Nieuw ROZ-model Winkelruimte 2022
De Raad voor Onroerende Zaken (ROZ) heeft een nieuw modelcontract met bijbehorende algemene bepalingen gepresenteerd dat gebruikt kan worden bij de verhuur van 290-bedrijfsruimte.
De Raad voor Onroerende Zaken (ROZ) heeft een nieuw modelcontract met bijbehorende algemene bepalingen gepresenteerd dat gebruikt kan worden bij de verhuur van 290-bedrijfsruimte.
Een nieuwe klimaatregel, afgesproken in het in 2019 gesloten Klimaatakkoord, eist van bepaalde werkgevers (met meer dan 100 werknemers) dat zij de CO2-uitstoot meten van de reizen die haar werknemers maken. Het doel is om grotere duurzame mobiliteit te creëren en daarbij dus minder broeikassen in het verkeer. De CO2-winst die daarmee wordt gehaald is noodzakelijk voor het behalen van de klimaatdoelen. Wat betekent dit voor de inrichting van de bedrijfspanden van deze werkgevers?
Den Haag is voornemens meer huur(prijs)bescherming voor huurders van woonruimte te creëren. In dat kader zijn twee wetsvoorstellen en een ingrijpend plan van Minister Hugo de Jonge voor het zogenoemde ‘middensegment’ verschenen. Hieronder treft u – in het kort – een toelichting op deze ontwikkelingen.
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in maart 2021 een arrest gewezen dat 1 november 2022 pas is gepubliceerd. In dat arrest past het hof een specifieke variant van de afstemmingsregel uit het Zonshofje I-arrest toe. Een koers die wat mij betreft is toe te juichen.
Zoals ik u eerder schreef komt de Label C-verplichting voor kantoorgebouwen per 1 januari 2023 snel naderbij. Inmiddels heeft de overheid richtlijnen gepubliceerd voor de handhaving van de Label-C verplichting door de gemeenten.
Per 1 januari 2023 moet veel van de kantoorruimte in Nederland voldoen aan de zogenoemde Label C-verplichting. Als het kantoorpand niet over een energielabel C of beter beschikt, mag het niet als kantoor gebruikt worden. Zowel voor eigenaren (verhuurders) als voor gebruikers (huurders) is deze verplichting van groot belang.
Als een leverancier en winkelier afstemmen welke wederverkoopprijs de winkelier in rekening brengt, levert dat een concurrentiebeperking op die een overtreding van het kartelverbod kan opleveren (zogenaamde ‘verticale prijsbinding’). Op 17 oktober 2022 heeft de Autoriteit Consument & Markt (‘ACM’) de campagne “wie bepaalt de prijs” gestart die handvatten aan leveranciers en afnemers moet bieden om een overtreding in ieder geval te voorkomen.
In een opvallende uitspraak heeft de rechtbank Den Haag op 12 januari jl. (publicatie 19 augustus jl.) de vorderingen van de verhuurder om de huurder te veroordelen bepaalde investeringen uit te voeren afgewezen wegens gebrek aan belang (artikel 3:303 BW). Deze uitspraak is opvallend, aangezien een dergelijke afwijzing in de praktijk weinig voorkomt.
Op 29 september 2022 heeft de Europese Commissie (‘Commissie’) richtsnoeren gepubliceerd over het kartelverbod en collectieve onderhandeling door zzp’ers. Het kartelverbod kan de mogelijkheden beperken van zzp’ers om gezamenlijk afspraken te maken over bijvoorbeeld tarieven en arbeidsduur. In de richtsnoeren verduidelijkt de Commissie wanneer bepaalde zzp'ers collectief kunnen onderhandelen over betere arbeidsvoorwaarden zonder de mededingingsregels van de EU te schenden en geeft zij aan in welke gevallen niet handhavend op te zullen treden.
Op 1 januari 2022 is de Wet opkoopbescherming in werking getreden. Deze wet geeft gemeenten (tijdelijk) de bevoegdheid om in hun huisvestingsverordening gebieden aan te wijzen waarin het verhuren van goedkope en middeldure koopwoningen. Doel is om koopstarters en de middeninkomens meer kans te geven op een betaalbare koopwoning of om extra druk op de leefbaarheid als gevolg van de opkoop van woningen voor verhuur te beperken (buy-to-let). Gemeenten mogen deze bevoegdheid dan ook alleen aanwenden indien zij dat noodzakelijk en geschikt achten voor het bestrijden van schaarste aan goedkope en middeldure koopwoningen of voor het behoud van de leefbaarheid van de woonomgeving. In dit artikel staan we stil bij de gevolgen van deze nieuwe wet voor verhuurders.
Dat hangt vooralsnog af van het net… Recent heeft de rechtbank Rotterdam het oordeel van de Autoriteit Consument & Markt (‘ACM’) bevestigd dat drinkwaterbedrijven geen ondernemingen zijn de zin van de Mededingingswet (‘Mw’). Het misbruikverbod (artikel 24 Mw) en het kartelverbod (artikel 6 Mw) zijn niet op hen van toepassing. De ACM beschouwt beheerders van regionale elektriciteitsnetten (in zeer voorzichtig geformuleerde bewoordingen) momenteel mogelijk als ondernemingen waarop deze verboden van toepassing zijn.
Op 1 juni 2022 is de nieuwe groepsvrijstellingverordening voor verticale overeenkomsten (met bijbehorende richtsnoeren) van de Europese Commissie in werking getreden. De groepsvrijstellingsverordening zondert bepaalde (distributie)overeenkomsten tussen ondernemingen in verschillende schakels van de keten uit van het Nederlandse en Europese kartelverbod, mits hun gezamenlijk marktaandeel kleiner is dan 30% en de overeenkomst geen hardcore beperking bevat.