Kunnen buitengerechtelijke kosten op basis van een no-cure-no-pay overeenkomst redelijk zijn in de zin van artikel 6:96 BW?
Dat is de vraag die aan de orde komt in het arrest van de Hoge Raad van 26 september 2014 (ECLI:NL:HR:2014:2797). In deze zaak werd het verschil gevorderd tussen het honorarium dat was betaald aan de rechtsbijstandverlener op basis van een no-cure-no-pay overeenkomst (€ 33.750,--) en het door de aansprakelijke partij vergoede bedrag aan buitengerechtelijke kosten (€ 20.000,--).Op grond van artikel 6:96 lid 2, aanhef en onder b en c, BW komen redelijke kosten ter vaststelling van schade en aan...