Raad inzake per-element benadering

Vrijdag 19 oktober 2018 heeft de Hoge Raad zijn eindoordeel geveld in twee belangrijke arresten over de per-element benadering onder het fiscale eenheidsregime. Deze arresten zullen waarschijnlijk als gevolg hebben dat de aangekondigde spoedreparatiemaatregelen in werking zullen treden en het fiscale eenheidsregime op termijn vervangen wordt door een toekomstbestendige concernregeling.

Executoriale verkoop van aandelen en blokkeringsregelingen

Stel, een bank verstrekt aan een bedrijf een lening. De bank wil zeker zijn dat de lening en eventuele rente wordt terugbetaald. De bank verzoekt daarom het bedrijf om extra zekerheid. Ter zekerheid van terugbetaling kan een pandrecht worden gevestigd op aandelen. Als het bedrijf zijn betalingsverplichtingen niet nakomt, kan de bank overgaan tot uitwinning van het pandrecht. De bank kan dan de aandelen verkopen om vervolgens uit de opbrengst de verschuldigde bedragen te voldoen. Hieronder zal ik kort ingaan op de mogelijkheden om een dergelijk pandrecht uit te winnen, de eventuele rol van een blokkeringsregeling (een in de statuten afgesproken beperking van verkoop van aandelen) en een recente uitspraak van de Hoge Raad over de impact die een blokkeringsregeling heeft op de uitwinning.

Geen overtreding van standstill-verplichting door EY

Voorgenomen fusies of overnames (gezamenlijk: “concentraties”) mogen niet tot uitvoering worden gebracht, zolang deze (i) niet zijn aangemeld bij de Europese Commissie of nationale mededingingsautoriteiten (zoals de ACM) en (ii) zijn goedgekeurd (de zogenaamde “standstillverplichting”). In Nederland moeten zorgaanbieders hun voorgenomen concentratie ook met inachtneming van de standstillverplichting bij de NZa melden. Overtreding van de standstill-verplichting (een zogenaamde valse start, of gun jumping) leidt tot een boete van de bevoegde (mededingings)autoriteiten. In een recente uitspraak heeft het hof verduidelijkt welke voorbereidingshandelingen op een concentratie buiten de reikwijdte van de standstillverplichting vallen (en dus voor goedkeuring al zijn toegestaan).