1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Gemeente mag permanente bewoning recreatiewoning regelen

Gemeente mag permanente bewoning recreatiewoning regelen

De minister van Infrastructuur en Milieu maakt gebruik van het voorstel van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) om gemeenten zelf de vergunningverlening in geval van onrechtmatige bewoning van recreatiewoningen te laten regelen.
Leestijd 
Auteur artikel Mariëlla Wensink
Gepubliceerd 27 februari 2012
Laatst gewijzigd 17 november 2022

Om deze reden heeft de minister op 10 februari 2012 het wetsvoorstel ‘Vergunning onrechtmatige bewoning recreatiewoningen’ ingetrokken.

In het algemeen geldt dat het niet is toegestaan om permanent in een recreatiewoning te wonen vanwege strijd met een bestemmingsplan of een beheersverordening. De gemeente kan evenwel een vergunning verlenen aan onrechtmatige bewoners die reeds vóór 1 november 2003 in een recreatiewoning wonen. Met de bestaande regels wordt echter niet altijd voldoende zekerheid geboden aan de bewoners over de toekomst van hun bewoning.

Teneinde deze specifieke groep bewoners zekerheid te geven heeft de Tweede Kamer vorig jaar een wetsvoorstel aangenomen. Dit wetsvoorstel regelde dat onder voorwaarden een persoonlijke omgevingsvergunning voor permanente bewoning van een recreatiewoning in strijd met het bestemmingsplan of beheersverordening moet worden verleend.

Op voorstel van de VNG heeft de minister er nu voor gekozen om het wetsvoorstel in te trekken en gemeenten zelf de vergunningverlening te laten regelen via een beleidsregel. De VNG heeft hiertoe een voorbeeldbeleidsregel opgesteld die door gemeenten als uitgangspunt kan worden gebruik. De VNG heeft hierbij grotendeels aangesloten bij het ingetrokken wetsvoorstel.

De beleidsregel biedt de voorwaarden op grond waarvan een gemeente een persoonlijke omgevingsvergunning moet verlenen. Kort gezegd is voor de vergunningverlening van belang dat de bewoner kan aantonen dat hij uiterlijk vanaf 1 november 2003 tot aan het moment van het indienen van de aanvraag tot de vergunning onafgebroken in de recreatiewoning heeft gewoond. Daarnaast mag de bewoner nog niet eerder door de gemeente op de bewoning zijn aangesproken.