1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. IBAN en het risico van een fout bij overboekingen

IBAN en het risico van een fout bij overboekingen

Een foutje is snel gemaakt, zeker met het invullen van rekeningnummers bij overboekingen via internetbankieren. De lange IBAN (International Bank Account Number) nummers (18 cijfers en letters) maken het er niet gemakkelijker op. PvdA-Kamerlid Henk Nijboer stelt hier vragen over aan minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën.Fout van de bankWanneer de bank bij een overschrijving een fout of vergissing maakt, kan de cliënt/rekeninghouder daar aanzienlijke hinder van ondervinden. Op de eerste p...
Leestijd 
Auteur artikel Mascha Timpert-de Vries (uit dienst)
Gepubliceerd 07 maart 2014
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Een foutje is snel gemaakt, zeker met het invullen van rekeningnummers bij overboekingen via internetbankieren. De lange IBAN (International Bank Account Number) nummers (18 cijfers en letters) maken het er niet gemakkelijker op. PvdA-Kamerlid Henk Nijboer stelt hier vragen over aan minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën.

Fout van de bank

Wanneer de bank bij een overschrijving een fout of vergissing maakt, kan de cliënt/rekeninghouder daar aanzienlijke hinder van ondervinden. Op de eerste plaats zal de cliënt dat zelf (tijdelijk) in zijn portemonnee merken. Ook kan dat voor de rekeninghouder in verhouding tot anderen tot problemen leiden. Zo is degene die bij de uitvoering van zijn verbintenis gebruik heeft gemaakt van de hulp van de bank, voor bankgedragingen op gelijke wijze als voor eigen gedragingen aansprakelijk (aansprakelijkheid voor een hulppersoon). Wanneer de rekeninghouder door een fout van de bank te laat heeft betaald bijvoorbeeld (hetgeen in het verleden in een procedure aan de orde is geweest bij een huurder), is hij doorgaans zelf jegens die derde (in dat geval de verhuurder) aansprakelijk en draagplichtig. Uiteindelijk kan de rekeninghouder die negatieve gevolgen op de bank afwikkelen.

In de algemene bankvoorwaarden is geregeld dat de bank een fout of vergissing van de bank zal zo spoedig mogelijk zal proberen te herstellen. Dit mag de bank ook doen zonder instemming van de cliënt/rekeninghouder (zie artikel 19 van de Algemene Bankvoorwaarden). In artikel 2 van de Algemene Bankvoorwaarden is bepaald dat de bank in het verkeer met de cliënt de nodige zorgvuldigheid in acht neemt. Het mag duidelijk zijn dat een bank op basis van reguliere contractuele verplichtingen (zoals geregeld in het Burgerlijk Wetboek) een fout zo snel mogelijk moet herstellen, en de gevolgen van die fout moet dragen.

Fout van de cliënt/rekeninghouder

Ook de cliënt/rekeninghouder gaat wel eens de fout in. Te denken valt aan het invullen van een onjuist rekeningnummer bij overboekingen via internetbankieren. IBAN-nummers maken gezien de lengte daarvan, het risico op een fout groter. IBAN bestaat in Nederland uit 18 tekens, namelijk het reeds bestaande bankrekeningnummer, vooraf gegaan door de landcode, een controlegetal, letters die de bank aanduiden en een aanvulling met nullen.

Veranderingen van de rekeningnummers (en het converteren naar IBAN) zijn actueel, maar IBAN is niet nieuw. De acceptgiro is per 1 juli 2013 aangepast aan het gebruik van IBAN en aan de nieuwe Europese standaarden voor een gezamenlijke betaalmarkt, SEPA (Single Euro Payments Area). Rekeningnummers, overschrijvingen en incasso’s zijn dan zowel voor binnenlandse als voor grensoverschrijdende eurobetalingen te gebruiken. Uiterlijk 1 augustus 2014 zijn de rekeningnummers en betaalmiddelen niet meer zonder IBAN te gebruiken.

Henk Nijboer zegt dat hij verschillende klachten heeft ontvangen van mensen die een fout hebben gemaakt bij het invullen van de lange IBAN-nummers. De rekeninghouder zal moeten aankloppen bij degene die ten onrechte de overschrijving (dus onverschuldigd betaald) heeft ontvangen. Een voorbeeld daarvan is het kort geding dat in 2009 bij de rechtbank Almelo was aangespannen door een man die door verschrijving van één cijfer in een oud-Postbanknummer een bedrag van € 43.000,-- niet aan zijn zoon overmaakte, maar aan een wildvreemde. Degene die het geld ontving werd (vanwege onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking) bij verstek veroordeeld het betreffende bedrag te retourneren. In die zaak speelde wel een aanzienlijk restitutierisico: de ontvanger had het geld verbrast.

