1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.
1 filter(s) actief

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

  • U heeft geselecteerd:
  • Combineren met:
  • Combinatie niet mogelijk met:

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

  • Combinatie niet mogelijk met:
Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 37

De vergeten uitvoerbaarverklaring bij voorraad: aanvulling (32 Rv) of toch incidentele vordering (art. 234 Rv)?

In een recent arrest (ECLI:NL:GHAMS:2020:3234) vult het Hof Amsterdam zijn arrest aan op grond van art. 32 Rv door de proceskostenveroordeling alsnog uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Dat inmiddels ook de cassatieprocedure loopt waarin via een incidentele vordering ook een uitvoerbaarverklaring bij voorraad had kunnen worden gevorderd, staat daaraan niet in de weg.

Appel tegen van het oorspronkelijke verzoek afwijkende toewijzing van een voorlopig deskundigenbericht: vervolg

Een tijd terug schreef ik een blog over een arrest van het Hof Arnhem-Leeuwarden dat ik opmerkelijk achtte in het licht van het rechtsmiddelenverbod van artikel 204 lid 2 Rv, en waarvan ik twijfelde aan de juistheid van 's Hofs oordeel. Onlangs zag het Hof Amsterdam zich geconfronteerd met een vergelijkbare kwestie. Het Hof Amsterdam pakt het anders aan.

Dwangsom en de onmogelijkheid om aan de hoofdveroordeling te voldoen

In zijn arrest van 13 november 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1783) oordeelt de Hoge Raad dat als de te veroordelen partij reeds vóórdat de uitspraak wordt gedaan al het mogelijke heeft gedaan om ervoor te zorgen dat de hoofdveroordeling zal worden nageleefd, geen dwangsom behoort te worden opgelegd. Intussen is het wel nog steeds de vraag of deze kwestie ook in een art. 611d Rv-procedure aan de orde gesteld kan worden.

Proceskostenveroordeling en -compensatie: A-G Van Peursem licht toe

De partij die in het ongelijk wordt gesteld wordt - conform de welbekende regel van artikel 237 Rv - in de proceskosten veroordeeld. Maar wat nou als een partij inhoudelijk (ten aanzien van de grondslag van de vordering) in het gelijk wordt gesteld, maar de rechter slechts een deel van het door die partij gevorderde bedrag toewijst? A-G van Peursem gaat in een lezenswaardige conclusie in op - onder meer - die vraag.

Voeging in twee instanties

Een partij die zich gevoegd heeft in een gerechtelijke procedure tussen twee andere partijen, kan zelfstandig een rechtsmiddel instellen. Die mogelijkheid laat onverlet dat de in eerste instantie gevoegde partij ook ervoor kan kiezen om zich in een hogere instantie zich opnieuw te voegen, zo volgt uit recente rechtspraak van de Hoge Raad.

Het gezag van gewijsde en 'dezelfde rechtsbetrekking in geschil': de A-G licht toe

Het gezag van gewijsde van artikel 236 Rv: op het eerste gezicht een overzichtelijk concept, inhoudende dat beslissingen in een vonnis tussen partijen in een later geschil tussen diezelfde partijen over dezelfde ‘rechtsbetrekking in geschil’ bindend zijn. Wie het nader bestudeert, zal de echter snel op die eerste indruk terugkomen. Advocaat-Generaal van Peursem heeft de problematiek rondom het gezag van gewijsde recentelijk uiteengezet in een lezenswaardige conclusie.

1 2 3 4