1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Hof Arnhem keurt terhandstelling AV conform dienstenrichtlijn goed

Hof Arnhem keurt terhandstelling AV conform dienstenrichtlijn goed

Het Hof Arnhem heeft onlangs in een arrest geoordeeld dat algemene voorwaarden ter hand mogen worden gesteld conform het regime van de dientenrichtlijn. Het arrest ging over autoverhuur, maar is in feite voor alle ondernemers met een website relevant. Dienstenrichtlijn en algemene voorwaardenDankzij de dienstenrichtlijn zijn de regels over terhandstelling van algemene voorwaarden enige tijd geleden gewijzigd. Die wijziging is wat rommelig verlopen en daarover hebben wij op deze weblog al dive...
Leestijd 
Auteur artikel Mark Jansen
Gepubliceerd 03 januari 2013
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Het Hof Arnhem heeft onlangs in een arrest geoordeeld dat algemene voorwaarden ter hand mogen worden gesteld conform het regime van de dientenrichtlijn. Het arrest ging over autoverhuur, maar is in feite voor alle ondernemers met een website relevant.

Dienstenrichtlijn en algemene voorwaarden

Dankzij de dienstenrichtlijn zijn de regels over terhandstelling van algemene voorwaarden enige tijd geleden gewijzigd. Die wijziging is wat rommelig verlopen en daarover hebben wij op deze weblog al diverse malen geschreven.

De wijziging komt neer op het volgende. De hoofdregel bij gebruik van algemene voorwaarden is dat de voorwaarden (1) vooraf van toepassing moeten worden verklaard en (2) uiterlijk bij het sluiten van de overeenkomst ter hand moeten worden gesteld. De praktijk laat zien dat voldoen aan de tweede eis er vaak bij in schiet. Voor "dienstverrichters" is - sinds de wetswijziging - die eis van terhandstelling echter minder streng. Zij mogen ook, in plaats van door feitelijke overhandiging, de algemene voorwaarden ter beschikking stellen door deze (vrij naar artikel 6:230c BW):

  1. gemakkelijk toegankelijk te hebben op de plaats waar de dienst wordt verricht of de overeenkomst wordt gesloten;

  2. gemakkelijk elektronisch toegankelijk te hebben op een door de dienstverrichter meegedeeld adres;

  3. op te nemen in alle door de dienstverrichter aan de afnemer verstrekte documenten waarin deze diensten in detail worden beschreven.


Wat die eisen concreet betekenen maakt de wet of de wetsgeschiedenis overigens niet duidelijk (zoals wat met "gemakkelijk toegankelijk" wordt bedoeld).

Tot nu toe heb ik nog nauwelijks jurisprudentie over deze regels voorbij zien komen. Dat is opvallend, nu het ter hand stellen van algemene voorwaarden zo vaak misgaat. Het geschil voor het Hof Arnhem is echter een schoolvoorbeeld van het toepassen van de nieuwe regels.

Dienstenrichtlijn toegepast door Hof Arnhem

Het geschil voor het Hof Arnhem betreft een kwestie over de huur van een auto. Het verhuurbedrijf vordert bij de huurder betaling van geld voor de periode dat auto gehuurd is geweest.

De huurder roept onder meer de vernietiging van de algemene voorwaarden in, omdat deze voorwaarden niet ter hand zouden zijn gesteld. Het verhuurbedrijf stelt echter dat de voorwaarden op de verhuurbalie ter inzage lagen en uit een bakje hadden kunnen worden gepakt. Dat de voorwaarden op die wijze beschikbaar waren wordt niet door de huurder betwist. Door de voorwaarden op die wijze ter beschikking te stellen, wordt volgens de verhuurder voldaan aan artikel 6:230c BW (zie nummer 1 uit de opsomming hiervoor). Het Gerechtshof onderschrijft die stelling:
2.6  (...) Volgens artikel 6:230c mag de in artikel 6:230b Burgerlijk Wetboek bedoelde informatie, waaronder de door een dienstverrichter gebruikte algemene voorwaarden (sub 6), ter beschikking worden gesteld doordat zij voor de afnemer van de dienst gemakkelijk toegankelijk is op de plaats waar de dienst wordt verricht of de overeenkomst wordt gesloten. Met de beschikbaarheid van de voorwaarden doordat zij op de verhuurbalie lagen, is aan dit voorschrift voldaan, zodat niet kan worden gezegd dat [geïntimeerde] aan [appellant] geen redelijke mogelijkheid heeft geboden om van de voorwaarden kennis te nemen. Het beroep op vernietiging faalt dus.

