1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet toegestaan!

Het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet toegestaan!

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft vandaag bepaald dat het PAS niet als basis mag worden gebruikt voor toestemming voor activiteiten. Op basis van het PAS wordt vooruitlopend op toekomstige positieve gevolgen van maatregelen voor beschermde natuurgebieden, alvast toestemming gegeven voor activiteiten die mogelijk schadelijk zijn voor die gebieden. Een dergelijke toestemming op voorhand is niet (meer) toegestaan zo blijkt uit twee uitspraken van de Afdeling van 29 mei 2019.
Leestijd 
Auteur artikel Jasper Molenaar
Gepubliceerd 29 mei 2019
Laatst gewijzigd 29 oktober 2019


Het uitgangspunt van het PAS
Het PAS bevat de basis om toestemming te geven voor activiteiten die stikstof uitstoten. Het is een systeem dat aan de ene kant ruimte biedt aan activiteiten die stikstof veroorzaken, zoals vergunningen voor veehouderijen of aanleg van wegen. Aan de andere kant bevat het PAS tegelijkertijd maatregelen om de nadelige gevolgen van stikstof op natuurgebieden te verminderen. Het PAS loopt daarbij dus vooruit op toekomstige positieve gevolgen van maatregelen voor beschermde natuurgebieden en geeft daarbij “vooraf” toestemming aan nieuwe activiteiten.

Het PAS is in strijd met Europese natuurwetgeving
De Afdeling stelde in mei 2017 vragen aan het Europese Hof van Justitie over het PAS, omdat er twijfel was of het programma voldoet aan de voorwaarden van de Europese Habitatrichtlijn. Het Europese Hof oordeelde in november 2018 dat ook bij het PAS de positieve gevolgen van de maatregelen die in dat programma zijn opgenomen, vooraf vast moeten staan. Pas dan kan de overheid een nieuwe activiteit toestaan. Omdat het PAS niet aan die voorwaarde voldoet, mag het niet als toestemmingsbasis voor nieuwe activiteiten worden gebruikt. Daarnaast wordt in het PAS ook toestemming voor activiteiten gegeven op basis van maatregelen in natuurgebieden die nodig zijn voor het voorkomen van achteruitgang van die gebieden. Ook dat mag niet volgens de Afdeling.

Uitspraken
De conclusie is dat de onderbouwing van het PAS niet deugt. De Afdeling bestuursrechtspraak vernietigt om die reden de vergunningen voor veehouderijen die in de uitspraak van 29 mei 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1764) onderwerp zijn van geschil en waarbij gebruik is gemaakt van het PAS. In de andere uitspraak (ECLI:NL:RVS:2019:1604) heeft de Afdeling een oordeel geveld over de vraag of het weiden van vee en het bemesten van grond “vergunningvrij” zou mogen plaatsvinden, terwijl die activiteiten wel schadelijk kunnen zijn voor natuurgebieden omdat ze stikstof uitstoten. Uit de tweede uitspraak van vandaag volgt dat ook dit niet mag, omdat ook voor deze activiteiten niet vooraf vaststaat dat uitgesloten is dat zij natuurgebieden in de omgeving aantasten.

De uitwerking voor andere lopende procedures
De twee uitspraken van de Afdleing hebben geen gevolgen voor vergunningen die al onherroepelijk zijn geworden. Die vergunningen blijven ondanks deze uitspraken gewoon gelden. Bij de Afdeling en bij de rechtbanken liggen op dit moment ook nog andere zaken voor over het PAS. Bij de Afdeling gaat het op dit moment over ongeveer 180 zaken. Deze hebben niet alleen betrekking op natuurvergunningen voor veehouderijen, maar ook op bestemmingsplannen voor diverse projecten waaronder nieuwe wegen en bedrijventerreinen. Die zaken zijn aangehouden in afwachting van de uitspraken van vandaag en zullen nu weer verder worden behandeld. Het is blijkens een persbericht van de Afdeling de bedoeling zo snel mogelijk, al in juni, duidelijkheid te bieden over de natuurvergunningen voor veehouderijen. De afhandeling van zaken over bestemmingsplannen zal wat langer duren, zo kondigde de Afdeling aan.

Wilt u meer weten over het PAS en de gevolgen van deze uitspraken die in deze bijdrage kort besproken zijn? Neem contact op met Jasper Molenaar, Bart de Haan of Marleen Vermeulen. Zij kunnen u er alles over vertellen.