1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Het koppelen van wonen en zorg vanuit mededingingsrechtelijk perspectief (1)

Het koppelen van wonen en zorg vanuit mededingingsrechtelijk perspectief

Al jaren stimuleert de overheid het scheiden van wonen en zorg. In dit kader zijn zorginstellingen en woningcorporaties gaan samenwerken teneinde nieuwe arrangementen van wonen, zorg en welzijn mogelijk te maken. Hierbij werden wonen en zorg regelmatig contractueel gekoppeld. In verband hiermee kwam de vraag op of een dergelijke koppeling strijdig is met de Mededingingswet (Mw). Nadat het Gerechtshof ´s-Hertogenbosch in het arrest van 14 februari 2006 heeft geoordeeld dat in de voorliggende s...
Leestijd 
Auteur artikel Dirkzwager
Gepubliceerd 05 november 2012
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Al jaren stimuleert de overheid het scheiden van wonen en zorg. In dit kader zijn zorginstellingen en woningcorporaties gaan samenwerken teneinde nieuwe arrangementen van wonen, zorg en welzijn mogelijk te maken. Hierbij werden wonen en zorg regelmatig contractueel gekoppeld. In verband hiermee kwam de vraag op of een dergelijke koppeling strijdig is met de Mededingingswet (Mw). Nadat het Gerechtshof ´s-Hertogenbosch in het arrest van 14 februari 2006 heeft geoordeeld dat in de voorliggende situatie koppeling is toegestaan, wordt er niet langer getwijfeld dat het mededingingsrecht in de meeste gevallen niet aan het koppelen van wonen en zorg in de weg staat. Inmiddels is de kwestie weer actueel geworden omdat met ingang van 1 januari 2013 de lage Zorg Zwaarte Pakketten (ZZP) 1 en 2 geëxtramuraliseerd gaan worden. De extramuralisering van ZZP 3 volgt op 1 januari 2014. Alles bij elkaar reden om uiteen te zetten in hoeverre vorenbedoeld arrest nog steeds actueel is.

Het oordeel van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch
Stichting De Riethorst, Centrum voor Wonen, Zorg en Behandeling (De Riethorst) en Woningstichting Geertruidenberg (WSG) hadden afgesproken dat WSG ten aanzien van het woonzorgcomplex Mauritsstaete geen huurovereenkomst zou sluiten als de huurder niet ook tegelijk met de De Riethorst een zorgverleningsovereenkomst zou sluiten. Het Gerechtshof oordeelde kort samengevat dat deze afspraak geen merkbaar effect op de mededinging had. Als er al een merkbaar effect zou zijn, dan was deze afspraak niet in strijd met het kartelverbod, omdat voldaan was aan de wettelijke uitzondering van het kartelverbod. Tot slot oordeelde het Gerechtshof dat WSG niet beschikte over een machtspositie. Bij gebreke van een dergelijke positie kon WSG er dan ook geen misbruik van maken.

Wat is er sinds 14 februari 2006 veranderd?
In 2010 heeft de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) de Richtsnoeren voor de zorgsector 2010 gepubliceerd. In deze richtsnoeren wordt onder andere aandacht besteed aan het koppelen van wonen en zorg. De NMa noemt dit exclusieve woonzorgcombinaties.

De NMa stelt in het algemeen positief te staan tegenover samenwerking tussen zorginstellingen en woningcorporaties. Dit kan bijdragen aan efficiëntere en kwalitatief betere zorg voor de cliënt. Maar onder omstandigheden kunnen er ook nadelen aan verbonden zijn. Dat kan zich bijvoorbeeld voordoen als er een exclusieve samenwerking is tussen een grote thuiszorgverlener en een woningcorporatie waardoor de overige thuiszorginstellingen onvoldoende patiënten overhouden om nog rendabel te kunnen opereren. Dergelijke exclusieve afspraken vormen ook voor potentiële nieuwe toetreders extra toetredingsbelemmeringen. Als gevolg van de exclusiviteitsafspraak tussen de woningcorporatie en de zorgaanbieder wordt de mededinging beperkt als (i) de keuze voor de cliënten zou wegvallen, (ii) de zittende thuiszorgaanbieder, bij gebrek aan concurrentiedruk, minder of zelfs niet geprikkeld wordt om de kwaliteit van zijn zorg te verbeteren of om te innoveren. De afspraak kan dan in strijd zijn met het kartelverbod van artikel 6 Mw.

Ook de staatssecretaris van VWS is in het antwoord van 4 mei 2012 op Kamervragen heel duidelijk in haar standpunt: het koppelen van wonen en zorg is gewoon toegestaan. Wel waarschuwt de staatssecretaris ervoor dat het koppelen mogelijk in strijd kan zijn met het verbod op misbruik van een economische machtspositie van artikel 24 Mw.

Klik hier voor de uitwerking van de mededingingsrechtelijke toets.