1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Staatssecretaris Wiebes beantwoordt Kamervragen inzake Wet DBA

Staatssecretaris Wiebes beantwoordt Kamervragen inzake Wet DBA

Op 26 april jl. heeft staatssecretaris Wiebes antwoorden gegeven op de Kamervragen van het CDA-kamerlid Omzigt inzake de Wet DBADe antwoorden bevatten niet veel nieuws onder de zon, maar geven op enkel onderdelen wel iets meer duidelijkheid. Zo wordt deelname aan de pensioenvoorziening of arbeidsongeschiktheidsverzekering gezien als een sterke aanwijzing voor het bestaan van een dienstbetrekking. Dit geldt eveneens voor het verstrekken of vergoeden van een opleiding of cursus. Het ter beschik...
Leestijd 
Auteur artikel Renate Peijs-Schoester (uit dienst)
Gepubliceerd 03 mei 2016
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Op 26 april jl. heeft staatssecretaris Wiebes antwoorden gegeven op de Kamervragen van het CDA-kamerlid Omzigt inzake de Wet DBA

De antwoorden bevatten niet veel nieuws onder de zon, maar geven op enkel onderdelen wel iets meer duidelijkheid. Zo wordt deelname aan de pensioenvoorziening of arbeidsongeschiktheidsverzekering gezien als een sterke aanwijzing voor het bestaan van een dienstbetrekking. Dit geldt eveneens voor het verstrekken of vergoeden van een opleiding of cursus. Het ter beschikking stellen van een werkplek (bureau, stoel, printer) of veiligheidsmiddelen hoeven geen aanwijzing te zijn van een dienstbetrekking. Deelname aan vergaderingen kan een aanwijzing voor een dienstbetrekking zijn, maar is wel afhankelijk van de aard van de vergadering. Als het overleg specifiek gaat over de opdracht van de zzp’er, dan is dat in principe geen aanwijzing voor een dienstbetrekking. Als het overleg echter een meer algemeen karakter heeft, dan wordt dit wel weer snel als een aanwijzing gezien.

 Over het toezicht en de controles door de Belastingdienst wordt vermeld dat als de aangetroffen situatie in redelijke overeenstemming is met de gebruikte modelovereenkomst, de Belastingdienst dan zijn onderzoek zal afronden. Meermalen wordt benadrukt dat bij een kleine incidentele afwijking van de gebruikte modelovereenkomst, dit geen gevolgen zal hebben. Pas als evident in afwijking van de modelovereenkomst wordt gewerkt, zal de Belastingdienst de feiten en omstandigheden nader gaan beoordelen.

Verder benadrukt Wiebes dat de modelovereenkomst alleen bedoeld is voor gevallen waarin twijfel bestaat over de aard van de arbeidsrelatie. Als overduidelijk is dat iemand als een zzp’er werkzaam is, dan is een door de Belastingdienst beoordeelde modelovereenkomst niet nodig.