Wetsvoorstel bestuur en toezicht aangenomen door Eerste Kamer
Wetsvoorstel bestuur en toezicht aangenomen door Eerste Kamer
Wetsvoorstel bestuur en toezicht aangenomen door Eerste Kamer
In de besluiten van 20 december 2018 en 25 november 2019 heeft de Staatssecretaris van Financiën voorwaarden opgenomen met betrekking tot de toepassing van de zorgvrijstelling in de vennootschapsbelasting door zorginstellingen. Hieronder vallen ook zorginstellingen die (ook) gebruik maken van een of meerdere zorg-BV’s. Bestaande zorginstellingen krijgen tot en met 31 december 2020 de gelegenheid hun statuten en governance overeenkomstig deze besluiten aan te passen, waardoor de zorgvrijstelling ook na deze datum van toepassing blijft. In onze artikelen van 1 maart 2019 en 10 januari 2020 is hier op ingegaan. In dit artikel wordt een samenvatting gegeven van de voorwaarden van de zorgvrijstelling en komt het overgangsregime aan bod.
Het coronavirus heeft ons behoorlijk in de greep. Op diverse gebieden bestaat onduidelijk hoe met de diverse maatregelen en de gevolgen om te gaan. Zo ook op het gebied van de vereniging. Moet een algemene vergadering nog fysiek plaatsvinden en wat zijn de alternatieven?
De Tweede Kamer heeft op 28 januari het Wetsvoorstel bestuur en toezicht aangenomen.
De invoering van het wetsvoorstel bestuur en toezicht rechtspersonen lijkt weer in zicht nu er begin november 2018 een eerste nota van wijziging is verschenen, gevolgd door een tweede nota van wijziging op 14 februari 2019. Doel van het wetsvoorstel is het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen, coöperaties, onderlinge waarborgmaatschappijen en stichtingen. Hieronder licht ik een aantal wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijke wetsvoorstel toe.
Sinds de invoering van het huidige BV-recht per 1 oktober 2012 is het voor een B.V. niet meer verplicht een blokkeringsregeling op te nemen in de statuten. Vaak wordt dit nog wel gedaan om de beslotenheid van een B.V. vorm te geven. Bij een statutaire aanbiedingsplicht als blokkeringsregeling moeten de aandelen bij een voorgenomen verkoop eerst aan de andere aandeelhouders worden aangeboden. Veelal wordt deze statutaire aanbiedingsplicht uitgebreid naar een aantal situaties, zoals overlijden of faillissement van een aandeelhouder. Ook de situatie van wijziging in de zeggenschap bij een aandeelhouder-rechtspersoon wordt vaak opgenomen als reden om aandelen aan te bieden. De omschrijving van de term “zeggenschap” levert nogal eens onduidelijkheid op.
Al eerder schreef ik over de eventuele verschuldigdheid van overdrachtsbelasting bij een (af)splitsing. In de Wet op belastingen van rechtsverkeer 1970 is in artikel 15 lid 1 onderdeel h een vrijstelling opgenomen voor overdrachtsbelasting bij de verkrijging van onroerende zaken krachtens een (af)splitsing. De voorwaarden waaronder deze vrijstelling van toepassing is, zijn opgenomen in artikel 5c van het Uitvoeringsbesluit belastingen van rechtsverkeer 1971. Op grond van dit artikel is de vrijstelling wegens splitsing niet toepasbaar als de splitsing in overwegende mate is gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing, en dus niet plaatsvindt op grond van zakelijke overwegingen zoals herstructurering. Indien aandelen in de gesplitste vennootschap dan wel in de verkrijgende vennootschap worden vervreemd aan een niet met de gesplitste of verkrijgende vennootschap verbonden lichaam, worden zakelijke overwegingen niet aanwezig geacht, tenzij het tegendeel aannemelijk wordt gemaakt.
InleidingVan een (juridische) afsplitsing is sprake indien (een deel van) het vermogen van een rechtspersoon die bij de splitsing niet ophoudt te bestaan onder algemene titel (dat wil zeggen automatisch, zonder dat er leveringshandelingen vereist zijn) wordt verkregen door een of meer andere rechtspersonen. Daarbij moet ten minste één verkrijgende rechtspersoon aandelen in zijn kapitaal toekennen aan de aandeelhouders van de splitsende rechtspersoon of moet ten minste één verkrijgende rechtsp...
De belastingdienst kan een instelling op verzoek rangschikken als algemeen nut beogende instelling (ANBI) als bedoeld in artikel 5b Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994. Dit brengt voor de betreffende instelling fiscale voordelen met zich mee. Deze toegekende ANBI-status kan echter ook weer worden ingetrokken, al dan niet met terugwerkende kracht. Eén van de eisen waar een instelling aan moet voldoen om de ANBI-status te verkrijgen, én te behouden, is dat de administratie van de instelli...
Al eerder (zie mijn artikel op deze kennispagina van 22 augustus 2016) schreef ik over de toepasbaarheid van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit in de overdrachtsbelasting bij verkrijging van aandelen in een vastgoedvennootschap. Het betreft artikel 15 lid 1 letter b Wet op belastingen van rechtsverkeer (“BVR”). Deze “familie”-vrijstelling is van toepassing als goederen worden overgedragen door een ondernemer aan een in dat artikel genoemd familielid, welke goederen behoren tot en dienstbaar zijn...
De voorzieningenrechter Amsterdam heeft gisteren bepaald dat twee aandeelhouders van Akzo Nobel N.V. (AkzoNobel) vooralsnog de vennootschap niet konden dwingen een bijzondere aandeelhoudersvergadering (bava) uit te schrijven waarin het ontslag van de voorzitter van de raad van commissarissen (RvB) werd geagendeerd. Zie ECLI:NL:RBAMS:2017:5845.Dit machtigingsverzoek werd gedaan op grond van artikel 2:110 BW.De voorzieningenrechter verklaarde de verzoekers, die samen op het moment van het verzo...
De rechtbank kan de statuten van een stichting wijzigen indien ongewijzigde handhaving van de statuten zou leiden tot gevolgen, die bij de oprichting redelijkerwijze niet kunnen zijn gewild, en de statuten in de mogelijkheid van wijziging niet voorzien. Dit is de verkorte inhoud van artikel 294 lid 1 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.De statuten van stichting X bevatten in artikel 4 over de bestuursbenoeming een tegenstrijdigheid. Enerzijds bepaalt dit artikel in lid 1 dat het bestuur van...