1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 18. Handhaving en uitvoering
  5. Afdeling 18.1 Bestuursrechtelijke handhaving
  6. 18.1.2 Aanwijzing en bevoegdheid toezichthouders
  7. 18.6 Aanwijzing toezichthouder

Artikel 18.6 Aanwijzing toezichthouder

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn belast de personen die daartoe bij besluit van het college van burgemeester en wethouders, het dagelijks bestuur van een waterschap, gedeputeerde staten, Onze Minister die het aangaat of andere met de uitvoering van deze wet belaste bestuursorganen zijn aangewezen.

2. Van een besluit tot aanwijzing van toezichthouders wordt mededeling gedaan door plaatsing in het gemeenteblad, het waterschapsblad, het provinciaal blad of de Staatscourant

Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr 3, p. 291-292)

Artikel 18.6 regelt de aanwijzing van toezichthouders. Het tweede lid van dit artikel is, aangevuld met twee nieuwe onderdelen, verzelfstandigd tot een afzonderlijk artikel 18.6a. In dit nieuwe artikel 18.6a wordt de tekst van dit oorspronkelijk tweede lid van artikel 18.6 geïntegreerd met het vierde lid van artikel 5.10 en het tweede lid van artikel 5.11 Wabo, zoals die artikelleden zijn komen te luiden na inwerkingtreding van de Wet van 9 december 2015 tot wijziging van de Wabo (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving). Deze artikelleden lenen zich voor een bundeling in een afzonderlijk artikel, omdat ze alle drie betrekking hebben op de reikwijdte van de bevoegdheidsuitoefening van toezichthouders.

Het eerste en tweede lid van artikel 18.6a bevatten twee bepalingen die de reikwijdte van een bij een omgevingsdienst werkzame ambtenaar kunnen verruimen, bijvoorbeeld tot het hele territoir van het bevoegd gezag, door wie de betrokken ambtenaar is aangewezen als toezichthouder. Het eerste lid bevat de huidige – overgehevelde – bepaling van artikel 5.11, tweede lid, Wabo. Het tweede lid bevat de huidige – overgehevelde – bepaling van artikel 18.6, tweede lid, van de Omgevingswet (vergelijk artikel 5.20, vierde lid,).

Het derde en vierde lid van artikel 18.6a zien op werkzaamheden door toezichthouders werkzaam bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) op verzoek van de organen die verantwoordelijk zijn voor het beheer van het lokaal spoor (zie het huidige Besluit aanwijzing toezichthouder Wet lokaal spoor). Dit lid bevat een gedeeltelijke overheveling van artikel 42 van de Wet lokaal spoor. Overheveling daarvan is nodig, omdat de bedoelde activiteiten waarop het toezicht wordt uitgeoefend onder de reikwijdte van de Omgevingswet komen te vallen en dan niet meer onder de Wet lokaal spoor vallen. Met de van overeenkomstige toepassing verklaring van artikel 42, zevende, achtste en negende lid, van de Wet lokaal spoor blijft de mogelijkheid behouden om een regeling op te stellen voor het in rekening brengen van de kosten die de toezichthouder maakt in verband met de uitvoering van deze toezichtstaken.

Oorspronkelijke wettekst

1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn belast de personen die daartoe bij besluit van het college van burgemeester en wethouders, het dagelijks bestuur van een waterschap, gedeputeerde staten, Onze Minister, Onze Minister die het aangaat of andere met de uitvoering van deze wet belaste bestuursorganen zijn aangewezen.

2. Onze Minister of Onze Minister die het aangaat kan bepalen dat de bij zijn besluit aangewezen personen in de door hem aangewezen gevallen met uitsluiting van andere toezichthouders belast zijn met het toezicht op de naleving.

3. Van een besluit tot aanwijzing van toezichthouders wordt mededeling gedaan door plaatsing in het gemeenteblad, het waterschapsblad, het provinciaal blad of de Staatscourant.

Memorie van Toelichting; artikelsgewijze toelichting (Kamerstukken II 2013/14, 33 962, nr. 3, p. 585)

Een eerste inhoudelijke wijziging betreft de vervanging in het artikel dat ziet op het aanwijzen van toezichthouders van de term «ambtenaren» door «personen». In de uitvoeringspraktijk worden niet alleen ambtenaren aangewezen als toezichthouders, maar ook tijdelijk ingehuurd personeel of medewerkers van een andere instantie (bijvoorbeeld de Vereniging Natuurmonumenten). Vanwege de huidige beperking in de Wabo tot aanwijzing van «ambtenaren», worden niet-ambtenaren veelal aangesteld als onbezoldigd ambtenaar om langs die weg de betrokkenen als toezichthouder te kunnen aanwijzen. Met deze wijziging wordt deze constructie overbodig.