Nieuwe drempelbedragen Europese aanbestedingen vastgesteld (2024-2025)
De verhoogde drempelbedragen gelden vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2025.
De verhoogde drempelbedragen gelden vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2025.
Aanbestedende diensten die een verbijzonderde interne controle uitvoeren of waar een accountantscontrole wordt uitgevoerd, lopen vaak tegen de vraag aan of bepaalde uitgaven vanuit aanbestedingsrechtelijk perspectief rechtmatig zijn. In een blogreeks gaan wij in op enkele veelvoorkomende vragen. In dit deel gaan wij in op de percelenregeling en het (niet-)wezenlijk wijzigen van een aanbestede overeenkomst.
Een inschrijver die nalaat in kort geding bezwaar tegen een gunningbeslissing te maken, kan zijn recht op schadevergoeding verliezen. Dat blijkt uit een uitspraak waarin door de aanbestedende dienst een zeer ruime, vergaande rechtsverwerkingsclausule in de aanbestedingsstukken was opgenomen.
Twentse gemeenten mochten met een beroep op quasi-inbesteding zonder voorafgaande aanbestedingsprocedure een overeenkomst tot het bewerken en verwerken van huishoudelijk restafval aan Twence Bioconversie B.V. en AVI Twente B.V. gunnen. Interessant is dat bij berekening van het zogenaamde “activiteitencriterium” ook de omzet van een derde mocht worden meegenomen omdat met die derde (de Stadt Münster) een zogenaamde ‘publiek-publieke samenwerking’ was aangegaan. Verder overweegt de rechter dat voor de berekening omzet niet als hoofdegel geldt, maar dat vrijelijk gekozen kan worden voor een andere geschikte berekening, zoals in dit geval de afgenomen tonnages afval.
Na de Raad van Arbitrage in Bouwgeschillen (RvA) heeft ook de voorzieningenrechter in Noord-Nederland zich uitgesproken over de prijsstijgingen in de bouw als gevolg van de oorlog in Oekraïne. Het vonnis ziet op de risicoregeling zoals deze is opgenomen in het beschrijvend document van een aanbestedingsprocedure. In die bepaling stond opgenomen dat risico’s van buiten die voor de inschrijver ten tijde van het doen van de inschrijving voorzienbaar zijn voor rekening van de inschrijver behoren te komen. De vraag ligt nu voor of de prijsstijgingen als gevolg van de oorlog kwalificeren als een van buiten komende onvoorziene omstandigheid. De voorzieningenrechter beantwoordt die vraag bevestigend.
Het Hof van Justitie heeft geoordeeld dat een quasi-inbestede opdracht moet worden aanbesteed zodra de verhoudingen tussen aanbestede en gecontroleerde rechtspersoon zodanig veranderen dat niet langer aan de vereisten voor quasi-inbesteding is voldaan.
In een recent vonnis oordeelt de rechtbank Rotterdam over de vraag of een aanbesteder op grond van zijn motiveringsplicht gehouden is om de inschrijvingsprijs van de winnende inschrijver mee te delen. Anders dan de rechtbank Midden-Nederland in een vergelijkbare zaak, oordeelt de Rotterdamse rechtbank in lijn met haar eerdere jurisprudentie dat bij de motivering van een afwijzing niet de prijs van de winnende inschrijving bekend gemaakt hoeft te worden.
In het tijdschrift Jurisprudentie Aanbestedingsrecht is een noot van Frank Cornelissen en Tony van Wijk gepubliceerd met de titel “Beoordelingselementen die de inhoud van inschrijvingen niet beïnvloeden: bestaan ze eigenlijk wel?”. Zij lichten toe onder welke omstandigheden ruimte tot nadere invulling van criteria wél bestaat en waar de grens ligt.
Op 19 oktober 2021 heeft de rechtbank Den Haag zich in een procedure tussen zorgkantoren en GGZ-aanbieders uitgesproken over het inkoopbeleid van diverse zorgkantoren. Op dit beleid, dat op de bedrijfsresultaten van Wlz-aanbieders wordt gebaseerd, zijn de aanbestedingsrechtelijke beginselen van toepassing. Het inkoopbeleid voldoet aan deze beginselen en houdt stand.
De Haagse voorzieningenrechter heeft zich recentelijk uitgelaten over de vraag of een inschrijver de communicatievoorschriften van de aanbestedende dienst heeft overtreden.
De verhoogde drempelbedragen gelden vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023.