1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
2 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 12

Voorjaarsnota 2023: verdere fiscale uitdagingen voor de vastgoedpraktijk?

Afgelopen vrijdag (28 april 2023) heeft het ministerie van Financiën de Voorjaarsnota 2023 (de Voorjaarsnota) gepresenteerd. De Voorjaarsnota bevat in bijlage 12 beleidsvoornemens om zogenoemde opmerkelijke ‘belastingconstructies’ te bestrijden. Een aantal van deze beleidsvoornemens zal een grote impact hebben voor de vastgoedpraktijk. Wij lichten de voorgenomen beleidsopties nader toe in deze blog. Daarnaast gaan wij kort in op de ontwikkelingen ten aanzien van box 3.

Afscheidsbonus ná verkoop deelneming fiscaal niet aftrekbaar?

In een recente uitspraak van Rechtbank Gelderland kwam de vraag aan de orde of de afscheidsbonus voor het personeel van een vennootschap fiscaal aftrekbaar was bij de in Nederland gevestigde aandeelhouder van die vennootschap.

Ruimere uitleg winstbestemmingseis voor de zorgvrijstelling in de vennootschapsbelasting?

Op 19 januari 2022 heeft Rechtbank Zeeland-West-Brabant in een uitspraak uitleg gegeven aan de zogenoemde winstbestemmingseis voor de toepassing van de zorgvrijstelling voor de vennootschapsbelasting bij een zorgorganisatie die werkzaam is in de geestelijke gezondheidszorg en gehandicaptenzorg. Een voor de zorgpraktijk bijzonder interessante uitspraak omdat de zorgorganisatie een besloten vennootschap is waarvan de aandelen in het bezit zijn van vier besloten vennootschappen met een afzonderlijke natuurlijke persoon als aandeelhouder. Tegen deze uitspraak is inmiddels door de Belastingdienst hoger beroep ingesteld bij Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch.

Arrest Hoge Raad zorgt voor verdere verduidelijking renteaftrekbepaling artikel 10a Wet Vpb

Op 9 juli 2021 heeft de Hoge Raad een belangrijk arrest gewezen over de reikwijdte van artikel 10a Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb), een bepaling die renteaftrek uitsluit wanneer door middel van concernfinanciering sprake is van uitholling van de (Nederlandse) belastinggrondslag. Belangrijke conclusie uit dit arrest is dat die bepaling geen middel is waarmee alle de fiscus onwelgevallige structuren kunnen worden bestreden.

De anti-misbruikbepaling voor lichamen met een herinvesteringsreserve (HIR)

Voor de heffing van vennootschapsbelasting zijn verschillende maatregelen opgenomen om ongewenste handel in lichamen (zoals BV’s) met herinvesteringsreserves tegen te gaan. Eén van deze maatregelen is aan de orde in deze te bespreken uitspraak. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur de herinvesteringsreserve in 2011 terecht aan de winst van de BV heeft toegevoegd vanwege de aandelenoverdracht voorafgaand aan de aankoop van onroerende zaak.

Open fonds voor gemene rekening bij 98%-2% belangenverhouding!

In de praktijk wordt regelmatig een open fonds voor gemene rekening (hierna: open FGR) opgezet voor onder andere beleggings- en vermogensbeschermingsstructuren. De Belastingdienst stelt voor de kwalificatie van een open FGR doorgaans strenge eisen. Uit een uitspraak van Rechtbank Gelderland blijkt dat de Belastingdienst in de aanhangige casus de belangeneis van 90-10% voor een open FGR te strikt uitlegt.

Box 3 vastgoed: ontwikkeling van vastgoed in privé?

In de praktijk signaleren wij steeds vaker dat vastgoedbeleggers ontwikkelwerkzaamheden (laten) verrichten met betrekking tot hun vastgoedportefeuilles die als privé vermogen worden aangehouden. Voor de heffing van inkomstenbelasting speelt dan de discussie in hoeverre het vastgoed nog wel kwalificeert als belegging in box 3. De ontwikkelwerkzaamheden zouden dan immers kunnen kwalificeren als onderneming of werkzaamheid in box 1. In deze blog gaan wij in op de relevante inkomstenbelastingaspecten bij vastgoedontwikkeling in privé aan de hand van een recente uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant. In deze uitspraak oordeelt de rechtbank namelijk dat een voordeel vanwege de verbouwing van een voormalig postkantoor kwalificeert als resultaat uit overige werkzaamheid in box 1 voor belanghebbende.

Herinvesteringsreserve: voornemen tot herinvestering ondanks latere afsplitsing en verkoop aandelen binnen concern

Belanghebbende is een onroerend zaak vennootschap en heeft een herinvesteringsreserve (hierna: HIR) gevormd. Rechtbank Gelderland oordeelt dat belanghebbende aannemelijk maakt dat zij een herinvesteringsvoornemen heeft. Het voornemen is namelijk in 2007 door belanghebbende kenbaar gemaakt. Verder heeft belanghebbende in haar aangiften vennootschapsbelasting voor de jaren 2007 tot en met 2009 een HIR gevormd. In 2010 heeft belanghebbende een vervangende investering gedaan.

Vastgoedtransacties: de herinvesteringsreserve opnieuw aantrekkelijk?

De vastgoedmarkt is de laatste jaren enorm aangetrokken, waardoor vastgoed flink in waarde is gestegen. De verkoop van vastgoed door een vastgoedexploitant in zijn BV leidt in principe tot de heffing van vennootschapsbelasting over de gerealiseerde waarde (ofwel: boekwinst). Deze heffing kan een BV uitstellen door een herinvesteringsreserve te vormen voor de gerealiseerde boekwinst. Dit leidt tot een liquiditeitsvoordeel en rentevoordeel. Gezien de verwachte verlaging van de vennootschapsbelastingtarieven op basis van het Belastingplan 2019 van maximaal 25% in 2019 naar maximaal 20,5% in 2021 is de vorming van een HIR extra fiscaal voordelig geworden. In deze blog gaan wij nader in op de aspecten van een HIR aan de hand van praktijkvoorbeelden.

Wetsvoorstel spoedreparatie fiscale eenheid aangenomen door Eerste Kamer

Dinsdag 23 april 2019 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel ‘spoedreparatie fiscale eenheid’ aangenomen. In eerdere blogs hebben wij reeds de aanleiding van dit wetsvoorstel besproken (zie de blogs ‘De per-element benadering & spoedmaatregelen fiscale eenheid’ van 5 september 2018 en ‘Eindoordeel Hoge Raad inzake per-element benadering’ van 22 oktober 2018). In deze blog zullen wij na een korte inleiding van de per-element benadering, de gevolgen van het wetsvoorstel inhoudelijk bespreken. Er is specifiek aandacht voor de gevolgen ten aanzien van de verschillende renteaftrekbeperkingen en het behoud van verrekenbare verliezen bij belangrijke wijzigingen in het (uiteindelijke) belang.

Eindoordeel Hoge Raad inzake per-element benadering

Vrijdag 19 oktober 2018 heeft de Hoge Raad zijn eindoordeel geveld in twee belangrijke arresten over de per-element benadering onder het fiscale eenheidsregime. Deze arresten zullen waarschijnlijk als gevolg hebben dat de aangekondigde spoedreparatiemaatregelen in werking zullen treden en het fiscale eenheidsregime op termijn vervangen wordt door een toekomstbestendige concernregeling.