Verweerster voert het verweer dat zij zich kan beroepen op nog oudere handelsnaamrechten dan verzoekster. Daarbij verwees zij naar een onderneming uit Nieuw-Zeeland, genaamd Mainfreight Limited, die onder die naam bekendheid zou genieten in Nederland.
Het Hof oordeelt over de bescherming van buitenlandse handelsnamen:
'Voor bescherming van een buitenlandse handelsnaam in Nederland is niet nodig dat de onderneming in Nederland gevestigd is en de handelsnaam in Nederland wordt gevoerd. Voldoende is dat de naam in Nederland bij het in aanmerking komende publiek beschermenswaardige bekendheid (zodanige bekendheid dat daardoor verwarring is te duchten) geniet.'
Het Hof volgt op dit punt vaste literatuur en rechtspraak. Echter, verweerster kan niet hardmaken dat zij van Mainfreight Limited handelsnaamrechten heeft verkregen, en voorts niet dat die naam bekendheid genoot in Nederland voordat verzoekster haar handelsnaam is gaan gebruiken.
Tevens wordt aangenomen dat de naam MAINFREIGHT overeenstemt met de naam MAIN FREIGHT CARRIERS en dat er sprake is van reëel verwarringsgevaar. Daarom wordt het verzoek dat verweerster zodanige wijziging in haar handelsnaam Mainfreight B.V. aanbrengt dat daarin niet langer een combinatie van de woorden main en freight voorkomt, toegewezen.
Ten slotte moet verweerster de advocaatkosten van verzoekster in eerste aanleg en appel vergoeden.
