1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Splitsen van woningcorporaties noodzakelijk? (1)

Splitsen van woningcorporaties noodzakelijk?

Jan van der Moolen, directeur van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV), zegt in Aedes Magazine 15-16/2011 dat woningcorporaties hun commerciële activiteiten in een aparte BV moeten onderbrengen. Hij vindt dat een woningcorporatie elke schijn van kruissubsidiëring of overcompensatie moet voorkomen, “anders sta je al meteen met 1-0 achter”. Een opmerkelijke uitspraak van de man die straks moet gaan controleren of woningcorporaties de staatssteunregels in acht nemen. Blijkens haar beschikki...
Leestijd 
Auteur artikel Dirkzwager
Gepubliceerd 18 augustus 2011
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Jan van der Moolen, directeur van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV), zegt in Aedes Magazine 15-16/2011 dat woningcorporaties hun commerciële activiteiten in een aparte BV moeten onderbrengen. Hij vindt dat een woningcorporatie elke schijn van kruissubsidiëring of overcompensatie moet voorkomen, “anders sta je al meteen met 1-0 achter”. Een opmerkelijke uitspraak van de man die straks moet gaan controleren of woningcorporaties de staatssteunregels in acht nemen.

Blijkens haar beschikking van december 2009, waarin uiteengezet wordt onder welke voorwaarden staatssteun mag worden verleend aan woningcorporaties, verlangt de Europese Commissie slechts dat commerciële activiteiten van woningcorporaties tegen marktconforme voorwaarden moeten worden verricht. Daarvoor volstaat een administratieve scheiding. De heer Van der Moolen heeft echter twee redenen waarom woningcorporaties (juridisch) gesplitst zouden moeten worden. Op de eerste plaats is het vermogen van woningcorporaties niet bedoeld voor commerciële activiteiten. Als een woningcorporatie zich toch met deze activiteiten gaat bezighouden, moet heel duidelijk zijn dat dat gebeurt onder dezelfde voorwaarden als andere marktpartijen. Op de tweede plaats zijn er risico’s verbonden aan commerciële activiteiten. Het mag niet zo zijn dat deze risico’s worden afgewenteld op het eigen vermogen van de woningcorporatie, want dat brengt de positie van de woningcorporatie als geheel in gevaar.

Het interview laat verder zien dat het splitsen van woningcorporaties geen sinecure is. Belangrijke vragen zijn nog onbeantwoord, zoals de vraag welk deel van het vermogen van een woningcorporatie op de balans van de commerciële BV mag komen. Ook relevant is de vraag hoe om te gaan met activiteiten die de markt niet oppakt maar die evenmin voor staatssteun in aanmerking komen. En hoe om te gaan met het realiseren van koopwoningen? Volgens de Europese Commissie gaat het om een commerciële activiteit. Maar klopt dit wel? Volgens de heer Van der Moolen wordt in het segment tussen de 160.000 en 280.000 euro door commerciële partijen bijna niets aangeboden. Het is dus eigenlijk logisch dat woningcorporaties het als hun taak zijn gaan zien om voor het middensegment koopwoningen te realiseren. Het laatste woord is hier nog niet gezegd.