Wet- en regelgeving
In de kamerbrief staat dat het wetgevingsproces van de Omgevingswet inhoudelijk is afgerond in de Eerste en Tweede Kamer. Daarnaast is alle regelgeving van het hoofdspoor, het invoeringsspoor en de vier aanvullingssporen vastgesteld en bekendgemaakt. Dit betekent dat vanaf het moment dat de wet inwerking treedt, “het instrumentarium van de Omgevingswet volledig kan worden benut voor activiteiten en maatschappelijke opgaven op het gebied van fysieke leefomgeving”. Om het stelsel op moment van inwerkingtreding ook daadwerkelijk actueel te laten zijn zal tussentijds in onderhoud worden voorzien.
Het stelsel van de Omgevingswet zal volgens de Minister niet “af” zijn op de datum van inwerkingtreding. Het stelsel moet op dat moment echter wel voldoende gereed zijn om verantwoord van start te kunnen gaan. Na inwerkingtreding zal het stelsel verder worden doorontwikkeld en zullen bevoegde gezagen meer en meer ingevoerd raken in het nieuwe stelsel. Voor inwerkingtreding van de Omgevingswet is daarnaast een Koninklijk (inwerkingtredings-) Besluit (KB) vereist. Wanneer beide Kamers hebben ingestemd met de voorgestelde inwerkingtredingsdatum zal het KB worden vastgesteld en in het Staatsblad worden gepubliceerd. In de Kamerbrief wordt nog steeds uitgegaan van 1 juli 2022. In dat geval zal de publicatie uiterlijk 1 april 2022 moeten plaatsvinden.
DSO en Monitor Invoering Omgevingswet
Vóór de inwerkingtreding is implementatie van het DSO noodzakelijk. Ondanks dat nog niet alle bevoegd gezagen zijn aangesloten bij het DSO en hierbinnen verschillende verbeteringen nodig zijn, is de Minister – samen met de bestuurlijke partners – ervan overtuigd dat de inwerkingsdatum van 1 juli 2022 haalbaar is. De Minister voorziet dat op weg naar de invoering nog problemen zullen ontstaan, maar deze zijn inherent aan de fase waarin de inwerkingtreding zich bevindt. De uitkomsten van de Monitor Invoering Omgevingswet laten daarnaast een duidelijke voortgang zien, aldus de Minister. Gemeenten, provincies en waterschappen gaan door met het treffen van voorbereidingen voor de Omgevingswet. Zij hebben echter ook vragen met betrekking tot het DSO. Deze vragen nadrukkelijke aandacht de Minister. De Minister en de bestuurlijke partners concluderen desondanks dat zij kunnen blijven koersen op een inwerkingtreding per 1 juli 2022.
Onafhankelijke evaluatiecommissie
Naar aanleiding van een motie van de Tweede Kamer strekkende tot instelling van een onafhankelijke evaluatiecommissie heeft de Minister de Raad van leefomgeving en infrastructuur (Ri) benaderd. Hierbij is aansluiting gezocht bij een bestaand onafhankelijk adviescollege, zodat de onafhankelijkheid van de evaluatie van de Omgevingswet geborgd zou moeten zijn. De Ri zal vijf en tien jaar na inwerkingtreding van de Omgevingswet de wet evalueren en zal reflecteren op de jaarlijkse monitoringsrapportage.
Wilt u meer weten over de Omgevingswet en/of het Opleidingscurriculum dat Dirkzwager ontwikkelt om uw organisatie op de inwerkintreding voor te bereiden? Neem contact op met Jasper Molenaar.
