1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Beëindiging van een duurovereenkomst

Beëindiging van een duurovereenkomst

De Hoge Raad heeft de afgelopen jaren een aantal belangrijke arresten gewezen over de opzegging van een duurovereenkomst indien partijen geen afspraken hebben gemaakt omtrent opzegging. Volgens de Hoge Raad kan een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan in beginsel worden opgezegd. Wel kunnen de redelijkheid en billijkheid met zich brengen dat voor de opzegging een voldoende zwaarwegende opzeggingsgrond vereist is, er een opzegtermijn in acht moet worden genomen en/of dat de o...
Leestijd 
Auteur artikel Selma van Ramele
Gepubliceerd 05 maart 2014
Laatst gewijzigd 31 mei 2022
De Hoge Raad heeft de afgelopen jaren een aantal belangrijke arresten gewezen over de opzegging van een duurovereenkomst indien partijen geen afspraken hebben gemaakt omtrent opzegging. Volgens de Hoge Raad kan een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan in beginsel worden opgezegd. Wel kunnen de redelijkheid en billijkheid met zich brengen dat voor de opzegging een voldoende zwaarwegende opzeggingsgrond vereist is, er een opzegtermijn in acht moet worden genomen en/of dat de opzegging gepaard moet gaan met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding. Of dit zich in een concreet geval voordoet, hangt af van de omstandigheden van het geval. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel, locatie Almelo, heeft recentelijk invulling gegeven aan deze omstandigheden (Rechtbank Overijssel, locatie Almelo, 23 december 2013, ECLI:RBOVE:2013:3403).

In casu ging het om de beëindiging met onmiddellijke ingang van een samenwerking tussen een importeur en een afnemer van fornuizen en aanverwante producten. Volgens de voorzieningenrechter was de importeur in beginsel bevoegd de overeenkomst op te zeggen. De voorzieningenrechter overweegt in lijn met de arresten van de Hoge Raad dat de eisen van de redelijkheid en billijkheid in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval echter kunnen meebrengen dat opzegging slechts mogelijk is indien een voldoende zwaarwegende grond voor opzegging bestaat. Uit diezelfde eisen kan, eveneens in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval, voortvloeien dat een bepaalde opzegtermijn in acht moet worden genomen of dat de opzegging gepaard moet gaan met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding.

De importeur heeft haar opzegging gegrond op de omstandigheid dat de afnemer zich niet hield aan de spelregels die gelden voor afnemers van de importeur, zoals het door haar gehanteerde prijsbeleid. De voorzieningenrechter oordeelt dat, mede gelet op de lange duur van de samenwerking, de importeur een redelijke opzegtermijn in acht had moeten nemen of een vergoeding had moeten aanbieden, aangezien er volgens de voorzieningenrechter geen zwaarwegende reden voor de opzegging aanwezig was die een opzegging met onmiddellijke ingang rechtvaardigde. Nu de importeur geen van beide heeft gedaan, maken de redelijkheid en billijkheid in deze dat de overeenkomst door de importeur niet op de onderhavige wijze kon worden opgezegd. De opzegging heeft dan ook niet tot gevolg dat de overeenkomst tussen partijen is geëindigd. De voorzieningenrechter wees de vordering tot nakoming van de afnemer toe.

Een partij die een duurovereenkomst wenst op te zeggen zonder dat partijen hebben voorzien in een opzegmogelijkheid, dient voorzichtig te handelen. Immers, indien geen of een te korte opzegtermijn in acht wordt genomen, kan de opzegging geen effect hebben gesorteerd waardoor men nog steeds gebonden is aan de duurovereenkomst.