Deel V Wetsvoorstel Franchise: gevolgen voor de praktijk
Het koninklijk besluit is genomen. Op 1 januari 2021 treedt de Wet Franchise in werking.
Het koninklijk besluit is genomen. Op 1 januari 2021 treedt de Wet Franchise in werking.
De Autoriteit Consument en Markt stelt 5 vuistregels voor het maken van reclame voor duurzame energieproducten en -diensten. De energietransitie wordt nu dus ook vanuit reclamerechtelijk perspectief bezien.
Op 21 april 2020 verscheen de Handreiking Gedragscode (on)gewenste omgangsvormen van TNO. In deze twee blogs bespreken wij de Handreiking en gaan wij nader in op de aandachtspunten voor werkgevers bij het toepassen van de Handreiking in de eigen organisatie. Hoe kunt u als werkgever zorgen voor een integere organisatie? In het eerste blog gaan wij in op de achtergrond en de opbouw van de Handreiking.
In de praktijk wordt regelmatig een open fonds voor gemene rekening (hierna: open FGR) opgezet voor onder andere beleggings- en vermogensbeschermingsstructuren. De Belastingdienst stelt voor de kwalificatie van een open FGR doorgaans strenge eisen. Uit een uitspraak van Rechtbank Gelderland blijkt dat de Belastingdienst in de aanhangige casus de belangeneis van 90-10% voor een open FGR te strikt uitlegt.
Als u (nog) niet wilt trouwen maar toch uw relatie officieel wilt maken, kunt u kiezen voor geregistreerd partnerschap. Dan weet u zeker dat de wet automatisch een aantal zaken voor u regelt. Dat is handig als u bijvoorbeeld kinderen krijgt. Of als het uw wens is dat ingeval van overlijden uw partner en uw kinderen uw vermogen verkrijgen, maar dat uw kinderen hun erfdeel nog niet direct moeten kunnen opeisen.
Op een dag besluit je samen verder te gaan en te gaan samenwonen. Samenwonen kan van de ene op de andere dag. Voor samenwoners heeft de wet niets geregeld. Dat kan soms ongewenste situaties opleveren. Om die te voorkomen of wanneer u speciale afspraken met uw partner wilt vastleggen, kunt u een notariële samenlevingsovereenkomst opstellen.
Een werknemer heeft tijdens Coronaquarantaine recht op doorbetaling van (100% van) het loon, zo oordeelde de rechtbank Limburg recentelijk. Een verplichte quarantaine is namelijk een omstandigheid die - in principe - niet voor rekening van de werknemer komt, aldus de rechtbank.
De rechtbank Gelderland overwoog in een recente ontslaguitspraak expliciet dat voor ambtenaren een hogere integriteitsmaatstaf geldt.
De staatssecretaris van Financiën heeft op vrijdag 6 september 2019 in een brief aan de Tweede Kamer de contouren geschetst voor de aanpassing van de vermogensrendementsheffing in de inkomstenbelasting in box 3. Naar verwachting werkt het Ministerie van Financiën voor de zomer van 2020 een wetsvoorstel uit voor de Tweede Kamer, waarna het aangepaste box 3-regime per 1 januari 2022 in werking treedt. In deze blog behandelen wij de gevolgen van de aanpassing voor de vastgoedbelegger in privé.
Voor veel ondernemers heeft de coronacrisis ingrijpende negatieve gevolgen. Er zijn zorgen over teruglopende omzetten, de liquiditeitspositie, de winstgevendheid, de continuïteit van de onderneming, het personeel en de inrichting van de toekomstige bedrijfsvoering. Dit neemt niet weg dat er voor een (familie)onderneming met toekomstperspectief in deze tijd ook kansen liggen. De komende tijd schrijven wij enkele artikelen over kansen die de coronatijd biedt. In dit artikel behandelen we de overdracht van aandelen in de onderneming aan kinderen (bedrijfsopvolging).
Op Prinsjesdag 2018 kondigde het kabinet een wetsvoorstel aan op basis waarvan inkomstenbelasting in box 2 zou worden geheven over het bovenmatige gedeelte van schulden aan de vennootschap van de directeur-groot-aandeelhouder en andere aanmerkelijkbelanghouder (hierna tezamen: AB-houder). Een conceptwetsvoorstel is ter consultatie aangeboden aan geïnteresseerden. Op 17 juni 2020 is een definitief wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel komt grotendeels overeen met het conceptwetsvoorstel, al zijn er ook aanpassingen te ontdekken. In dit artikel wordt daarop ingegaan.
Eind mei 2020 is belangrijke rechtspraak verschenen van ons hoogste rechtscollege de Hoge Raad over de toepassing van de fiscale bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) bij schenking van aandelen in een onderneming. Op het moment van de schenking dient de schenker via zijn aandelenbelang vijf of meer jaren in het bezit te zijn van de onderneming. De Hoge Raad heeft meer duidelijkheid gegeven over de uitleg van deze zogenoemde bezitseis ingeval in de tussenliggende periode aandelen in een dochtermaatschappij of activa-passiva zijn verworven. Dit artikel behandelt in het kort de bedrijfsopvolgingsregeling en deze ontwikkeling in de rechtspraak.