Miss B versus Miss H

Het Gerecht van de Europese Unie heeft in een oppositiebeslissing geoordeeld over de door het merk Miss B ingestelde oppositie tegen het merk Miss H, gegrond op merkinbreuk. Beide merken zijn voor onder meer kleding ingeschreven.

Het Gerecht oordeelt dat het woord 'miss' een Engels term is die door de relevante consument wordt opgevat als een verwijzing naar jonge vrouwen of missverkiezingen, en zal worden opgevat als een beschrijving van het doel van de betrokken waren, dat wil zeggen: een productlijn bestemd voor een vrouwelijke publiek. Er is dus een zekere begripsmatige overeenstemming.

Echter, het Gerecht oordeelt dat de consument niet veel aandacht besteedt aan de beschrijvende term 'miss' en de letter "H" vanuit visueel en auditief oogpunt te veel verschilt van de letter "B". Daarom is er geen gevaar voor verwarring tussen de betrokken merken.

Kortom, het Gerecht wijst de oppositie van Miss B af.