Wetsvoorstel tot wijziging Wvg aangenomen door Tweede Kamer

In januari van dit jaar berichtten wij al dat de ingrijpende wijzigingen die zijn voorzien voor de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) nu toch echt dichterbij komen. Nadat het wetgevingsproces bijna twee jaar stil had gelegen, is onlangs de Nota naar aanleiding van het verslag en een Nota van wijziging aan de Tweede Kamer gezonden. Vervolgens zijn door middel van amendementen nog een aantal belangrijke wijzigingen in het wetsvoorstel aangebracht. Op 16 februari 2010 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel aangenomen.Het wetsvoorstel tot wijziging van de Wvg (Kamerstuknr. 31 285) heeft tot doel de Wvg verder te vereenvoudigen. De belangrijkste wijzigingen waarin het wetsvoorstel voorziet, betreffen de stroomlijning van de aanbiedingsprocedure, de aanpassing van de bekendmaking en inwerkingtreding van voorkeursrechten, het vervangen van de mogelijkheid om Gedeputeerde Staten om ontheffing van de onderhandelingsplicht te verzoeken door de mogelijkheid om vrijstelling van de aanbiedingsplicht te verzoeken bij gewichtige redenen en het verbeteren van de terminologie.

In januari van dit jaar hebben wij de belangrijkste concreet voorgestelde wijzigingen uitvoerig besproken. In het hierna volgende beperken wij ons tot de belangrijkste wijzigingen die onlangs in het wetsvoorstel zijn doorgevoerd.

Rechtsgevolgen voorkeursrecht tóch expliciet in Wvg
In eerste instantie voorzag het wetsvoorstel in de toevoeging van een tweede lid aan art. 2 Wvg, waarin was opgenomen dat een voorkeursrecht tot gevolg heeft dat de vervreemder onbevoegd is tot vervreemding. Deze wijziging is vervolgens weer uit het voorstel geschrapt. Reden daarvan was dat daarmee een niet beoogde wetsystematische verandering teweeg zou worden gebracht.

De wetgever heeft het kennelijk toch van belang gevonden om het rechtsgevolg expliciet in de wet te vermelden. Inmiddels voorziet het wetsvoorstel namelijk wederom in toevoeging van een tweede lid aan artikel 2 Wvg. Dit artikel moet in de toekomst worden aangevuld met de bepaling dat de aanwijzing tot gevolg heeft dat de aangewezen onroerende zaak niet vatbaar is voor vervreemding in strijd met het bepaalde in deze wet.

Aanwijzingsbesluit moet ‘onverwijld’ worden bekendgemaakt
Door de nieuwe wijziging is het college van burgemeester en wethouders in de toekomst niet alleen gehouden de zakelijke inhoud van het aanwijzingsbesluit en de terinzagelegging bekend te maken, maar dient dit ook ‘onverwijld’ te gebeuren. De achterliggende gedachte van de toevoeging van deze zinsnede aan art. 7 lid 1 is dat het zaak is dat er zo min mogelijk tijd zit tussen het nemen van het besluit en de publicatiedatum.

Onderhandse executie onder de vrijstelling van artikel 10 lid 2 letter e WVG gebracht
Het wetsvoorstel voorziet er sinds kort in dat art. 10 lid 2 sub e Wvg  het woord ‘openbare’ komt te vervallen. Daarmee wordt de onderhandse executoriale verkoop onder de vrijstelling van de aanbiedingsplicht gebracht. Ook wordt met deze formulering voorkomen dat onduidelijkheid ontstaat of andere onderhandse verkopen dan onderhandse executoriale verkopen onder de werking van dit artikel vallen. Dat is dus niet het geval. Het wetsvoorstel voorziet bovendien in betrokkenheid van de gemeente bij een via art.10 lid 2 sub e van de aanbiedingsplicht vrijgestelde onderhandse executoriale verkoop. De voorzieningenrechter beslist niet eerder op het verzoek tot goedkeuring van een onderhandse verkoop dan nadat hij het betrokken bestuursorgaan een naar zijn oordeel redelijke termijn tot het doen van een bod heeft geboden. Zo blijft de voorkeurspositie zo goed mogelijk gehandhaafd. Indien de executie in gang wordt gezet op grond van een of meerdere rechtshandelingen met de kennelijke strekking afbreuk te doen aan de voorkeursrechtpositie blijft voor die rechtshandelingen een beroep op art. 26 Wvg  mogelijk.

Verworpen amendement
Het amendement dat erin voorzag de inwerkingtreding van een aanwijzingsbesluit te koppelen aan de inschrijving in de openbare registers van het Kadaster in plaats van aan de inschrijving in het gemeentelijke beperkingenregister, is door de Tweede Kamer verworpen. Reden daarvan is dat de Wkpb wordt op dit moment geëvalueerd en het amendement zou deze evaluatie en het stelsel van de Wkpb doorkruisen.

Het wetsvoorstel is nu naar de Eerste Kamer gezonden en de verwachting is dat het nog in 2010 in werking treedt.