1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 67

Selectieve vernietiging van het medisch dossier?

Op grond van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst kan de patiënt aan de hulpverlener schriftelijk of elektronisch verzoeken om vernietiging van zijn medisch dossier (artikel 7:455 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek). De hulpverlener dient hier in principe gevolg aan te geven, tenzij een van de uitzonderingen van lid 2 van toepassing is. In een recente uitspraak heeft het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg geoordeeld dat de hulpverlener er óók toe is gehouden om aan een verzoek om selectieve vernietiging van een specifiek(e) woord, zinsnede, alinea of onderdeel te voldoen, behoudens toepassing van een van de hiervoor genoemde uitzonderingen. Deze uitspraak en de (praktische) gevolgen hiervan voor hulpverleners bespreek ik in dit blog.

Inzage in het medisch dossier van een overleden patiënt (2): mededeling van een incident

Het inzagerecht voor nabestaanden en andere personen in het medisch dossier van een overleden patiënt is wettelijk geregeld in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst. In een vierdelige blogreeks bespreken wij uitgebreid de vier gronden op basis waarvan een persoon recht heeft op inzage van het medisch dossier van een overleden patiënt. Daarbij behandelen wij ook de in januari 2021 verschenen ‘Handreiking Inzage in medische dossiers door nabestaanden’ van de KNMG en PFN.

Inzage in het medisch dossier van een overleden patiënt (1): toestemming van de patiënt

Het inzagerecht voor nabestaanden en andere personen in het medisch dossier van een overleden patiënt is wettelijk geregeld in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst. In een vierdelige blogreeks bespreken wij uitgebreid de vier gronden op basis waarvan een persoon recht heeft op inzage van het medisch dossier van een overleden patiënt. Daarbij behandelen wij ook de in januari 2021 verschenen ‘Handreiking Inzage in medische dossiers door nabestaanden’ van de KNMG en PFN.

Het beëindigen van de zorg aan een patiënt: wanneer is sprake van een gewichtige reden?

Een eenmaal met de patiënt tot stand gekomen behandelingsovereenkomst kan niet zonder meer eenzijdig worden opgezegd door de hulpverlener. De wet schrijft voor dat de hulpverlener de overeenkomst enkel kan opzeggen in geval van 'gewichtige redenen'. Maar wanneer is hier nu precies sprake van? In dit blog gaan wij nader op deze vraag in en behandelen we de meest actuele versie van de KNMG Richtlijn ‘Niet aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst’. Niet alleen interessant voor artsen in de cure en care sector, maar ook voor andere hulpverleners die te maken hebben met een mogelijke zorgbeëindigingssituatie.

Bestuur en Toezicht-Weetje nr. 5: aansprakelijkheid in geval van faillissement

Op 10 november jl. heeft de Eerste Kamer het Wetsvoorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (Wbtr) aangenomen. De Wbtr treedt op 1 juli 2021 in werking. De invoering heeft lang op zich laten wachten. We zullen uw geheugen opfrissen door het plaatsen van korte berichten op deze kennispagina over de relevante wijzigingen.

Aanpassing vrije artsenkeuze (voorlopig) van de baan

In een brief van 13 oktober 2020 liet Minister De Jonge weten geen aanleiding meer te zien tot aanpassing van artikel 13 van de Zorgverzekeringswet (Zvw) dat de vrije artsenkeuze van patiënten waarborgt. De Minister houdt de mogelijkheid open de wet in de toekomst alsnog aan te passen.

Hoge Raad over de Wet verplichte ggz: geneesheer-directeur die tevens psychiater is mag medische verklaring afgeven

Ingevolge artikel 5:4 van de Wet verplichte ggz wijst de officier van justitie die ambtshalve of op aanvraag een verzoekschrift voor een zorgmachtiging voor een betrokkene voorbereidt een geneesheer-directeur aan. De geneesheer-directeur, werkzaam bij een zorgaanbieder, bereidt het zorginhoudelijke deel van de te verzoeken zorgmachtiging voor. In dat verband draagt de geneesheer-directeur ervoor zorg dat een medische verklaring wordt opgesteld door een psychiater. In zijn uitspraak van 2 oktober 2020 oordeelt de Hoge Raad dat die medische verklaring ook kan worden opgesteld door de geneesheer-directeur zelf indien deze tevens psychiater is en aan de voorwaarden van artikel 5:7 Wet verplichte ggz is voldaan.

Hoge Raad: machtiging voortzetting crisismaatregel mag andere vormen van verplichte zorg bevatten dan de crisismaatregel

De Wet verplichte ggz voorziet thans niet expliciet in de mogelijkheid voor de rechter om in een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel andere vormen van verplichte zorg op te nemen dan die op grond van de (voorafgaande) crisismaatregel zijn toegestaan. Dit kan onwenselijk zijn op het moment dat gedurende de crisismaatregel of machtiging zelf blijkt dat andere vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn. Recentelijk is een wetsvoorstel ingediend tot aanpassing van de Wet verplichte ggz op dit punt, op grond waarvan ook andere vormen van verplichte zorg kunnen worden opgenomen in de machtiging tot voortzetting. In zijn arrest van 5 juni 2020 oordeelt de Hoge Raad reeds in lijn met deze voorgestelde wetswijziging.

Conceptwetsvoorstel Verzamelwet gegevensbescherming: implicaties voor zorgaanbieders (2)

In het kielzog van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is ook de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (UAVG) in 2018 in rap tempo ingevoerd. In de daaropvolgende periode heeft de wetgever de UAVG en enkele andere wetten geëvalueerd. Van 20 mei tot en met 14 juli 2020 heeft de wetgever het uit die evaluatie voortvloeiende conceptwetsvoorstel ‘Verzamelwet gegevensbescherming’ ter internetconsultatie voorgelegd, met daarin wijzigingen om knelpunten in het gegevensbeschermingsrecht het hoofd te bieden. In deze tweedelige blogreeks bespreken wij de voor u als zorgaanbieder relevante voorgenomen wijzigingen van de UAVG.

Conceptwetsvoorstel Verzamelwet gegevensbescherming: implicaties voor zorgaanbieders (1)

In het kielzog van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is ook de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (UAVG) in 2018 in rap tempo ingevoerd. In de daaropvolgende periode heeft de wetgever de UAVG en enkele andere wetten geëvalueerd. Van 20 mei tot en met 14 juli 2020 heeft de wetgever het uit die evaluatie voortvloeiende conceptwetsvoorstel ‘Verzamelwet gegevensbescherming’ ter internetconsultatie voorgelegd, met daarin wijzigingen om knelpunten in het gegevensbeschermingsrecht het hoofd te bieden. In deze tweedelige blogreeks bespreken wij de voor u als zorgaanbieder relevante voorgenomen wijzigingen van de UAVG.

Gezondheidsrecht: inzagerecht voor nabestaanden

In deze tweede podcast over het patiëntenrecht gaan advocaten Marloes Hulshof, Myrthe Feenstra en Milou Janssen in op het inzagerecht voor nabestaanden. Voor 1 januari 2020 kon een hulpverlener een nabestaande alleen inzage geven in het medisch dossier van een overleden patiënt als de patiënt daarvoor toestemming had gegeven. Maar sinds 1 januari 2020 is in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo) vastgelegd in welke gevallen nabestaanden wel recht hebben op inzage in het medisch dossier. Hoe zit precies? Aan de hand van praktijkvoorbeelden bespreken onze advocaten gezondsheidsrecht wanneer hulpverleners tegemoet moeten komen aan het verzoek van nabestaanden om inzage van het medisch dossier.

1 2 3 4 5 6