Maak altijd duidelijke afspraken over IE-rechten
Vaak worden er geen duidelijke (schriftelijke) afspraken gemaakt over intellectuele eigendomsrechten. Toch is het van essentieel belang om dit wél te doen.
Vaak worden er geen duidelijke (schriftelijke) afspraken gemaakt over intellectuele eigendomsrechten. Toch is het van essentieel belang om dit wél te doen.
Veel medisch specialisten die werkzaam zijn in een algemeen ziekenhuis of een zelfstandig behandelcentrum (ZBC) zijn als vrij beroepsbeoefenaar georganiseerd in een Medisch Specialistisch Bedrijf (MSB). Het functioneren van het MSB en de relatie met het ziekenhuis/ZBC leidt in de praktijk tot diverse juridische en fiscale vraagstukken. Bijvoorbeeld welke verplichtingen voor het MSB voortvloeien uit sectorspecifieke wet- en regelgeving, vragen over de samenwerking met het ziekenhuis en de fiscale toetsing van het MSB door de Belastingdienst. In deze blogreeks gaan wij in op juridische en fiscale aspecten die spelen bij MSB-en. Dit artikel gaat over de verplichtingen die voor een MSB voortvloeien uit de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza).
Op 1 januari 2022 is de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) in werking getreden. De Wtza introduceert onder meer een vergunningplicht voor instellingen die medisch specialistische zorg (doen) verlenen en instellingen die met die met meer dan tien zorgverleners Wlz-zorg of Zvw-zorg (doen). De vergunningplicht geldt niet voor onderaannemers, tenzij de hoofdaannemer een «lege huls» is. In dit blog wordt ingegaan op de vergunningplicht voor onderaannemers van een «lege huls».
De Hoge Raad heeft een interessant arrest gewezen over de voortzetting van de huur van woonruimte door een samenwoner na het overlijden van de huurder. De verhuurder stelt dat samenwoner onvoldoende waarborg biedt voor een behoorlijke nakoming van de huur. De Hoge Raad concludeert, kort gezegd, dat de samenwoner de stelling van verhuurder onvoldoende gemotiveerd heeft betwist.
Recentelijk heeft de Hoge Raad een belangrijk arrest gewezen over de vergoeding van niet-gecontracteerde zorg aan restitutieverzekerden. De Hoge Raad bekrachtigt het arrest van het hof Arnhem-Leeuwarden, waarin de 'tweestappentoets' is ontwikkeld voor het beantwoorden van de vraag of een declaratie marktconform is. Daarmee maakt de Hoge Raad een einde aan de lopende discussie over de vraag welke zorgkosten in het kader van een restitutiepolis moeten worden vergoed.
Op 1 januari 2022 zijn de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza), de Aanpassingswet Toetreding zorgaanbieders (AWtza), het Uitvoeringsbesluit Wtza (UbWtza) en de Uitvoeringsregeling Wtza (UrWtza) in werking getreden. De Wtza introduceert een meldplicht voor nieuwe en bestaande zorgaanbieders, een vernieuwde vergunningenprocedure die de toelatingensystematiek van de WTZi vervangt en stelt eisen aan de bestuursstructuur van vergunningplichtige instellingen (onafhankelijke interne toezichthouder). In dit blog wordt ingegaan op de gevolgen van de Wtza voor pgb-aanbieders.
In een beschikking van de Rechtbank Den Haag van 18 april 2023 is geoordeeld dat de gevorderde buitengerechtelijke kosten niet in verhouding staan tot de schade en is de vordering tot vergoeding van deze kosten daarom afgewezen. De werkzaamheden van de gemachtigde van de verzoeker hielden volgens de rechtbank met name verband met het incasseren van voorschotten op de buitengerechtelijke kosten en niet met de afwikkeling van de schade van zijn cliënt. Daarnaast is het door de gemachtigde gehanteerde uurtarief van € 220,00 – gelet op zijn ervaring – onredelijk hoog.
Een schuldenaar kan op verzoek van zijn schuldeiser failliet worden verklaard als ‘summierlijk blijkt’ van het vorderingsrecht van de aanvrager en van minimaal twee schulden bij verschillende schuldeisers (waarvan in ieder geval één opeisbaar). Wordt het faillissement uitgesproken, dan staan in beginsel de rechtsmiddelen van verzet, hoger beroep en cassatie open. Maar kan het vonnis ook worden herroepen?
Als belastingplichtige kan het voorkomen dat je het niet eens bent met een aanslag of een fiscaal dwangbevel dat door de Belastingdienst is opgelegd. In dergelijke gevallen is het belangrijk om te weten wat je rechten zijn en welke stappen je kunt nemen om tenuitvoerlegging van het dwangbevel te voorkomen. In dit artikel gaan we hier nader op in.
Afgelopen vrijdag (28 april 2023) heeft het ministerie van Financiën de Voorjaarsnota 2023 (de Voorjaarsnota) gepresenteerd. De Voorjaarsnota bevat in bijlage 12 beleidsvoornemens om zogenoemde opmerkelijke ‘belastingconstructies’ te bestrijden. Een aantal van deze beleidsvoornemens zal een grote impact hebben voor de vastgoedpraktijk. Wij lichten de voorgenomen beleidsopties nader toe in deze blog. Daarnaast gaan wij kort in op de ontwikkelingen ten aanzien van box 3.
Zodra een merk is aangevraagd is het van belang om deze binnen vijf jaar na inschrijving te gaan gebruiken. In dit blog leest u waarom.