1. Home
  2. Omgevingswet
  3. Wettekst
  4. Hoofdstuk 23. Overige en slotbepalingen
  5. Afdeling 23.4 Evaluatie- en slotbepalingen
  6. 23.9 Evaluatie

Artikel 23.9 Evaluatie

Navigatie
|
Wettekst
BIJLAGE

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zendt, in overeenstemming met Onze Ministers die het aangaat, binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet en vervolgens na vijf jaar aan beide kamers der Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Geïntroduceerd bij amendement; toelichting (Kamerstukken II 2014/15, 33 962, nr. 55, p. 1-2)

De Omgevingswet bevat een uitgebreid systeem van monitoring van omgevingswaarden. Ook is voorzien in een vierjaarlijkse rapportage over de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving en de staat van het cultureel erfgoed (artikel 20.18).

Met dit amendement wordt voorzien in een evaluatie van de werking van het wettelijke stelsel. Een dergelijke evaluatie dient op grond van het amendement op twee momenten plaats te vinden: de eerste evaluatie vindt plaats binnen vijf jaar na inwerkingtreding van de wet en de tweede evaluatie vindt plaats binnen tien jaar na de inwerkingtreding van de wet. Het is van belang dat in de praktijk wordt gekeken of de beoogde doelen van de wet, zoals minder complexiteit en snellere procedures in de praktijk, ook worden bereikt. Er is hierbij gekozen voor twee evaluatiemomenten.