1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Notaris draait op voor kosten (gegronde) tuchtklacht

Notaris draait op voor kosten (gegronde) tuchtklacht

Vanaf 1 januari 2018 gelden nieuwe regels voor klachten die nadien worden ingediend bij de kamer voor het notariaat. In het geval dat een klacht (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard, dient de notaris het door de klager betaalde griffierecht aan klager te vergoeden. Als ook een maatregel wordt opgelegd, kan de notaris daarnaast worden veroordeeld in de (overige) kosten van klager en de kosten van de behandeling van de zaak. In totaal kunnen de kosten oplopen tot EUR 4.550.Tijdelijke richtlij...
Leestijd 
Auteur artikel Daan Baas
Gepubliceerd 21 december 2017
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Vanaf 1 januari 2018 gelden nieuwe regels voor klachten die nadien worden ingediend bij de kamer voor het notariaat. In het geval dat een klacht (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard, dient de notaris het door de klager betaalde griffierecht aan klager te vergoeden. Als ook een maatregel wordt opgelegd, kan de notaris daarnaast worden veroordeeld in de (overige) kosten van klager en de kosten van de behandeling van de zaak. In totaal kunnen de kosten oplopen tot EUR 4.550.

Tijdelijke richtlijn kostenveroordeling kamers voor het notariaat

Deze richtlijn geldt vanaf 1 januari 2018 (en voor klachten van na die datum) en in beginsel voor één jaar. Daarna zal de richtlijn worden geëvalueerd en zonodig worden bijgesteld. Het is een richtlijn, dus de tuchtrechter kan ervan afwijken.

Kosten gedragen door veroorzaker

De kamer voor het notariaat is de notariële tuchtrechter. Voordat de kamer een klacht in behandeling neemt, moet de klager griffierecht ad EUR 50 betalen.

Indien een klacht (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard, dient de notaris het door de klager betaalde griffierecht aan klager te vergoeden. Als ook een maatregel wordt opgelegd, kan de kamer de notaris daarnaast veroordelen in de (overige) kosten van klager en de kosten van de behandeling van de zaak bij de kamer.

Met deze richtlijn wordt tegemoetgekomen aan het principe dat de kosten van de tuchtprocedure zoveel mogelijk worden gedragen door degene die ertoe aanleiding heeft gegeven dat die procedure noodzakelijk was. De klager kan niet in de kosten worden veroordeeld, ook niet als de klacht ongegrond wordt verklaard.

Twee soorten kostenveroordelingen

Er zijn twee soorten kostenveroordelingen:

  1. ten gunste van de klager;

  2. ten behoeve van de kamer.


Ad 1) de kosten van de klager

In een tuchtprocedure kan beslist worden dat de notaris (een deel van) de kosten die de klager in verband met de behandeling van de klacht redelijkerwijs heeft moeten maken, aan de klager dient te vergoeden.

Deze kosten bestaan uit twee componenten:

-           de kosten van de klager (zoals reiskosten), forfaitair vastgesteld op EUR 50; en

-           de kosten van beroepsmatige rechtsbijstand aan de klager. Deze kosten zijn afhankelijk van het aantal proceshandelingen en zijn gemaximeerd op EUR 1.000.

Ad 2) de kosten van de kamer

In een tuchtprocedure kan beslist worden dat de notaris (een deel van) de kosten die ten laste van de kamer komen voor de behandeling van de klacht, aan de kamer dienen te worden vergoed.

Deze kosten zien op o.a. de kosten van het gebruik van de zittingszaal en werkruimtes en de kosten van de leden en de ondersteuning van de kamer.

Op grond van deze richtlijn geldt dat de notaris aan de kamer de kosten van de behandeling van de klacht door de kamer dient te vergoeden, welke kosten zijn vastgesteld op EUR 3.500. Dat is iets minder dan de daadwerkelijke kostprijs.

Beroepsaansprakelijkheidsverzekering

Op grond van artikel 15 van de Verordening beroeps- en gedragsregels 2011 moet de notaris voldoende verzekerd zijn tegen vermogensschade als gevolg van aansprakelijkheid.

Doorgaans is een notaris ook verzekerd voor de kosten van rechtsbijstand en verweer, hoewel het zeer de vraag is of ook voornoemde veroordelingen van de kosten van de klager en de kamer onder de dekking vallen. Het betreft geen (gedekte) schade ten gevolge van een aanspraak (het gaat immers om een tuchtklacht en niet om een civielrechtelijke aanspraak). Ook betreft het geen (eigen) verweerkosten, maar kosten van de klager en de kamer. Deze kosten vallen doorgaans niet onder de dekking. Vermoedelijk zal een notaris in het voorkomende geval de kosten dus zelf moeten dragen.

Indien vastgesteld moet worden dat deze kosten niet onder de dekking van (het gros van) de huidige beroepsaansprakelijkheidspolissen vallen, dan zouden verzekeraars en makelaars/tussenpersonen er goed aan doen om te bezien of dat toch niet wenselijk is.

Indien en voor zover dekking zou bestaan, zal dat enige invloed hebben op de kostprijs (premie) van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering.

Conclusie

Indien een tuchtklacht tegen een notaris (gedeeltelijk) gegrond wordt verklaard, dient de notaris het door de klager betaalde griffierecht aan klager te vergoeden. Als ook een maatregel wordt opgelegd, kan de kamer de notaris daarnaast veroordelen in de (overige) kosten van klager en de kosten van de behandeling van de zaak bij de kamer. In totaal kunnen de kosten oplopen tot EUR 4.550. Het is maar zeer de vraag of deze kosten onder de dekking van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering vallen.

Voor vragen, bijvoorbeeld over de dekking, kunt u uiteraard vrijblijvend bij mij terecht (mr. D.K. Baas, baas@dirkzwager.nl)