1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Wageningen Universiteit maakt geen reclame voor melk

Wageningen Universiteit maakt geen reclame voor melk

Wakker Dier had een klacht ingediend tegen 'Wageningen University & Researchcentre' en Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO) bij de Reclame Code Commissie. Volgens Wakker Dier zou Wageningen UR in haar berichten over wetenschappelijk onderzoek in feite reclame hebben gemaakt voor melk. Die reclame zou niet geoorloofd zijn, omdat er ontoelaatbare gezondheidsclaims in zouden staan. De Reclame Code Commissie wijst de klacht van Wakker Dier af.De Reclame Code Commissie heeft op 17 november 2011...
Leestijd 
Auteur artikel Jaap Kronenberg (uit dienst)
Gepubliceerd 18 november 2011
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Wakker Dier had een klacht ingediend tegen 'Wageningen University & Researchcentre' en Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO) bij de Reclame Code Commissie. Volgens Wakker Dier zou Wageningen UR in haar berichten over wetenschappelijk onderzoek in feite reclame hebben gemaakt voor melk. Die reclame zou niet geoorloofd zijn, omdat er ontoelaatbare gezondheidsclaims in zouden staan. De Reclame Code Commissie wijst de klacht van Wakker Dier af.

De Reclame Code Commissie heeft op 17 november 2011 uitspraak gedaan op de klacht van Wakker Dier.

De klacht van Wakker Dier richtte zich tegen een nieuwsbericht (november 2010) van Wageningen UR en een redactioneel artikel in het tijdschrift Wageningen World, het kwartaalblad voor alumni en relaties van Wageningen UR (maart 2011).

Beide berichten gingen over een wetenschappelijk artikel, gepubliceerd in The American Journal of Clinical Nutrition, over literatuuronderzoek naar de effecten van het drinken van melk op het risico voor hart- en vaatziekten. Eén van de auteurs wordt in beide berichten geciteerd met de quote "Het positieve effect van melk konden we tot en met drie per glazen per aantonen, dan is het risico op hart- en vaatzieken 18 % lager". De redacteuren van de gewraakte berichten hebben aan de wetenschappelijke publicatie en de uitlatingen van de onderzoeker (sub-)kopjes ontleend, zoals "Melk goed tegen hart- en vaatziekten", "Joris Driepinter had toch gelijk", "Joris Driepinter voorkomt hartziekten" en "Drie glazen melk per dag helpt de kan op hart- en vaatziekten verlagen, .......". Bij één van de berichten was ook een plaatje van een reclamecampagne uit de zestiger jaren afgebeeld, met daarop Joris Driepinter en drie glazen melk en de tekst "Ik drink melk. Jij ook?" en "Melk moet. Melk doet je goed.".

Wakker Dier klaagde erover dat deze uitingen zijn aan te merken als reclame voor melk ten behoeve van NZO. Die had ook het onderzoek gefinancierd, dus daarmee stond volgens Wakker Dier het reclamekarakter van de uitingen wel vast.

De Reclame Code Commissie volgt Wakker Dier daarin niet. Hoewel verschillende elementen van de berichten wel als aanprijzing van melk kunnen worden aangemerkt, zijn de berichten geen reclame.

Artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code bepaalt namelijk dat onder reclame wordt verstaan: "iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten en/of denkbeelden door een adverteerder of geheel of deels ten behoeve van deze, al dan niet met behulp van derden".

Hoewel vaststaat dat het wetenschappelijk onderzoek waarover wordt bericht is gefinancierd door NZO, is niet aangetoond dat NZO opdracht heeft gegeven tot publicatie van die berichten of dat er tussen Wageningen UR en NZO vooraf overleg geweest is over de inhoud van die berichten. Aldus wordt volgens de Reclame Code Commissie niet voldaan aan de definitie van reclame van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code.

Om die reden wordt de klacht tegen Wageningen UR afgewezen. Voor zover de klacht is gericht tegen NZO faalt die ook, omdat aan de klacht geen uitingen van NZO ten grondslag zijn gelegd.

Wakker Dier wilde naar eigen zeggen met deze klacht aan de kaak stellen dat de industrie de wetenschap misbruikt om reclame te maken via de berichtgeving over wetenschappelijk onderzoek vanuit de wetenschappelijke onderzoeksinstellingen zelf. Wakker Dier bleek echter niet in staat om in deze zaak aannemelijk te maken dat er daadwerkelijk van enige beinvloeding van de industrie van het onderzoek of de berichtgeving daarover sprake is. De Reclame Code Commissie heeft aldus terecht de beschuldigingen van Wakker Dier dat Wageningen UR haar wetenschappelijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid van Wageningen UR zou hebben geschonden afgewezen. De uitgebreide publiciteit die Wakker Dier voor deze klacht heeft gegenereerd is per saldo niet meer dan een storm in een glas melk.