Wet Tijdelijke Huurkorting
Per 1 april 2021 is de Wet Tijdelijke Huurkorting in werking getreden. Wat houdt deze wet nu eigenlijk in? In dit artikel vertellen we u hier meer over.
Per 1 april 2021 is de Wet Tijdelijke Huurkorting in werking getreden. Wat houdt deze wet nu eigenlijk in? In dit artikel vertellen we u hier meer over.
In haar uitspraak van 31 maart 2021 heeft de rechtbank Limburg prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over diverse vraagstukken met betrekking tot Corona en Huur. We vatten de vragen van de rechtbank even kort samen.
Op 1 januari 2021 is de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) in werking getreden. Met de WHOA kan een dwangakkoord buiten surseance of faillissement worden bewerkstelligd. Dat akkoord kan door de schuldenaar of een daartoe aangewezen herstructureringsdeskundige worden aangeboden aan de vermogensverschaffers van de schuldenaar. Het akkoord kan inhouden dat rechten van die vermogensverschaffers worden gewijzigd. Degenen aan wie het akkoord wordt aangeboden en wiens rechten worden gewijzigd, stemmen over het akkoord. Dit gebeurt in klassen. Vervolgens is het aan de rechter om het akkoord te homologeren, dat wil zeggen: goed te keuren. Onder bepaalde voorwaarden kan de rechter het akkoord ook opleggen aan klassen die niet met het akkoord hebben ingestemd. Vandaar dat in die context ook wel de term ‘dwangakkoord’ wordt gebruikt.
Een belangrijk onderdeel van de WHOA-procedure is de klassenindeling en de stemming. Hoe maak je die klassenindeling? Waar moet rekening mee gehouden worden? Welke regels er voor de stemming en hoe verloopt dit praktisch gezien?
Wat voor rol speelt overheidssteun die de huurder ontvangt bij de vaststelling van de hoogte van de huurkorting als gevolg van corona? De rechtbank Gelderland oordeelt dat huurder aanspraak kan maken op TVL en dat de huurkorting daardoor lager uitvalt.
Op 29 januari jl. is de tweede uitspraak in een bodemprocedure over huurprijsvermindering voor een horecahuurder als gevolg van de Coronamaatregelen gepubliceerd. De rechtbank Amsterdam oordeelt dat een huurder – die een hostel exploiteert – recht heeft op een huurprijsvermindering van 42%.
Inmiddels zijn we ruim een halfjaar verder sinds de eerste coronamaatregelen zijn ingegaan. Na een korte versoepeling zijn eind september 2020 wederom nieuwe maatregelen van kracht geworden in verband met de ‘tweede coronagolf’. In dit kennisartikel bespreken we hoe rechters de afgelopen maanden hebben geoordeeld over de kwalificatie van de Coronacrisis als gebrek en onvoorziene omstandigheid. Verder bespreken we een uitspraak van afgelopen week waarin de rechter zich uitspreekt over de nieuwe maatregelen.
Afgelopen vrijdag heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een Caribische zaak met betrekking tot Timeshare-overeenkomsten. De ‘Koop breekt geen huur-regel’ (art. 7:226 BW) was in die casus niet van toepassing. Bovendien plaatst de Hoge Raad nog een interessante opmerking over gevallen waarin art. 7:226 BW toch wél de rechten van de huurders kan beschermen.
Afgelopen week oordeelt de rechtbank Noord-Nederland in kort geding dat de gedwongen sluiting van een café op grond van de Coronamaatregelen het huurgenot ontneemt. Dit vormt een gebrek waardoor huurder aanspraak kan maken op huurprijsvermindering, mits dit niet contractueel is uitgesloten. Verder bespreken we nog twee andere uitspraken, om zo een beeld te geven van hoe rechters omgaan met de Coronacrisis in huurverhoudingen.
Het wetsvoorstel voor de 'Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten' is bekendgemaakt. De wet maakt het mogelijk om tijdelijke huurovereenkomsten die zouden eindigen tussen 31 maart en 1 juli 2020, te verlengen met één, twee of drie maanden.
Minister Veldhoven van Milieu en Wonen en de verhuurdersorganisaties en brancheverenigingen (Aedes, IVBN, Kences, Vastgoed Belang) hebben afgesproken om tijdelijk geen huisuitzettingen te doen. Dit om ervoor te zorgen dat huurders die getroffen worden door de Coronacrisis niet op straat belanden. Verder heeft de minister spoedwetgeving aangekondigd die ziet op tijdelijke huurovereenkomsten.
Een wetswijziging in de faillissementswet geeft een huurder de mogelijkheid om in slechte tijden (maar vóór het faillissement) een huurprijsverlaging aan de verhuurder voor te stellen. Indien verhuurder daarmee niet akkoord gaat mag de huurder onder omstandigheden de huurovereenkomst rechtsgeldig opzeggen. Bij nieuwe langlopende huurovereenkomsten adviseren wij om nu al over deze toekomstige regeling na te denken.