‘Schriftformheilungsklauseln’ in huurcontracten zijn ongeldig
In een recent arrest heeft de hoogste Duitse rechter geoordeeld dat zogenaamde ‘Schriftformheilungsklauseln’ in huurcontracten ongeldig zijn.
In een recent arrest heeft de hoogste Duitse rechter geoordeeld dat zogenaamde ‘Schriftformheilungsklauseln’ in huurcontracten ongeldig zijn.
Ook dit jaar ondergaat het Duitse recht weer een aantal belangrijke wijzigingen. Vooral het bouwcontractenrecht en het arbeidsrecht zijn momenteel aan veel veranderingen onderhevig. In dit kennisartikel zullen de belangrijkste wijzigingen binnen deze twee rechtsgebieden nader onder de loep worden genomen.
Sinds 1 januari 2018 geldt in Duitsland een nieuw bouwcontractenrecht. Het betreft enkele belangrijke veranderingen die voorheen nog niet wettelijk waren vastgelegd. Vooral de positie van particuliere opdrachtgevers is aanzienlijk versterkt. Dit is ook van belang op Nederlandse bouwbedrijven met projecten in Duitsland. Doet u als Nederlandse aannemer zaken in Duitsland, dan is de nieuwe regeling in beginsel ook op u van toepassing. In dit artikel leest u wat er precies is gewijzigd en waar u voortaan op bedacht moet zijn.
Veel ondernemingen hebben een aanbiedingsplicht opgenomen in de statuten. Door het opnemen van deze verplichting moet de BV bij het vervreemden van aandelen eerst de aandelen ‘aanbieden’ aan de mede-aandeelhouders. Maar hoe ruim moet het begrip mede-aandeelhouders worden geïnterpreteerd?
Een boer op een middelgroot of groot bedrijf oogst zijn gewassen doorgaans niet zelf, maar besteedt dit uit aan een loonwerkbedrijf. Daarbij komt het met enige regelmaat voor dat een loonwerker per ongeluk de gewassen van een andere boer oogst. Mag de gedupeerde boer in zo’n geval een aangeboden compensatie, in de vorm van andere maïs, weigeren? Daarover ging de uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 30 mei 2017 (ECLI:NL:GHARL:2017:4651).FeitenAppellant (gedupeerde boer) en geïnt...
Het gerechtshof Den Haag heeft op 7 november 2017 arrest gewezen over de termijn die een huurder van woonruimte heeft om tegen opgelegde vergoedingen voor het gebruik van nutsvoorzieningen en servicekosten op te komen (ECLI:NL:GHDHA:2017:3162). Naar het oordeel van het hof behelst de wettelijke regeling een vervaltermijn, zodat de hoogte van de doorbelaste kosten in ieder geval vaststaan na het verstrijken van 30 maanden, ook ten overstaan van de (kanton)rechter. Het arrest is tevens interess...
Rechten van een eigenaar van een onroerende zaak en rechten van een eigenaar/gebruiker van een naburig perceel kunnen met elkaar botsen. De voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft op 7 juli 2017 geoordeeld over een ondoorzichtig scherm wat enkel zicht recht van voren ontnam. Als schuin langs het scherm werd gekeken, was er wel zicht op het perceel van de buren. Om die reden heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat zonder toestemming van de buren het dakterras binn...
X is eigenaar geworden van een kantoorgebouw. Daarin huurt L&H een kantoorruimte. L&H gaat echter failliet, waarna X een beroep doet op een bankgarantie. Die bankgarantie was door de bank verstrekt voordat X eigenaar werd van het kantoorgebouw, ten behoeve van de “verhuurder of zijn rechtverkrijgende(n)”. De bank heeft aan het betalingsverzoek van X voldaan, en het uitbetaalde bedrag ten laste gebracht van het positieve banksaldo van L&H.Tegen het inwilligen van het betalingsverzo...
Een vrouw is in algehele gemeenschap van goederen gehuwd met een man. Enkele jaren later hebben partijen huwelijkse voorwaarden opgesteld, waarbij elke huwelijksgoederengemeenschap werd uitgesloten. Partijen verkrijgen een woning in gezamenlijke eigendom tegen een koopsom van € 730.000 (k.k.). Ter financiering van de koop sluiten ze een hypothecaire lening bij de Rabobank voor € 460.000 af en daarnaast sluiten ze nog een lening af voor € 473.000. De man wordt enige tijd later in staat van fai...
In navolging van de Tweede Kamer heeft de Eerste Kamer gisterenmiddag met de kleinst mogelijke meerderheid (38 voor en 37 tegen) ingestemd met het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Swinkels, Recourt en Van Oosten om de omvang van de wettelijke gemeenschap van goederen tussen echtgenoten/geregistreerd partners te beperken (33987). Dit betekent voor huwelijksgemeenschappen die na inwerkingtreding van dit wetsvoorstel ontstaan onder meer dat hetgeen een echtgenoot verkrijgt krachte...
In veel huwelijksvoorwaarden is een periodiek verrekenbeding opgenomen, waarbij de echtelieden afspreken dat het overgespaarde inkomen jaarlijks zal worden verrekend. Maar wat wordt er verstaan onder het begrip inkomen? Het is van essentieel belang om dit in de huwelijksvoorwaarden goed te definiëren om ongewenste gevolgen te voorkomen. Recent lag de navolgende casus voor aan de Hoge Raad.CasusAls inkomensbegrip was in de huwelijksvoorwaarden opgenomen ‘inkomsten uit arbeid, waaronder mede be...
Transformatie en overdrachtsbelasting: "kantoor en/of woning (2)" Inleiding/AlgemeenSinds 1 januari 2012 kent artikel 14 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer (“WBR”) een tweede lid waarin wordt geregeld dat voor de verkrijging van een woning een verlaagd overdrachtsbelasting-tarief van 2% geldt. Voor andere onroerende zaken dan woningen geldt derhalve nog altijd een tarief van 6%. Blijkens de Wetsgeschiedenis wordt onder woningen verstaan “onroerende zaken die op het moment van de...