Hoge Raad geeft helderheid over vrije artsenkeuze
In een drietal arresten van 9 december 2022 heeft de Hoge Raad helderheid geboden over het hinderpaalcriterium dat centraal staat bij de aanhoudende discussie over de vrije artsenkeuze.
In een drietal arresten van 9 december 2022 heeft de Hoge Raad helderheid geboden over het hinderpaalcriterium dat centraal staat bij de aanhoudende discussie over de vrije artsenkeuze.
Zorgverzekeraars controleren steeds vaker of de regiebehandelaar voldoende betrokken is geweest bij de behandeling. Het Hof Den Haag en de SKGZ stellen daar nu paal en perk aan. In beide gevallen betrof het zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid.
In een brief van 13 oktober 2020 liet Minister De Jonge weten geen aanleiding meer te zien tot aanpassing van artikel 13 van de Zorgverzekeringswet (Zvw) dat de vrije artsenkeuze van patiënten waarborgt. De Minister houdt de mogelijkheid open de wet in de toekomst alsnog aan te passen.
Het Hof Arnhem-Leeuwarden heeft uitspraak gedaan in de zaak tussen de Stichting Handhaving Vrije Artsenkeuze en de vier grootste zorgverzekeraars van Nederland. Net als de Rechtbank Gelderland oordeelt het Hof dat het huidige vergoedingsbeleid (waarbij gebruik wordt gemaakt van een 'vlaktaks') niet in overeenstemming is met de wet. Het hoger beroep van de zorgverzekeraars slaagt dus niet. Een belangrijke uitspraak voor zorgaanbieders die (deels) ongecontracteerd zijn.
Het CBb heeft op 28 juli jl. geoordeeld dat zorgverzekeraars bij de uitvoering van een restitutieverzekering nota’s als uitgangspunt volledig moeten vergoeden. De hoogste bestuursrechter kwam tot dit oordeel nadat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een aanwijzing had opgelegd aan zorgverzekeraars Zilveren Kruis en FBTO (beide onderdeel van het Achmea-concern). Aanleiding hiervoor was een handhavingsverzoek van Stichting Zorghuis.
Het kabinet wil de vergoedingen voor ongecontracteerde zorgaanbieders kunnen verlagen en heeft daarvoor een 'Wetsvoorstel bevorderen contracteren' in voorbereiding. Dat wetsvoorstel moet nog naar de Tweede Kamer. Het staat inmiddels op een lijst spoedeisende wetsvoorstellen die het kabinet vanwege de coronacrisis heeft opgesteld. Het gevaar dreigt dat dit wetsvoorstel het slachtoffer wordt van het adagium 'haastige spoed is zelden goed'. Het is hopen op een kritisch parlement.
Langzamerhand wordt steeds meer duidelijk over de aanpassing van artikel 13 Zvw die door de Minister is aangekondigd. Wat gaat er precies veranderen?
De afgelopen maanden was er veel onrust in revalidatieland over het beleid van VGZ en Zilveren Kruis met betrekking tot machtigingen bij medisch specialistische revalidatie. Deze week heeft dit geresulteerd in een tweetal uitspraken: een uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden d.d. 17 december 2019 in een zaak tegen Zilveren Kruis en een uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland van 19 december 2019 in een zaak tegen VGZ.
In een eerder artikel hebben wij aandacht besteed aan de vraag of, en zo ja in hoeverre, een zorgverzekeraar tot extrapolatie van onderzoeksresultaten mag overgaan. In dit artikel geven wij een update van de stand van jurisprudentie.
Op 7 juni 2019 wees de Hoge Raad arrest in de zaak Conductore/Zilveren Kruis Achmea c.s. Zorgverzekeraars menen dat uit dit arrest voortvloeit dat de door de zorgverzekeraars gebezigde vlaktaks van 25 % door de Hoge Raad zou zijn goedgekeurd. Dit is onjuist.
De rechtbank Gelderland heeft op 1 februari 2019 uitspraak gedaan in de procedure die de Stichting Handhaving Vrije Artsenkeuze in december 2017 aanhangig heeft gemaakt tegen VGZ en Menzis, en waarin Zilveren Kruis en CZ later zijn ‘tussengekomen’ c.q. zich hebben gevoegd. De uitspraak laat zien dat het huidige vergoedingsbeleid niet gehandhaafd kan blijven. Zo is het hanteren van een zogenaamde ‘vlaktaks’ (bijna alle zorgverzekeraars passen een generieke korting van 25% toe bij niet-gecontracteerde zorg) volgens de rechtbank niet toegestaan. Verder blijkt uit de uitspraak dat het uitgangstarief gekoppeld moet zijn aan de daadwerkelijke kosten gecontracteerde zorg en dat zorgverzekeraars geen gebruik mogen maken van een ongewogen gemiddeld gecontracteerd tarief.
In een uitspraak van de Zeeland-West-Brabant van vrijdag 11 januari jl. bevestigt de rechter het grote belang van rechtstreekse betaling door zorgverzekeraars aan niet-gecontracteerde verslavingszorgklinieken. Dit naar aanleiding van het door CZ en Menzis ingestelde cessieverbod en het verbod op rechtstreekse betaling aan zorgaanbieders. Zorgverzekeraars zullen deze niet-gecontracteerde zorgaanbieders een betaalovereenkomst moeten aanbieden. Doen zij dat niet dan zal dat al snel betekenen dat onrechtmatig wordt gehandeld, zo blijkt uit de uitspraak.