Op 31 maart 2017 is een concept wetsvoorstel houdende regels met betrekking tot de registratie van uiteindelijk belanghebbenden ter consultatie ingediend. De consultatie loopt tot 28 april 2017. Dit concept wetsvoorstel[i] voorziet in de implementatie van een Europese richtlijn[ii] (de “Richtlijn”). Daarvoor is een aanpassing van de Handelsregisterwet noodzakelijk, alsmede van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme en de Wet op de economische delicten. De Richtlijn dient uiterlijk op 26 juni 2017 te zijn geïmplementeerd.
De Richtlijn wil voorkomen dat het Europese financiële stelsel wordt misbruikt voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering. De memorie van toelichting geeft aan dat het van groot maatschappelijk belang is dat daders van zulke misdrijven hun identiteit niet verborgen kunnen houden achter verhullende juridische structuren. Daarom moeten uiteindelijk belanghebbenden (in het Engels ‘ultimate beneficial owner’, afgekort “UBO”) hun gegevens registeren in een centraal register. De Nederlandse overheid kiest ervoor om dat centrale register het Nederlandse handelsregister te laten zijn. Door inzage in de UBO-informatie in het handelsregister gaat de overheid er van uit dat personen of organisaties in het rechtsverkeer beter geïnformeerd besluiten of zij zaken willen doen met een rechtspersoon of onderneming. Er wordt dus een zekere preventieve werking vanuit de maatschappij verwacht, waardoor minder misbruik wordt gemaakt van juridische structuren.
Wie worden er als UBO ingeschreven in het handelsregister? Het wetsvoorstel geeft aan dat een ‘uiteindelijk belanghebbende’ is: de natuurlijke persoon die de uiteindelijke eigenaar is van of zeggenschap heeft over een onderneming of een rechtspersoon. Dat wil zeggen een belang tenminste 25%. De volgende rechtspersonen en ondernemingen met een registratieplicht op grond van de Handelsregisterwet krijgen de verplichting om UBO-informatie op te nemen: besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen, stichtingen, verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid, rederijen, maatschappen, vennootschappen onder firma, commanditaire vennootschappen, coöperaties, onderlinge waarborgmaatschappijen, Europees economisch samenwerkingsverbanden, Europese naamloze vennootschappen (SEs), Europese coöperatieve vennootschappen (SCEs), alsmede verenigingen zonder volledige rechtsbevoegdheid voor zover zij zijn geregistreerd in het handelsregister. Er wordt nog onderzocht of fondsen voor gemene een dergelijke UBO-registratieplicht krijgen. De plicht geldt ook voor zgn. anbi’s[iii] als zij onder voormelde entiteiten vallen.
De volgende veel voorkomende ondernemingen en entiteiten zijn niet verplicht tot een UBO-registratie: eenmanszaken, publiekrechtelijke rechtspersonen, verenigingen van eigenaren en kerkgenootschappen. Aangezien het Nederlandse recht geen trust en daarmee vergelijkbare juridische constructies kent voorziet het wetsvoorstel niet in een UBO-registratie daarvan.
Wat wordt er geregistreerd en wat is zichtbaar? Geregistreerd en zichtbaar voor een ieder: naam, geboortemaand en –jaar, nationaliteit, woonstaat en aard en omvang van het door de UBO gehouden economische belang, onderverdeeld in bandbreedtes van 25, 50, 75 en 100%. Geregistreerd, maar niet zichtbaar voor een ieder: geboortedag, -plaats en –land, adres, indien van toepassing, burgerservicenummmer (BSN) of een buitenlands fiscaal identificatienummer (TIN) alsmede informatie waaruit duidelijk wordt vanuit welk land het nummer is verstrekt, afschrift van documentatie op grond waarvan de identiteit van de UBO is geverifieerd, afschrift van documentatie waarmee wordt onderbouwd waarom een persoon de status van UBO heeft en waarmee de aard en omvang van dat belang wordt aangetoond.
Degene aan wie de onderneming toebehoort of ieder van de bestuurders van de rechtspersoon zijn verplicht tot het doen van de inschrijving van de UBO-informatie of – als die er niet zijn – degene die met de dagelijkse leiding is belast.
In uitzonderlijke omstandigheden en per geval kan worden voorzien in een uitzondering op de toegang tot alle of tot een gedeelte van de UBO-informatie, namelijk indien de UBO door het openbaar beschikbaar maken van diens gegevens blootgesteld wordt aan een risico op fraude, ontvoering, chantage, geweld of intimidatie of indien de UBO minderjarig is of anderszins handelingsonbekwaam. Dit zal nader worden uitgewerkt.
Ondernemingen die op het moment van de inwerkingtreding van de wet reeds zijn ingeschreven in het handelsregister hoeven slechts na verloop van 18 maanden na de inwerkingtreding van de wet aan de UBO-registratieplicht te voldoen.
Karen Verkerk
[i] Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden.
[ii] Europese Richting 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering
[iii] Algemeen nut beogende instellingen
Concept wetsvoorstel registratie UBO’s in handelsregister ingediend
Op 31 maart 2017 is een concept wetsvoorstel houdende regels met betrekking tot de registratie van uiteindelijk belanghebbenden ter consultatie ingediend. De consultatie loopt tot 28 april 2017. Dit concept wetsvoorstel[i] voorziet in de implementatie van een Europese richtlijn[ii] (de “Richtlijn”). Daarvoor is een aanpassing van de Handelsregisterwet noodzakelijk, alsmede van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme en de Wet op de economische delicten. De Richtlijn...
Leestijd
Auteur artikel
Karen Verkerk
Gepubliceerd
18 april 2017
Laatst gewijzigd
16 april 2018