1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Wijzigingsverordening beroepsaansprakelijkheidsverzekering (advocaten)

Wijzigingsverordening beroepsaansprakelijkheidsverzekering (advocaten)

Vanaf 1 januari 2019 wordt de regelgeving omtrent de beroepsaansprakelijkheidsverzekering voor advocaten enigszins gewijzigd. De wijzigingen zien op de verplichte verzekering voor de advocaat in dienstbetrekking en op de minimumeisen voor de beroepsaansprakelijkheidsverzekering.
Leestijd 
Auteur artikel Daan Baas
Gepubliceerd 10 april 2018
Laatst gewijzigd 22 november 2019

Vanaf 1 januari 2019 wordt de regelgeving omtrent de beroepsaansprakelijkheidsverzekering voor advocaten enigszins gewijzigd. De wijzigingen zien op de verplichte verzekering voor de advocaat in dienstbetrekking en op de minimumeisen voor de beroepsaansprakelijkheidsverzekering.

Wijziging Verordening op de advocatuur

In verband met de evaluatie van de regelgeving inzake de beroepsaansprakelijkheidsverzekering heeft het college van afgevaardigden van de Nederlandse Orde van advocaten op 29 maart 2018 een besluit genomen die voornoemde regelgeving op twee punten wijzigt.

De Wijzigingsverordening beroepsaansprakelijkheidsverzekering treedt op 1 januari 2019 in werking.

1: Advocaat in dienstbetrekking

Iedere advocaat is verplicht adequaat verzekerd te zijn tegen beroepsaansprakelijkheid. In art. 6.24 lid 2 van de Verordening op de advocaat is een uitzondering opgenomen voor advocaten die de praktijk in dienstbetrekking uitoefenen en uitsluitend optreden voor hun werkgever.

De aanstaande wijziging ziet erop dat de uitzondering niet slechts geldt voor de advocaat die de praktijk in dienst uitoefent en schade toebrengt aan zijn werkgever, maar tevens voor de situatie dat schade wordt toegebracht aan in de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen (in feite zijn cliënt). Voorwaarde voor de uitzondering blijft dat de werkgever (of in het nieuwe geval ook de in de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen) hem voor deze schade op voorhand vrijwaart.

In dat geval blijft voor de advocaat die de praktijk in dienst uitoefent overigens de verplichting bestaan een aansprakelijkheidsverzekering te sluiten voor schade als advocaat toegebracht aan een derde.

Kortom: niet langer hoeft het risico verzekerd te zijn van de aansprakelijkheid van de advocaat tegenover (zijn werkgever of in) de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen voor schade die de advocaat in zijn beroepsuitoefening heeft toegebracht aan (zijn werkgever of) in de groep met de werkgever verbonden rechtspersonen.

2: Minimumeisen beroepsaansprakelijkheidsverzekering

In art. 6.25 worden de minimumeisen waaraan de beroepsaansprakelijkheidsverzekering moet voldoen beschreven.

In de gewijzigde toelichting op dit artikel wordt verduidelijkt dat de hoogte van het verzekerd bedrag per verzekeringsjaar altijd minimaal tweemaal de hoogte van het verzekerd bedrag per aanspraak (minimaal EUR 500.000) moet zijn. Het minimale verzekerde bedrag per verzekeringsjaar is dus EUR 1.000.000 ingeval het verzekerd bedrag per aanspraak EUR 500.000 bedraagt (maar hoger indien het verzekerd bedrag per aanspraak hoger is). Het minimale verzekerde bedrag per verzekeringsjaar dient dus altijd tweemaal zo hoog te zijn als het verzekerd bedrag per aanspraak en kan daarom nooit even hoog zijn. De reden is dat meerdere aanspraken per verzekeringsjaar onder de dekking moeten kunnen vallen. Voornoemde bedragen gelden per verzekering en dus per kantoor.

Check (polis)voorwaarden

De algemene raad raadt advocaten aan in de polisvoorwaarden of bij hun tussenpersoon na te gaan of de wijzigingen consequenties hebben voor hun beroepsaansprakelijkheidsverzekering.