In dergelijke gevallen weigeren banken uit het oogpunt van privacy soms de naam van de ontvanger door te geven. Wanneer de ontvanger het bedrag niet uit eigen beweging terug stort naar degene die hem onverschuldigd heeft betaald, levert dat een extra complicatie op voor degene die zijn geld geretourneerd wil zien.


Bank medeverantwoordelijk voor fout rekeninghouder?

Naar aanleiding van voornoemd kort geding in 2009 werd de vraag al gesteld of een bank niet medeverantwoordelijk is voor de eventuele schade wanneer degene aan wie onverschuldigd is betaald, geen verhaal biedt. Richting de bank heeft de rekeninghouder die de fout heeft gemaakt weinig mogelijkheden. De bank zal volgens de Algemene Bankvoorwaarden zoals gezegd naar beste vermogen met de belangen van de cliënt rekening moeten houden. Omgekeerd wordt ook van de cliënt verwacht dat hij zorgvuldig is tegenover de bank. Voor eigen fouten is de rekeninghouder dus zelf verantwoordelijk. Volgens de Algemene Bankvoorwaarden hoeven banken niet de naam en het rekeningnummer te controleren.

Als het aan Henk Nijboer ligt, wordt dat laatste anders. Van Jeroen Dijsselbloem wil weten hoe vaak rekeninghouders per abuis naar een rekeningnummer overboeken waarnaar zij niet bedoeld hebben over te boeken. Verder vraagt hij de minister met de banken te overleggen over de aanpak van het probleem. De PvdA vindt dat banken moeten controleren of naam en IBAN-nummer bij elkaar horen bij overboekingen via internetbankieren. Controle van naam en rekeningnummer kan ‘veel ellende' voorkomen, aldus Henk Nijboer.

Naam Nummer Controle en elfproef

Wanneer wordt gedoeld op de zogenoemde Naam Nummer Controle die ING voor oud-Postbankrekeningnummers hanteert, zal dat niet tot een oplossing leiden. De Postbank rekeningdatabase is oplopend gevuld met gironummers, dus bijna elke cijfercombinatie is een geldig rekeningnummer. Bij het per ongeluk invoeren van een verkeerd cijfer (zoals de vader overkwam die in 2009 € 43.000,-- aan zijn zoon wilde overmaken), is de kans groot dat aan een ander Postbankrekeningnummer wordt overgemaakt. De Postbank heeft die kwetsbaarheid in haar systeem opgelost door aan het nummer de naam te koppelen. De ING heeft dat controlesysteem gehandhaafd, hoewel dit fraudegevoelig is. In 2012 bleek bijvoorbeeld dat op grote schaal rekeningnummers en namen werden achterhaald met behulp van het door ING bij internetbankieren gebruikte Naam Nummer Controlesysteem.

Andere banken hanteren de zogenoemde 11-toets of elfproef. Een typefout in het rekeningnummer wordt bij deze toets opgespoord door een rekensom toe te passen op het nationale bankrekeningnummer (9 of 10 cijfers). Wanneer het bankrekeningnummer na die rekensom (waarbij het eerste cijfer van het rekeningnummer met 9 wordt vermenigvuldigd, het tweede cijfer met 8, het derde cijfer met 7 etc., en vervolgens alles bij elkaar wordt opgeteld) niet door 11 deelbaar is, is het geen geldig rekeningnummer, en wordt er direct een foutmelding gegeven. Op oud-Postbankrekeningnummers kan de 11-toets niet worden uitgevoerd. Ook na de invoering van IBAN (en toevoeging van controlenummers), kan op een oud-Postbanknummer de gewogen elfproef overigens niet worden uitgevoerd.

Bij langere rekeningnummers (dus na invoering van de IBAN-nummers) komt een typefout eerder voor, maar anderzijds neemt het risico op een fouten bij het invoeren van het langere IBAN-nummer af door de toevoeging van het controlegetal in het IBAN nummer. Of er sinds de invoering van de IBAN-nummers de foutkans daadwerkelijk is verhoogd, en per saldo meer foutieve overboekingen plaatsvinden door een typefout van de rekeninghouder, zal nog moeten blijken.

Een waterdichte oplossing voor verschrijvingen/typfouten bij rekeningnummers is niet zomaar gegeven. Zeker gezien de Europese gezamenlijke betaalmarkt, zullen de banken onderling een systeem moeten overeenkomen om dergelijke fouten van rekeninghouders te ondervangen. De vraag is of banken daartoe bereid zijn. Daarbij dient namelijk niet alleen te worden afgewogen waar welke verantwoordelijkheid ligt (van de rekeninghouder zelf kan en mag immers ook oplettendheid worden gevergd), maar dient bovendien een afweging plaats te vinden tussen het belang van bescherming tegen verschrijvingen en het belang van privacybescherming resp. veiligheid van het systeem.