Aanleg zonneparken op landbouwgrond verder beperkt
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft bij brief van 26 oktober 2023 aangekondigd de regels voor het aanleggen zonneparken op landbouw- en natuurgronden verder te beperken.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft bij brief van 26 oktober 2023 aangekondigd de regels voor het aanleggen zonneparken op landbouw- en natuurgronden verder te beperken.
Veel gemeenten hebben in hun beleid de uitgangspunten en criteria beschreven die zij hanteren voor de locatiekeuze voor grondgebonden zonneparken. Aan de hand daarvan kan beoordeeld worden of een zonnepark op die locatie ruimtelijk aanvaardbaar is. Een variant daarop is dat zonneparken in het gemeentelijk beleid uitdrukkelijk worden toegestaan of juist worden uitgesloten op bepaalde locaties. Zo ook in de gemeente Schagen.
Een tendens van de afgelopen jaren is dat steeds meer gemeenten beleid hebben vastgesteld voor de beoordeling van initiatieven om zonneparken te realiseren. Dat beleid kan grote consequenties hebben voor op dat moment al lopende aanvragen. Ook heeft dit beleid in de praktijk vaak tot gevolg dat meerdere initiatieven met elkaar moeten concurreren. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 16 februari 2022 twee uitspraken gedaan over het fair play beginsel en de procedure voor vergunningverlening van zonneparken in de gemeente Drimmelen. De Afdeling is van oordeel dat niet alle aanvragen objectief en op een gelijke wijze zijn beoordeeld.
De regering dient voor de algemene normen voor geluid, slagschaduw en veiligheid die gelden voor de bouw en het gebruik van windturbines een milieubeoordeling te maken. Zolang de regering deze beoordeling nog niet heeft gemaakt, mogen deze normen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling niet worden gebruikt. Dit blijkt uit de tussenuitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 30 juni 2021.
Op maandag 5 oktober jl. gaf staatssecretaris Van Veldhoven met een toespraak het startsein voor de landelijke bestuurlijke sessies over Omgevingsveiligheid. In een online gezelschap van burgemeesters, wethouders, gedeputeerden, dijkgraven, directeuren van omgevingsdiensten, veiligheidsregio’s en GGD’s lichtte zij een van de nieuwe instrumenten toe die de nieuwe Omgevingswet zal bevatten ter bevordering van de bespreekbaarheid van omgevingsveiligheid: het aandachtsgebied.
Art. 7j lid 1 van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet (hierna: Uitvoeringsbesluit) wijst enkele gemeenten aan die - bij wijze van experiment - voor een periode van 15 jaar vergunningsvrij zonnevelden mogelijk kunnen maken. De gemeenten die aan dit experiment meedoen zijn de gemeenten Heerhugowaard, Hoorn, Koggenland, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Weststellingwerf en Peel en Maas. Op initiatief van deze gemeenten is het experiment ontstaan, aangezien de invulling van bedrijventerreinen in deze gemeenten achterbleef bij de verwachtingen. Op deze manier kunnen gemeentelijke verliezen beperkt worden en kan een bijdrage aan duurzaamheid worden geleverd door de gronden tijdelijk voor zonnepanelen te gebruiken.
Dat een gemeente in beginsel bereid is om medewerking te verlenen aan de vaststelling van een bestemmingsplan, betekent niet zonder meer dat de gemeenteraad dit plan uiteindelijk dan ook moet vaststellen. De raad heeft namelijk beleidsruimte bij het besluit omtrent de vaststelling van een bestemmingsplan en moet de betrokken belangen afwegen.
De eerste uitspraak van de Afdeling bestuursrecht over het opleggen van een gedoogplicht voor de aanleg van een windpark. De Afdeling verwerpt met een uitgebreide motivering de vele bezwaren van twee grondeigenaren. De belangrijkste overwegingen worden in dit artikel besproken.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen voor twee zonneparken in de gemeente Borger-Odoorn “goedgekeurd”.
Op 14 augustus 2019 deed de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State een uitspraak over een vergunning voor een zonnepark in Rouveen (ECLI:NL:RVS:2019:2770). In die uitspraak heeft de Afdeling duidelijk gemaakt dat de aanleg van een zonnepark niet is aan te merken als een activiteit als bedoeld in onderdeel C of D van de bijlage bij het Besluit MER.
De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof Den Haag dat uitging van schadevergoeding exclusief waardevermindering door planschade!
Een zonnepark kan vergund worden op basis van artikel 4, onderdeel 11, van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor). In dat geval wordt een vergunning verleend voor een tijdelijke afwijking van het bestemmingsplan voor een periode van 10 jaar. In een uitspraak van 4 april 2018 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) dit goed gekeurd. Op 19 september 2018 zijn de spelregels voor het verkrijgen van een Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE) aangepast, waardoor een zonnepark dat gerealiseerd wordt met een kruimelvergunning niet (langer) subsidiabel is.