Tweede Kamer neemt Wetsvoorstel tot wijziging Aanbestedingswet aan

Op 22 maart 2016 heeft de Tweede Kamer het Wetsvoorstel tot Wijziging van de Aanbestedingswet aangenomen. Naast het wetsvoorstel zelf, waren er verschillende amendementen en moties ingediend. Daarvan is de meerderheid aangenomen. De minister heeft ook nog een vierde nota van wijziging ingediend. Een kort overzicht van de belangrijkste stukken.

Het wetsvoorstel

Het wetsvoorstel is aangenomen. Dit lag al in de lijn der verwachting.

Opvallende amendementen

Een amendement tot aanpassing van het nieuwe gunningscriterium “laagste kosteffectiviteit” is ingetrokken. De minister had in een reactie op de amendementen al tot afwijzing ervan geadviseerd.

Het amendement waarin wordt geregeld dat de Gids Proportionaliteit ook wettelijk verplicht wordt voor speciale-sectorbedrijven is aangenomen. In de artikelen 1.10 en 1.13 wordt opgenomen dat ook speciale-sectorbedrijven de Gids moeten toepassen.

Net zoals toepassing van het gunningscriterium laagste prijs moet worden gemotiveerd, i met een aangenomen amendement de motiveringsplicht ook van toepassing op het nieuwe gunningscriterium “laagste kosteneffectiviteit”. Dit roept de vraag op de of de discussie rondom “de facto laagste prijs” ook zal gelden voor de laagste kosteneffectiviteit.

Vierde nota van wijziging

Met de vierde nota van wijziging bedoelt de minister enkele artikelen versneld in werking te laten treden. Het betreft artikelen voor de sociale diensten. Met de nota zijn de wijzigingen van artikel 2.38 en 2.40 al van toepassing vanaf na 17 april 2016 en totdat de volledige wetswijziging is doorgevoerd.

Hiermee wordt beoogd dat aanbesteders na het verlopen van de omzettingstermijn van de richtlijn, de sociale diensten genoemd in Bijlage 14 bij Richtlijn 2014/24 met de verlichte procedure kunnen gunnen. Dat zou niet mogelijk zijn zonder deze nota, omdat omzetting van de richtlijn op dit onderdeel noodzakelijk is. Aan de procedure-eisen voor sociale diensten komt waarschijnlijk geen rechtstreekse werking toe.

De minister lijkt in de nota het mogelijk te maken ook na 18 april 2016 nog 2B-diensten te gunnen. Dit kan waarschijnlijk niet bedoeld zijn. In Algemene Richtlijn 2014/24 komen de 2B-diensten namelijk niet voor. Het aanbesteden van een 2B-dienst is in strijd met de richtlijn en dus waarschijnlijk niet meer toegestaan vanwege de rechtstreekse werking van de richtlijn op dit punt.

Inwerkingtreding

Nu de Tweede Kamer heeft ingestemd met het wetsvoorstel, zal het aan de Eerste Kamer worden gestuurd. De minister streeft naar inwerkingtreding per 1 juli. Het is nog de vraag of dat moment wordt gehaald. Duidelijk is wel dat er goed gekeken moet worden naar de mogelijke rechtstreekse werking van de richtlijn na 18 april.

mr. Joris Bax
aanbestedings- en bouwrechtadvocaat Dirkzwager