Hiermee past het Gerechtshof Arnhem de nieuwe regels uit de dienstenrichtlijn toe. Daarmee wordt het voor "dienstverrichters" in de praktijk veel eenvoudiger om te voldoen aan de (stenge!) regels rondom algemene voorwaarden (let wel: het begrip "dienstverrichter" is een complex begrip, niet iedereen die diensten verricht is te beschouwen als "dienstverrichter").

Ook interessant voor ondernemers met een website

Dit arrest is ook interessant voor ondernemers met een website (mits die ondernemers "dienstverrichter" zijn). Diezelfde regels uit de dienstenrichtlijn staan namelijk ook toe dat de algemene voorwaarden ter hand worden gesteld door deze "gemakkelijk elektronisch toegankelijk te hebben op een door de dienstverrichter meegedeeld adres". Dat betekent dus dat mag worden verwezen naar algemene voorwaarden die op de website staan gepubliceerd. Dat is uiteraard veel gemakkelijker dan algemene voorwaarden op papier meegeven aan de klant.

Jurisprudentie over een dergelijke situatie is mij overigens nog niet bekend. Het is dan ook de vraag of het verstandig is om te leunen op deze nieuwe wetgeving. Mijn advies zou voorlopig nog zijn de eigen werkprocessen zo in te richten dat algemene voorwaarden altijd tijdig van toepassing worden verklaard en feitelijk ter hand worden gesteld.

Hof Arnhem laat wel enige ruimte voor discussie

Opvallend is verder dat het Hof Arnhem nog uitdrukkelijk enige (discussie)ruimte over laat over de dienstenrichtlijn. De hiervoor geciteerde overweging wordt namelijk voorafgegaan door de volgende overwegingen:
2.5 [appellant] is, ondanks de uitnodiging in het tussenarrest, niet ingegaan op de inhoud van artikel 6:230c Burgerlijk Wetboek, noch op artikel 80 lid 1 Overgangswet Nieuw Burgerlijk Wetboek.
2.6  Het hof overweegt thans als volgt. [appellant] heeft de vernietiging eerst bij memorie van grieven van 24 januari 2012 ingeroepen, dus na de inwerkingtreding van genoemd artikel 6:230c Burgerlijk Wetboek (28 december 2009). Het nieuwe recht is dus beslissend voor de vraag of vernietiging mogelijk is.

Het Hof Arnhem heeft de huurder van de auto dus uitdrukkelijk de ruimte gegeven zich uit te laten over:

  1. de wettekst van artikel 6:230c BW;

  2. het overgangsrecht.


De vraag is wat de huurder over de wettekst zou moeten hebben opmerken. Het betoog dat de voorwaarden niet "gemakkelijk toegankelijk" waren lijkt gezien de feiten weinig kansrijk (erkend is immers dat die voorwaarden voor het grijpen lagen). Het betoog dat het autoverhuurbedrijf niet als dienstverrichter is te beschouwen lijkt ook niet zo kansrijk, nu autoverhuur letterlijk als voorbeeld in overweging 33 van de dienstenrichtlijn wordt genoemd.

Op grond van het overgangsrecht zou de uitkomst van de kwestie echter wel anders kunnen zijn uitgevallen. Op grond van artikel 80 lid 1 Overgangswet Nieuw Burgerlijk Wetboek kan (kort samengevat) er geen beroep meer worden gedaan op een (historische) vernietigingsgrond wanneer die vernietigingsgrond door een wetswijziging is komen te vervallen.

Dat betekent dus praktisch dat de huurder de vernietiging van de algemene voorwaarden vanwege het niet feitelijk ter hand stellen daarvan niet meer kan inroepen na de inwerkingtreding van de regels uit de dienstenrichtlijn. Over het moment van inwerkingtreding van die nieuwe regels valt echter het nodige op te merken. De betreffende regels traden voor het eerst op 28 december 2009 in werking. Daarna ontstond er verwarring, want door de invoering van de wet elektronische akten werd de verwijzing naar de dienstenrichtlijn alweer op 1 juli 2010 uit de wetgeving over de algemene voorwaarden verwijderd. De staatssecretaris heeft vervolgens opgemerkt dat totdat de wet weer opnieuw werd gewijzigd, de oude regels zouden gelden. Pas op 1 januari 2012 zijn de regels opnieuw gaan gelden.

In dit geval is de vernietiging van de algemene voorwaarden kennelijk eerst op 24 janauri 2012 ingeroepen. Die datum ligt na de laatste datum van de inwerkingtreding van de wet en dit zou de huurder dus niet verder hebben geholpen. Zou er echter ook eerder al een beroep zijn gedaan op de vernietiging van de algemene voorwaarden, dan had betoogd kunnen worden dat - mede ook gelet op alle wetswijzigingen - een beroep op de vernietiging wel degelijk zou kunnen slagen. Kennelijk was in het dossier geen beroep op vernietiging terug te vinden van oudere datum.