1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Conclusies Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad en uitspraak Hof Arnhem naar aanleiding van Don Bosco-uitspraak Europese Hof van Justitie

Conclusies Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad en uitspraak Hof Arnhem naar aanleiding van Don Bosco-uitspraak Europese Hof van Justitie

In haar uitspraak van 19 november 2009 (het zogenaamde Don Bosco-arrest), waarover ik schreef op 2 juni jongstleden (het artikel treft u hier aan), gaf het Europese Hof van Justitie aan, dat als er een perceel grond, waarop een oud gebouw staat, wordt geleverd, terwijl de sloop van dat gebouw al aan de gang, maar nog niet afgerond is, deze levering belast is met omzetbelasting (BTW).
Leestijd 
Auteur artikel Anouk Bisseling
Gepubliceerd 26 augustus 2010
Laatst gewijzigd 23 maart 2021

In haar uitspraak van 19 november 2009 (het zogenaamde Don Bosco-arrest), waarover ik schreef op 2 juni jongstleden, gaf het Europese Hof van Justitie aan, dat als er een perceel grond, waarop een oud gebouw staat, wordt geleverd, terwijl de sloop van dat gebouw al aan de gang, maar nog niet afgerond is, deze levering belast is met omzetbelasting (BTW). De sloop moet dan wel plaatsvinden met het oog op een nieuwe bebouwing van het perceel en de verkoper moet er op het moment van levering voor instaan dat de sloop al is begonnen.

Naar aanleiding van deze uitspraak heeft de Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad (mevrouw Van Hilten) conclusies geschreven bij drie zaken die bij de Hoge Raad lopen. Verder heeft het Hof Arnhem uitspraak gedaan in een zaak, waarin een beroep is gedaan op de uitspraak van het Europese Hof van Justitie.

Conclusies

    1. De Advocaat-Generaal schrijft in haar conclusie voor de Hoge Raad bij de Don Bosco-zaak, dat het blijkens de uitspraak van het Europese Hof van Justitie de bedoeling is dat alle terreinen, die voor (nieuwe) bebouwing zijn bestemd, worden aangemerkt als bouwterrein voor de omzetbelasting (ongeacht of er nog iets op zo’n terrein staat, dat er nog af moet, voordat de nieuwe bebouwing kan worden gerealiseerd).
    2. In haar conclusie bij een tweede zaak, die door de Hoge Raad is aangehouden in afwachting van de Don Bosco-uitspraak van het Europese Hof van Justitie, herhaalt de Advocaat-Generaal nog eens, dat de bestemming van het terrein essentieel is. Wanneer de bestemming is gelegen in nieuwe bebouwing, moet het terrein worden aangemerkt als een bouwterrein, waarvan de levering is belast met omzetbelasting.
    3. In de derde conclusie bij een zaak, die door de Hoge Raad is aangehouden in afwachting van de Don Bosco-uitspraak van het Europese Hof van Justitie, wijst de Advocaat-Generaal op het verschil tussen deze zaak en de twee bovenstaande. In deze zaak is namelijk, anders dan bij de twee bovenstaande, niet de (uiteindelijke) volledige sloop van de huidige bebouwing aan de orde. Het gebouw, dat op het terrein staat, wordt niet volledig gesloopt, maar zodanig ingrijpend verbouwd, dat daardoor een nieuwe onroerende zaak ontstaat. Het gevolg is dan niet de levering van een bouwterrein, maar de levering van een nieuwe onroerende zaak, die is belast met omzetbelasting. De Advocaat-Generaal concludeert, dat als de verbouwing is begonnen en deze verbouwing is gericht op het ontstaan van een nieuwe onroerende zaak, er sprake is van de levering van een nieuwe onroerende zaak, welke levering belast is met omzetbelasting.


Hof Arnhem

Het Hof Arnhem heeft uitspraak gedaan in een zaak, waarbij een terrein is geleverd, bestemd voor nieuwe bebouwing. Hierbij haalt het Hof de Don Bosco-uitspraak van het Europese Hof van Justitie aan. Het oude gebouw, dat op het geleverde terrein stond, is gesloopt en het slooppuin is afgevoerd. Het Hof heeft geoordeeld dat weliswaar onbebouwde grond is geleverd, maar dat het verwijderen van het slooppuin niet kan worden beschouwd als bewerkingen aan die grond, waardoor een bouwterrein zou zijn geleverd. Volgens het Hof is deze levering dus niet belast met omzetbelasting.

Opmerkelijk hierbij is, dat het Hof Arnhem anders redeneert dan de Advocaat-Generaal, die van mening is, dat als een terrein bestemd is voor nieuwe bebouwing, de levering van dat terrein belast is met omzetbelasting. In de zaak die bij het Hof speelde, was de bestemming van het terrein wel degelijk nieuwe bebouwing.

Tegen de uitspraak van het Hof is dan ook cassatie ingesteld. Het is afwachten of de Hoge Raad de Advocaat-Generaal volgt of het Hof Arnhem.