1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Méér Markus-Matser-leer (eliminatiebeginsel)!

Méér Markus-Matser-leer (eliminatiebeginsel)!

De rechtbank had geoordeeld dat er geen reden was om de invloed van het bestemmingsplan –dat voorziet in een verkeersbestemming, maar vanwege de vernietiging door gedeputeerde staten op peildatum nog niet in werking was getreden- weg te denken. Volgens de rechtbank was van een dictaat door provincie/en of rijk (de zgn. dwangbestemming) geen sprake, te meer niet nu het voorgestelde tracé met 10 meter naar het westen was verschoven door bemoeienis van de burgemeester van de gemeente.De Hoge Raa...
Leestijd 
Auteur artikel Hanna Zeilmaker
Gepubliceerd 14 juli 2010
Laatst gewijzigd 16 april 2018
De rechtbank had geoordeeld dat er geen reden was om de invloed van het bestemmingsplan –dat voorziet in een verkeersbestemming, maar vanwege de vernietiging door gedeputeerde staten op peildatum nog niet in werking was getreden- weg te denken. Volgens de rechtbank was van een dictaat door provincie/en of rijk (de zgn. dwangbestemming) geen sprake, te meer niet nu het voorgestelde tracé met 10 meter naar het westen was verschoven door bemoeienis van de burgemeester van de gemeente.


De Hoge Raad oordeelt dat de rechtbank daarmee een onjuiste maatstaf heeft aangelegd.
De verlegging van het tracé op verzoek van de gemeente laat onverlet de mogelijkheid dat de verkeersbestemming bepaald is door een ten tijde van de vaststelling van het bestemmingsplan al bestaand (concreet) plan voor de reconstructie, en dat het bestemmingsplan in zoverre dan ook slechts is vastgesteld als juridisch-planologische onderbouwing en regeling voor de beoogde aanleg van het werk. Als dat het geval is, met het bestemmingsplan in zoverre worden aangemerkt als de plannen bedoeld in art. 40c, aanhef en onder 3e Ow, zodat de waardeverminderende invloed daarvan bij de vaststelling van de werkelijke waarde buiten beschouwing zal moeten blijven.
De Hoge Raad heeft in dit arrest ook nog geoordeeld over een procesrechtelijk punt: tegen een tussenvonnis dat niet is een vonnis waarbij de onteigening is uitgesproken, nadien en voorschot is bepaald of uitspraak is gedaan over de schadeloosstelling, staat geen cassatieberoep open. Maar dat staat niet in de weg aan de beoordeling van het middel voor zover daarin wordt geklaagd over in het tussenvonnis vervatte oordelen die in het eindvonnis zijn overgenomen.
HR 9 juli 2010, BL 1634, 1639, 1647, BN0763
Vragen? Neemt u contact op met mr. Hanna Zeilmaker of mr. Jessica de Roos, 024-3813183
zeilmaker@dirkzwager,nl; deroos@dirkzwager.nl