1. Home
  2. Kennis

Onze kennis Sterker door kennis

Dirkzwager deelt actief kennis met iedereen die juridische of fiscale informatie nodig heeft. Waarom? Om het niveau van onze dienstverlening te verhogen en ons netwerk te vergroten. Kennis delen is kracht. Het geeft de cliënt inzicht en maakt samenwerking en advisering doelgerichter. Kennis delen vormt de basis van alles wat we doen.

Expertise

Selecteer de gewenste filteritems

Sector

Selecteer de gewenste filteritems

Thema

Selecteer de gewenste filteritems

Auteur

Selecteer de gewenste filteritems

Zoekopdracht delen:
Aantal resultaten: 27

Wijzigen van een (vergund) bouwplan

Het komt met enige regelmaat voor dat een initiatiefnemer een bouwplan wenst te wijzigen nadat de omgevingsvergunningsaanvraag is gedaan, nadat de omgevingsvergunning is verleend of nadat de omgevingsvergunning onherroepelijk is geworden. Wanneer kunnen wijzigingen nog worden meegenomen als onderdeel van het ingediende of reeds vergunde bouwplan en wanneer is een geheel nieuwe omgevingsvergunning nodig?

Overgang van vergunningen; hoe gaat het in z’n werk?

Bij de verkoop van een bepaald object of project is het essentieel dat de rechten die voortvloeien uit vergunningen ook door de koper kunnen worden uitgeoefend. Datzelfde geldt in geval van fusies en overnames voor de rechtsopvolger. Om dit te bewerkstelligen is het sluiten van een civielrechtelijke overeenkomst niet toereikend: het bestuursrecht is daarvoor bepalend. In deze bijdrage geven wij een overzicht van de belangrijkste aspecten bij de bestuursrechtelijke overgang van vergunningen.

De belangrijkste spelregels voor transformaties met de kruimelvergunning

Onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) bestaat de mogelijkheid om een omgevingsvergunning te verlenen voor afwijking van het bestemmingsplan voor de lijst van gevallen zoals aangewezen in het Besluit omgevingsrecht (Bor). Onderdeel 9, artikel 4, van bijlage II van het Bor maakt het mogelijk om strijdig gebruik te vergunnen. Dit is een relatief makkelijke en snelle manier om in afwijking van het bestemmingsplan een bepaald gebruik toe te staan.

Vergunning voor zonnepark; geen fair play!

Een tendens van de afgelopen jaren is dat steeds meer gemeenten beleid hebben vastgesteld voor de beoordeling van initiatieven om zonneparken te realiseren. Dat beleid kan grote consequenties hebben voor op dat moment al lopende aanvragen. Ook heeft dit beleid in de praktijk vaak tot gevolg dat meerdere initiatieven met elkaar moeten concurreren. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 16 februari 2022 twee uitspraken gedaan over het fair play beginsel en de procedure voor vergunningverlening van zonneparken in de gemeente Drimmelen. De Afdeling is van oordeel dat niet alle aanvragen objectief en op een gelijke wijze zijn beoordeeld.

Verruiming van de mogelijkheid voor interne saldering bij bestemmingsplannen

Op 1 september 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:1960) heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een uitspraak gewezen die van belang is voor de bestemmingsplanpraktijk, omdat daarin de mogelijkheden om de natuurgevolgen van het nieuwe plan (bijvoorbeeld stikstof) intern te salderen met het aan het plan voorafgaande gebruik zijn verruimd.

Nieuwe update voortgangsstatus van de Omgevingswet

Minister Ollongren informeert periodiek de Eerste en Tweede Kamer over de meest recente ontwikkelingen rondom de implementatie van de Omgevingswet. De wet- en regelgeving is inhoudelijk afgerond en het ontwerp van het KB over de inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet is in behandeling bij de Eerste Kamer. Daarmee lijkt 1 januari 2022 nog steeds een haalbare datum.

Uitzondering plan-mer-plicht vanwege passende beoordeling

Op 18 december 2020 is de 20ste tranche van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet (BuChw) in werking getreden. Deze tranche voorziet in wijzigingen van en aanvullingen op het BuChw en in een wijziging van het Besluit milieueffectrapportage (Besluit mer). Met name de wijziging van het Besluit mer is het signaleren waard.

Oproep lagere overheden: verklaar Omgevingswet niet controversieel!

De val van het kabinet heeft tot gevolg dat onderwerpen (met name wetsvoorstellen) die politiek gevoelig liggen controversieel kunnen worden verklaard. Dat betekent dat deze onderwerpen niet op de agenda komen, totdat er een nieuw kabinet is aangetreden.

De volgende stap richting inwerkingtreding Omgevingswet per 1 januari 2022

In eerdere Kamerbrieven heeft de minister al aangekondigd aan te koersen op een definitieve inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2020. Op 17 december 2020 is een ontwerp koninklijk besluit voorgehangen waarmee een volgende stap wordt gezet richting de besluitvorming over de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2022.

Invoeringsregeling Omgevingswet is gereed

Een belangrijk onderdeel van de Omgevingswet is de invoeringswet- en -regelgeving. De Invoeringswet en het Invoeringsbesluit regelen de belangrijkste onderdelen van het overgangsrecht van de bestaande naar de nieuwe wetgeving. Ook vullen deze de Omgevingswet op een aantal onderdelen aan en zorgen deze ervoor dat bepaalde regelingen worden gewijzigd of ingetrokken. De Invoeringsregeling die daar onder hangt regelt op deze onderwerpen de op hetzelfde niveau hangende Omgevingsregeling en bevat een aantal specifieke thema’s. De Invoeringswet en het besluit zijn al gereed. Nu is ook de Invoeringsregeling klaar.

Inwerkingtreding Omgevingswet per 1 januari 2022 is haalbaar!

Minister Ollongren heeft de Tweede Kamer op 13 november geïnformeerd over de vorderingen omtrent de voorgenomen inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2022 van de Omgevingswet. In de voortgangsbrief worden de volgende onderwerpen behandeld: wetgeving, de externe toetsing van het DSO-LV, implementatie, de Interbestuurlijke monitor van september en de interbestuurlijke afspraken over uitstel van de inwerkingtreding. Gemeenten en waterschappen krijgen extra tijd om de implementatie af te ronden.

1 2 3