1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
5 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 7

Afwijking van de tenzij-bepaling uit artikel 6:265 BW is mogelijk

De Hoge Raad heeft antwoord gegeven op de vraag of partijen de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW nader kunnen invullen of (zelfs) buiten werking kunnen stellen. De Hoge Raad overweegt dat artikel 6:265 lid 1 BW van aanvullend recht is. Het staat partijen dus in beginsel vrij om hiervan (en dus de tenzij-bepaling) af te wijken in de (huur)overeenkomst.

Ontwikkelingen in Den Haag: verhuurders worden beperkt in de hoogte van de waarborgsom bij verhuur van woonruimte

Uit de praktijk blijkt dat steeds meer verhuurders van woonruimte de waarborgsommen zien als een verdienmodel. In het aangenomen amendement van het lid Van Baarle bij het Wetsvoorstel Goed Verhuurderschap wordt een wettelijk maximum gesteld op de waarborgsom. Met het amendement wordt beoogd huurders bescherming te bieden tegen het verdienmodel van de verhuurder.

Serie wijziging verkoopregels bezit woningcorporaties, deel 5: maatschappelijk onroerend goed (MOG)

Op 26 november 2021 is het Besluit tot wijziging van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 gepubliceerd in de Staatscourant. Dit besluit moet een einde maken aan de complexe, starre en niet altijd logische verkoopregels voor woningcorporaties. In deze serie worden de belangrijkste wijzigingen in de verkoopregels voor woningcorporaties per categorie vastgoed besproken. In dit vijfde deel worden de nieuwe verkoopregels voor maatschappelijk onroerend goed (MOG) besproken.

Fosfaatrechtenverdeling bij opfokcontracten in het kader van wetenschappelijk onderzoek

In deze procedure vordert eiseres dat de opfokker de verkregen fosfaatrechten na het eindigen van de opfokovereenkomst aan haar overdraagt. Zij beroept zich primair op de een contractuele bepaling in de opfokovereenkomst over dierpremies en subsidiair op de aanvullende werking van redelijkheid en billijkheid in verband met de bijzondere achtergrond van de overeenkomst. De voorzieningenrechter ziet onvoldoende aanleiding om af te wijken van de hoofdregel dat de fosfaatrechten aan de opfokker toekomen. De vorderingen worden afgewezen (Rechtbank Midden-Nederland 30 juli 2018, ECLI:NL:RBMNE:2018:3645).

Contracteren in varkens(Neder)land

Op 17 juli 2018 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden arrest gewezen in een procedure tussen Varkenshandel Dijk, hierna: “Varkenshandel”, en een eigenaar van een zeugfokbedrijf en varkenshouderij, hierna: “Boer X”. Partijen hebben langere tijd zaken met elkaar gedaan en hebben daarbij afspraken gemaakt over het financieren van een zeugenstapel voor het zeugfokbedrijf. Tussen partijen is discussie ontstaan over de te betalen prijs voor geleverde biggen, een eigendomsvoorbehoud en in het verlengde daarvan de rechtmatigheid van een gelegd beslag.

Pro rato toewijzing fosfaatrechten aan uitschaarder

Rondom de fosfaatrechten heeft een voorzieningenrechter geoordeeld dat door een onvoorziene situatie een inschaarder een aanzienlijk voordeel heeft genoten, terwijl het houderschap van de dieren slechts 12 weken heeft geduurd. Bovendien dat een herverdeling van de fosfaatrechten op grond van de Meststoffenwet tot de mogelijkheden behoorde. De voorzieningenrechter komt aldus tot het voorlopig oordeel dat een redelijke toepassing van de in-/uitscharingsovereenkomst met zich meebrengt dat de fosfaatrechten conform de perioden van houderschap in diezelfde verhouding tussen partijen dienen te worden verdeeld.