1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Speelgoed en intellectueel eigendomsrecht

Speelgoed en intellectueel eigendomsrecht

De vormgeving van speelgoed kan door diverse intellectuele eigendomsrechten beschermd zijn, zoals het auteursrecht, het modellenrecht en het merkenrecht. Ook komt speelgoed in Nederland vaak in aanmerking voor bescherming tegen slaafse nabootsing. Een recente uitspraak van de rechtbank Den Haag, over een trampoline, toont aan dat de bescherming begrensd is daar waar de kenmerken een technische functie hebben.Dutch Toys Group, een onderneming die zich bezighoudt met de ontwikkeling, productie...
Leestijd 
Auteur artikel Joost Becker
Gepubliceerd 19 juni 2014
Laatst gewijzigd 16 april 2018
De vormgeving van speelgoed kan door diverse intellectuele eigendomsrechten beschermd zijn, zoals het auteursrecht, het modellenrecht en het merkenrecht. Ook komt speelgoed in Nederland vaak in aanmerking voor bescherming tegen slaafse nabootsing. Een recente uitspraak van de rechtbank Den Haag, over een trampoline, toont aan dat de bescherming begrensd is daar waar de kenmerken een technische functie hebben.

Dutch Toys Group, een onderneming die zich bezighoudt met de ontwikkeling, productie en verkoop van buitenspeelgoed, waaronder trampolines, stelde dat Avyna inbreuk maakt op haar intellectueel eigendomsrechten met betrekking tot een ingraaf trampoline.

De rechtbank merkt op dat van belang is dat een recht op een model niet geldt voor de uiterlijke kenmerken die uitsluitend door de technische functie worden bepaald. Hoewel Dutch Toys Group enkele kenmerken heeft opgesomd van de trampoline, zoals de beschermrand, luchtroosters, vorm van het frame en gebogen framebuizen, grondankers, etc. weet Avyna ten aanzien van de aangewezen kenmerken te onderbouwen dat deze alle technisch bepaald zijn. Dat gebeurt met een verklaring van een ingenieur, gespecialiseerd in industrieel ontwerpen. Hij stelt dat  voor de stijfheid en stabiliteit van de constructie, het frame en de buizen, de bevestiging van het grondvlak, de ventilatieopeningen, het dekzeil, de borging technisch voor de hand liggen, en andere oplossingen inefficiënt of omslachtiger zouden zijn. De rechter kan 'geen vormgevingskeuze ontdekken'.

De vorderingen tot staking van de inbreuk op de ingeroepen intellectueel eigendomsrechten op de trampoline, en de daaraan verwante vorderingen, worden afgewezen.

Joost Becker, advocaat intellectueel eigendom