De vakcentrales FNV, CNV en MHP hebben een gezamenlijke brief gestuurd naar de Tweede Kamer waarin zij hun bezwaren uiten tegen de plannen van het demissionaire kabinet om de vakantiewetgeving aan te passen. Op 27 augustus jl. is een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer, alwaar het ter behandeling ligt. De vakcentrales menen dat het wetsvoorstel een verslechtering voor alle werknemers betekent, terwijl de basis voor de aanpassing van de wet is gelegen harmonisering van de Nederlandse regelgeving met het Europese recht. Deze aanpassing zou voor werknemers gunstig moeten zijn, maar het tegendeel lijkt waar te zijn.
Op onze kennispagina hebben wij eerder melding gemaakt van de veranderingen die op stapel staan rondom vakantiedagen. Dit als gevolg van een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 20 januari 2009 waarin is bepaald dat zieke werknemers aanspraak moeten kunnen maken op het minimum aantal wettelijke vakantiedagen (viermaal de overeengekomen arbeidsduur per week). Op grond van de huidige Nederlandse wetgeving vindt tijdens ziekte slechts beperkte opbouw plaats. Dit is in strijd met het Europese recht zodat de Nederlandse wetgever gehouden is tot aanpassing.
Mr. Rietbergen maakt in haar bijdrage op deze kennispagina (d.d. 5 juli 2010) al melding van het voorstel van de ministers Donner en Hirsch Ballin tot aanpassing van de vakantiewetgeving, waarmee de ministerraad destijds al had ingestemd. Inmiddels is een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer, zodat meer over de inhoud van het voorstel bekend is.
De hoofdpunten van het wetsvoorstel luiden als volgt. Voorgesteld wordt geen onderscheid meer te maken in de opbouw van minimum vakantierechten voor zieke en gezonde werknemers. Dit betekent dat de huidige beperkte opbouw voor geheel en gedeeltelijk arbeidsongeschikten wordt geschrapt, overeenkomstig het aangehaalde arrest van het Europese Hof. In de Memorie van Toelichting wordt expliciet gesteld dat in de huidige praktijk nauwelijks vakantie tijdens ziekte wordt opgenomen, terwijl de zogenaamde recuperatiefunctie ook voor re-integrerende zieke werknemers van belang is. Tegenover opbouw van vakantie tijdens ziekte staat dus opname van vakantie tijdens ziekte.
De opname van vakantie zou met het oog op de genoemde recuperatiefunctie moeten worden gestimuleerd. Het tijdig opnemen van het minimum aan vakantie is van belang vanwege de veiligheid en gezondheid. Deze stimulans ontbreekt in de huidige wetgeving en daarom wordt een vervaltermijn voorgesteld voor de minimum vakantiedagen van 6 maanden. Binnen 6 maanden na afloop van het kalenderjaar waarin de minimumaanspraak is verworven, moeten de vakantiedagen worden genoten op straffe van verval. Maatwerkafspraken ten gunste van de werknemer zijn wel mogelijk.
Dit is een forse beperking ten opzichte van de huidige wet, waarin vakantiedagen pas na 5 jaren vervallen. In 2001 is de verjaringstermijn verlengd van 2 naar 5 jaar, om zo de mogelijkheid te bieden verlof te sparen. Inmiddels zijn er diverse andere regeling in het leven geroepen waarmee verlof kan worden opgenomen, dat de vakantiedagen daarvoor niet meer hoeven worden gebruikt, aldus de Memorie van Toelichting.
Een uitzondering wordt gemaakt voor de situaties dat een werknemer niet in staat is geweest zij minimum vakantie op te nemen. Als voorbeeld wordt gegeven de zieke werknemer die niet in staat was tot (enige) re-integratie. Voor die werknemer is recuperatie ook niet aan de orde. Voor de werknemer die redelijkerwijs niet in staat was om tijdig zijn vakantie op te nemen, blijft de verjaringstermijn van 5 jaar in stand. Het zal niet snel voorkomen dat een werknemer langere tijd überhaupt niet kan re-integreren, zodat deze situaties zich waarschijnlijk niet zo vaak zal voordoen.
Of dit wetsvoorstel (ongewijzigd) zal worden aangenomen is de vraag. Tegenover de volledige opbouw tijdens ziekte staat een korte vervaltermijn. De vakbonden maken bezwaar en de vraag is welke invloed dat zal hebben in de parlementaire behandeling. De politieke partijen die conventioneel zijn ingesteld als het gaat om sociale zekerheid en de bescherming van werknemers, zullen waarschijnlijk vatbaar zijn voor het verzet vanuit de vakcentrales. Zodra er nieuwe ontwikkelingen zijn, zullen wij daarvan melding maken.
Bezwaren vakbonden tegen wetsvoorstel vakantiedagen
De vakcentrales FNV, CNV en MHP hebben een gezamenlijke brief gestuurd naar de Tweede Kamer waarin zij hun bezwaren uiten tegen de plannen van het demissionaire kabinet om de vakantiewetgeving aan te passen. Op 27 augustus jl. is een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer, alwaar het ter behandeling ligt. De vakcentrales menen dat het wetsvoorstel een verslechtering voor alle werknemers betekent, terwijl de basis voor de aanpassing van de wet is gelegen harmonisering van de Nederlandse re...
Leestijd
Auteur artikel
Jokelien Brouwer-Harbach (uit dienst)
Gepubliceerd
01 oktober 2010
Laatst gewijzigd
16 april 2018