1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. EHRM: werkgever mag niet in het medisch dossier kijken van een werknemer

EHRM: werkgever mag niet in het medisch dossier kijken van een werknemer

Op 18 april 2012 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) geoordeeld (EHRM 18 april 2012; 20041/10) dat werkgevers geen recht op inzage hebben in het medisch dossier van een zieke werknemer. Wat was het geval.Een Frans bedrijf had zich erover beklaagd dat het geen inzage had gekregen in het dossier van een werknemer die was getroffen door longkanker. Daardoor kon deze werkgever zich niet verweren tegen de stelling dat de werknemer arbeidsongeschikt was geworden als gevolg van...
Leestijd 
Auteur artikel Henriek Kragt
Gepubliceerd 24 april 2012
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Op 18 april 2012 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) geoordeeld (EHRM 18 april 2012; 20041/10) dat werkgevers geen recht op inzage hebben in het medisch dossier van een zieke werknemer. Wat was het geval.

Een Frans bedrijf had zich erover beklaagd dat het geen inzage had gekregen in het dossier van een werknemer die was getroffen door longkanker. Daardoor kon deze werkgever zich niet verweren tegen de stelling dat de werknemer arbeidsongeschikt was geworden als gevolg van een beroepsziekte.

Het Europees Hof heeft thans geoordeeld dat de werkgever geen recht op inzage in het dossier van de werknemer heeft, als de werkgever de rechter kan vragen om een onafhankelijk arts naar dat dossier te laten kijken. Het Hof vindt de privacy van de werknemer c.q. patiënt en het medisch beroepsgeheim dermate belangrijk dat het recht van de werkgever op een ‘eerlijk proces’ mag worden beperkt.

Ook in de Nederlandse (rechts)praktijk wordt meer dan eens (juridisch) gestreden over de hiervoor genoemde belangenafweging. Voorstelbaar, want de belangenafweging raakt ook het belang van de werkgever waartegen veelal wordt gesteld dat hij het medisch dossier niet in mag zien, maar waarvan wel wordt gevraagd het loon door te betalen en zich zo nodig in te spannen voor een re-integratie. In het verlengde van deze werknemer/werkgeververhouding speelt uiteraard ook een relevante rol het afgeleide recht in de zin van art. 6:107a BW: dat een werkgever het doorbetaalde salaris (beperkt) mag verhalen op een aansprakelijke (derde) partij die de ziekte van een werknemer heeft veroorzaakt.

De uitspraak van het Europees Hof heeft een einde gemaakt aan de onduidelijkheid of een werkgever in het medisch dossier van een (zieke) werknemer mag kijken. Het antwoord is nee. Belangrijke voorwaarde voor dit duidelijke vertrekpunt is evenwel dat de werkgever de mogelijkheid moet worden geboden het medisch dossier in te zien ‘onder het oog’ van de rechter. Daarmee wordt dan dus toch bewerkstelligd dat de werkgever ‘in’ het medisch dossier mag kijken zij het via een onafhankelijk arts.

Of het in de (rechts)praktijk zo ver moet komen dat werkgevers de inzage via een rechter moeten bewerkstelligen is uiteraard de vraag. Een dergelijke marsroute is immers tijdrovend en kostbaar. Buiten rechte zouden partijen deze weg naar de rechter kunnen voorkomen via de tussenkomst van medisch adviseurs. Dat geldt uiteraard ook voor de verhouding werkgever en een derde aansprakelijke partij: ook in die situatie is voor het verhaalsrecht c.q. regresrecht nodig dat de verhalende werkgever ´iets´ van inzage verkrijgt in het medisch dossier. Uiteraard zal een medische machtiging van de (zieke) werknemer aan zijn werkgever en ook ten behoeve van de verhouding werkgever ten opzichte van een derde partij de meest praktische en snelste oplossing zijn. Maar in gevallen waarin een werknemer daaraan geen medewerking wil verlenen, heeft het Europees Hof in de beslissing van 18 april 2012 de regels met betrekking tot het inzagerecht in het medisch dossier, ook ten opzichte van artsen en het medisch beroepsgeheim, duidelijk opgesomd. Dat is goed nieuws. Niet alleen voor de rechtspraktijk maar ook voor de artsen die te maken hebben met dergelijke kwesties.