1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Vervroegd pensioen en doorwerken vanaf 60 jaar versoepeld

Vervroegd pensioen en doorwerken vanaf 60 jaar versoepeld

Vanaf  7 september  2011 is vervroegd pensioen en doorwerken vanaf 60 jaar niet langer fiscaal geblokkeerd.Volgens de oude (fiscale) regeling mag niet doorgewerkt worden bij vervroeging van de reguliere ingangsdatum van het pensioen (besluit 29 augustus 2003, nr. CPP2003-530M). Dit geldt ook voor het vervroegen van de reglementaire ingangsdatum van vroegpensioen, tijdelijk overbruggingspensioen en prepensioen.Reden is dat vervroeging van de bedoelde ingangsdata niet verenigbaar is met het kar...
Leestijd 
Auteur artikel Henk Hoving
Gepubliceerd 05 december 2011
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Vanaf  7 september  2011 is vervroegd pensioen en doorwerken vanaf 60 jaar niet langer fiscaal geblokkeerd.

Volgens de oude (fiscale) regeling mag niet doorgewerkt worden bij vervroeging van de reguliere ingangsdatum van het pensioen (besluit 29 augustus 2003, nr. CPP2003-530M). Dit geldt ook voor het vervroegen van de reglementaire ingangsdatum van vroegpensioen, tijdelijk overbruggingspensioen en prepensioen.

Reden is dat vervroeging van de bedoelde ingangsdata niet verenigbaar is met het karakter van de bedoelde pensioenregelingen, die een einde aan het arbeidzame leven veronderstellen. Bij gedeeltelijke vervroegde pensionering moet de mate van inkomensvermindering overeenkomen met het gedeelte waarvoor het vervroegd pensioen ingaat. In de praktijk verlangt de pensioenuitvoerder (en vaak ook de werkgever) een verklaring van de werknemer, dat hij/zij het arbeidzame leven in dezelfde mate beëindigt als waarin hij/zij vervroegd met pensioen gaat, en dat hij/zij niet van plan is weer aan het werk te gaan.

De staatssecretaris van Financiën, samen met de minister van SZW, hebben dit beleid deels herzien. Bij een vervroeging van de 60-jarige leeftijd of later zal voortaan niet worden getoetst of de economische activiteiten dienovereenkomstig waren verminderd. Voortaan kunnen dus vervroegde pensionering en doorwerken gecombineerd worden vanaf 60 jaar. Dan zal niet langer fiscaal getoetst worden of de economische activiteiten dienovereenkomstig verminderd worden.

Door deze beleidswijziging verbeteren de mogelijkheden om (gedeeltelijk) vervroegde pensionering in combinatie met (gedeeltelijk) doorwerken flexibel in te vullen. Daarnaast worden belemmeringen in de uitvoeringslasten van de overheid verminderd en kan de arbeidsparticipatie van oudere werknemers gestimuleerd worden.

Bij vervroegde pensionering vóór 60 jaar blijft de oude toetsing plaatsvinden aan de voorwaarde dat de arbeidsinkomsten van de werknemer gelijk afnemen met de mate van vervroegde pensionering.

De hiervoor kort besproken fiscale wijziging staat los van de vereisten die kunnen gelden in de pensioenregeling tussen werkgever en werknemer en in het pensioenreglement van de pensioenuitvoerder.