Huur of concessie?
Een huurovereenkomst van parkeerterreinen kwalificeert als concessieovereenkomst in de zin van de Aanbestedingswet als de 'huurder' ook verplicht is de terreinen te exploiteren.
Een huurovereenkomst van parkeerterreinen kwalificeert als concessieovereenkomst in de zin van de Aanbestedingswet als de 'huurder' ook verplicht is de terreinen te exploiteren.
De Onteigeningswet verplicht tot een schadeloosstelling in geld. Omdat onteigening een uiterste middel is stelt de Kroon niettemin de eis dat de onteigenende partij de voorkeur van de eigenaar voor een andere oplossing dan "een zak geld" wel serieus onderzoekt. Het KB Stompwijk-Verbindingsweg is daar een mooi voorbeeld van.
In haar uitspraak van 13 juni 2018, Planschade Lingewaard, herhaalt de Afdeling bestuursrechtspraak het kader voor normaal maatschappelijk risico bij woningbouw op een inbreidingslocatie. Een waardevermindering tot 5 % van de waarde behoort bij gevallen van in de lijn der verwachtingen zijnde woningbouw op een inbreidingslocatie in een woonkern in beginsel tot het normale maatschappelijke risico van de aanvrager.
In het Koninklijk Besluit van 14 mei 2018 oordeelde de Kroon over een beroep op zelfrealisatie door de rechthebbende op een zakelijk recht van gebruik en bewoning. De Kroon zet het kader voor een beroep op zelfrealisatie uiteen en licht toe dat een dergelijke beroep in beginsel toekomt aan de eigenaar, niet de gebruiker.
Als gevolg van de bestemming "groen" in een nieuw bestemmingsplan zijn de bebouwingsmogelijkheden van het perceel van Allibre komen te vervallen. In hoger beroep gaat het om de vraag of aan Allibre passieve risicoaanvaarding kan worden tegengeworpen. Eigenaar Allibre voerde aan dat de voorheen bestaande bouwmogelijkheden feitelijk niet konden worden gerealiseerd omdat het perceel sinds 2008 volledig door bebouwing is ingesloten, waardoor het perceel geen toereikende ontsluiting meer had.
De gemeente Kaag en Braassem heeft in juni 2016 een verzoekbesluit genomen, en dat besluit in september 2016 bekrachtigd. Ruim anderhalf jaar later oordeelt de Kroon dat het eerste verzoekbesluit prematuur was. Het tweede raadsbesluit heeft niet geholpen.
De te onteigenen partij die geen klare wijn schenkt ten aanzien van huurders en pachters krijgt het deksel op de neus. Het zelfde geldt voor de te onteigenen partij die in de onderhandelingen zelf geen 'vraagprijs' op tafel legt.
In het KB Pekela oordeelt de Kroon dat overeenstemming over de aankoop van de bloot eigendom niet afdoet aan de noodzaak tot onteigening. Lees meer…