1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Zorgverzekeraar richt vangnetstichting op

Zorgverzekeraar richt vangnetstichting op

Het zal weinigen zijn ontgaan dat Stichting Zorggroep Pasana, waarvan het noodlijdende ziekenhuis De Sionsberg in het Friese Dokkum deel uitmaakte, op 28 november jongstleden door de Rechtbank Noord-Nederland failliet is verklaard. Ook zal de oplettende lezer kennis hebben genomen van het feit dat De Friesland Zorgverzekeraar een zogenaamde “vangnetstichting” heeft opgericht die de continuïteit van de binnen Zorggroep Pasana verleende ouderenzorg moet garanderen. Maar wat is een vangnetsticht...
Leestijd 
Auteur artikel Tom van Malssen
Gepubliceerd 07 december 2014
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Het zal weinigen zijn ontgaan dat Stichting Zorggroep Pasana, waarvan het noodlijdende ziekenhuis De Sionsberg in het Friese Dokkum deel uitmaakte, op 28 november jongstleden door de Rechtbank Noord-Nederland failliet is verklaard. Ook zal de oplettende lezer kennis hebben genomen van het feit dat De Friesland Zorgverzekeraar een zogenaamde “vangnetstichting” heeft opgericht die de continuïteit van de binnen Zorggroep Pasana verleende ouderenzorg moet garanderen. Maar wat is een vangnetstichting precies? En waarom wordt een dergelijke stichting door een zorgverzekeraar opgericht?

Oorspronkelijk werd de constructie van de vangnetstichting gepresenteerd als een noodoplossing voor de situatie waarin zorgverzekeraars niet meer in staat zijn om hun wettelijk verankerde zorgplicht te vervullen (zie de artikelen 11 Zorgverzekeringswet (ZVW) en 6 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)). In een dergelijke situatie van overmacht zou de rijksoverheid een tijdelijke stichting in het leven kunnen roepen die cruciale zorg – ambulancezorg, spoedeisende hulp, acute verloskunde en crisisopvang GGZ – door zou moeten leveren als na een faillissement van een zorgaanbieder geen enkele andere aanbieder bereid blijkt om dit gedeelte van het zorgaanbod van de failliete zorgaanbieder over te nemen. De constructie van de vangnetstichting was uitsluitend bedoeld ter overbrugging van de periode tussen een daadwerkelijk faillissement van een zorgaanbieder en een structurele oplossing in de markt (zie de Beleidsbrief “Waarborgen voor continuïteit van zorg” van de Minister van VWS van 27 april 2011).

Inmiddels is de constructie in de beschreven vorm enkele keren toegepast, bijvoorbeeld bij dochterstichtingen van Meavita Den Haag en Groningen. Ook heeft het middel van de vangnetstichting inmiddels zijn neerslag gevonden in het wetsvoorstel tot wijziging van (onder andere) de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) in verband met het tijdig signaleren van risico’s voor de continuïteit van zorg (Kamerstukken 33 253).

In de Memorie van Toelichting op dit wetsvoorstel, dat momenteel in de Eerste Kamer ligt, wordt de constructie van de vangnetstichting (opnieuw) uitdrukkelijk gepresenteerd als een tijdelijke oplossing van overheidswege die pas aan de orde is als de zorgverzekeraar geen vervangend aanbod voor cruciale zorg heeft weten te contracteren. Onder voorwaarden komt een dergelijke stichting in aanmerking voor een zogenaamde “beschikbaarheidsbijdrage” die dient ter dekking van incidentele kosten die specifiek te maken hebben met het tijdelijk overnemen van zorgactiviteiten van een failliete zorgonderneming en die niet uit de reguliere tarieven kunnen worden betaald. Deze voorwaarden zijn concreet uitgewerkt in de Beleidsregel beschikbaarheidsbijdrage continuïteit van zorg van de NZa van 1 januari 2013.

De door De Friesland Zorgverzekeraar in het leven geroepen “vangnetstichting” lijkt noch van overheidswege te zijn opgericht, noch lijkt sprake te zijn van “cruciale zorg” in de zin van de definitie zoals deze bijvoorbeeld is opgenomen in artikel 2 van Bijlage A bij het Besluit Beschikbaarheidbijdrage Wmg. De vraag is dan ook wat precies de juridische status is van de stichting.

Maar wat hier ook van zij: de actie van De Friesland Zorgverzekeraar past goed in het huidige beleid waarin de verantwoordelijkheid voor de continuïteit van zorg sec steeds meer bij de zorgverzekeraars en steeds minder bij de overheid wordt neergelegd. De continuïteit van zorgaanbieders speelt in dit beleid in het geheel geen rol van betekenis meer, zo blijkt wel uit de meest recente – en zeker niet de laatste – val van een grote zorginstelling.