1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Van Drie mag Alpuro toch overnemen

Van Drie mag Alpuro toch overnemen

De rechtbank Rotterdam heeft in haar einduitspraak van 19 juli 2012 geoordeeld dat Van Drie Holding B.V. Alpuro Holding B.V. mag overnemen, omdat de concurrentie op de markt voor verkoop van kalfsvlees als gevolg van de overname niet zal worden belemmerd. Daarmee is een (voorlopig?) einde gekomen aan een langslepende saga.Van Drie had haar voornemen om Alpuro over te nemen namelijk al op 15 februari 2010 bij de NMa gemeld. De NMa gaf vervolgens bij besluit groen licht voor de overname omdat z...
Leestijd 
Auteur artikel Sjaak van der Heul
Gepubliceerd 09 augustus 2012
Laatst gewijzigd 16 april 2018
De rechtbank Rotterdam heeft in haar einduitspraak van 19 juli 2012 geoordeeld dat Van Drie Holding B.V. Alpuro Holding B.V. mag overnemen, omdat de concurrentie op de markt voor verkoop van kalfsvlees als gevolg van de overname niet zal worden belemmerd. Daarmee is een (voorlopig?) einde gekomen aan een langslepende saga.

Van Drie had haar voornemen om Alpuro over te nemen namelijk al op 15 februari 2010 bij de NMa gemeld. De NMa gaf vervolgens bij besluit groen licht voor de overname omdat zij geen nadelige gevolgen voor de concurrentie voorzag. Redengevend daarvoor was dat Van Drie en Alpuro op de Europese markt gezamenlijk niet over een machtspositie beschikken. Tegen dit besluit zijn belangenorganisaties van kalfsveehouders in beroep gegaan bij de rechtbank Rotterdam. Er zou volgens hen geen sprake zijn van een Europese markt, maar een Nederlandse markt waarop Van Drie en Alpuro wel een (concurrentiebelemmerende) machtspositie verwerven. In Nederland beschikken Van Drie en Alpuro gezamenlijk namelijk over een marktaandeel dat 100% benadert.

De rechtbank Rotterdam oordeelde bij tussenuitspraak van 23 augustus 2011 dat de NMa onvoldoende had gemotiveerd dat sprake is van een Europese markt voor de verkoop van kalfsvlees, omdat niet was aangetoond dat buitenlandse verkopers kalfsvlees op de Nederlandse markt konden aanbieden. De NMa had namelijk geen onderzoek gedaan naar de mogelijkheid van zogenaamde ‘deficit markets’ in de rest van Europa. Deficit markets zouden bestaan wanneer de nationale productie van kalfsvlees in verschillende Europese landen onvoldoende blijkt om te voorzien in de respectieve nationale behoeftes. Voor een uitgebreide bespreking van de tussenuitspraak wordt verwezen naar het artikel: NMa schiet tekort in de mededingingsrechtelijke beoordeling van een overname in de slachtsector .

De NMa kreeg van de rechtbank Rotterdam echter de kans om dit motiveringsgebrek te herstellen door nader onderzoek te verrichten. Volgens de einduitspraak van 19 juli 2012 is de NMa daarin geslaagd.

De NMa heeft erkend dat de omringende landen deficit markets zijn alwaar de slachterijen onvoldoende produceren om in de nationale behoefte te voorzien. Uit het aanvullende onderzoek van de NMa blijkt volgens de rechtbank Rotterdam echter tevens dat die omstandigheid hen er niet van weerhoudt om naar Nederland te exporteren. Dit blijkt onder meer uit het feit dat Nederland wel degelijk kalfsvlees uit deficit markets importeert. Bovendien zijn de prijzen voor kalfsvlees in de verschillende Europese landen aan elkaar gerelateerd, hetgeen impliceert dat onderlinge concurrentiedruk wordt ondervonden. De NMa heeft daarmee volgens de rechtbank Rotterdam voldoende gemotiveerd dat ondanks het bestaan van deficit markets sprake is van een Europese markt voor de verkoop van kalfsvlees. De conclusie dat de overname van Alpuro door Van Drie geen mededingingsbeperkend effect zal hebben.

Of de overnamesaga met de einduitspraak van de rechtbank Rotterdam definitief ten einde komt valt nog te bezien. Tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam staat immers nog hoger beroep open.