1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Het hervullen van Heineken fusten met ‘vals’ bier is merkinbreuk

Het hervullen van Heineken fusten met ‘vals’ bier is merkinbreuk

De rechtbank Rotterdam heeft op 6 maart 2019 geoordeeld dat het hervullen van Heineken fusten met ander bier en het vervolgens doorverkopen van deze fusten aan derden een merkinbreuk oplevert waartegen Heineken kan optreden. Ook het tappen van ‘vals’ bier uit Heineken taps levert een inbreuk op de merkrechten van Heineken op.
Leestijd 
Auteur artikel Christel Jeunink
Gepubliceerd 20 maart 2019
Laatst gewijzigd 31 mei 2022

Gebruik Heineken merk na einde overeenkomst

Heineken en De Laak, een evenementencentrum, hadden tot eind 2016 een overeenkomst op grond waarvan Heineken aan De Laak fusten met Heineken bier heeft geleverd en Heineken taps in bruikleen heeft gegeven. Na het einde van de overeenkomst tussen Heineken en De Laak, heeft Heineken geconstateerd dat De Laak Heineken fusten heeft hervuld met een ander biermerk en deze fusten heeft doorverkocht aan derden. Daarnaast is gebleken dat De Laak het andere biermerk tapte uit de Heineken taps. Heineken heeft daarop een procedure aanhangig gemaakt waarin zij (onder meer) heeft gesteld dat De Laak inbreuk heeft gemaakt op haar Heineken merken.

Merkinbreuk door doorverkoop hervulde Heineken fusten

In de procedure heeft de rechtbank Heineken in het gelijk gesteld. De rechtbank is van mening dat door Heineken voldoende is bewezen dat De Laak Heineken fusten heeft hervuld met een ander biermerk. Bovendien heeft De Laak zelf ook erkend dat zij enkele Heineken fusten heeft doorverkocht aan derden en dat enkele van deze fusten geen Heineken bier bevatten. Op grond hiervan komt de rechtbank tot het oordeel dat De Laak het Heineken merk zonder toestemming heeft gebruikt en dat er sprake is van merkinbreuk. Dat het bier niet zou zijn verkocht als ‘echt’ Heineken bier maar als bier met een zogenaamde ‘H-smaak’ en de afnemers dus wisten dat het hier geen echt Heineken bier betrof, doet aan de inbreuk niets af naar het oordeel van de rechtbank:

Een op waar aangebracht merk heeft zijn onderscheidende werking immers niet alleen tegenover de afnemer, maar ook tegenover derden. Nu De Laak de fusten niet heeft voorzien van een andere of aanvullende etikettering waaruit duidelijk zou kunnen blijken dat het bier waarmee de fusten zijn gevuld afkomstig zijn van haar en niet van Heineken, blijft de aanzienlijke kans bestaan dat bij derden die met de fusten worden geconfronteerd de indruk ontstaat dat deze afkomstig zijn van Heineken, waarmee afbreuk wordt gedaan aan de herkomstfunctie van het merk. ’

Merkinbreuk door tappen vals bier uit Heineken taps

Ook het tappen van ‘vals’ bier uit de Heineken taps levert een merkinbreuk op. Door De Laak is erkend dat zij ander bier heeft getapt uit de bij haar nog aanwezige Heineken taps. Het enkele feit dat De Laak dit bier nooit heeft aangeprezen als zijnde Heinekenbier, kan De Laak niet baten. De rechtbank vindt het in dat kader relevant dat De Laak de op de tapkranen aangebrachte Heineken logo’s niet heeft afgeplakt en/of heeft voorzien van een andere etikettering waaruit duidelijk zou kunnen blijken dat het bier afkomstig is van haarzelf en niet van Heineken. Daardoor heeft bij derden/consumenten de indruk kunnen ontstaan dat het bier afkomstig is van Heineken, hetgeen afbreuk doet aan de herkomstfunctie van het merk. De merkinbreuk staat daarmee vast.

Schadevergoeding Heineken

Omdat de merkinbreuk door de rechtbank wordt aangenomen, is vervolgens de vraag aan de orde of De Laak een schadevergoeding aan Heineken dient te betalen. Partijen verschillen van mening over de hoogte van de door Heineken geleden schade. De rechtbank acht het echter aannemelijk dat de schade van Heineken in ieder geval € 200.000,-- bedraagt. Dit bedrag wordt derhalve door de rechtbank als voorschot op de schadevergoeding toegewezen en zal aldus door De Laak moeten worden betaald. De definitieve schadevergoeding zal in een afzonderlijke schadestaatprocedure worden vastgesteld, mede op basis van door De Laak te verstrekken (verkoop)gegevens. De Laak wordt tevens veroordeeld om de proceskosten, waaronder advocaatkosten, van Heineken te voldoen, tot een bedrag van € 70.000,--.

Conclusie

In horecaland kan deze uitspraak een wijze les zijn. Hoewel deze uitspraak juridisch gezien niet heel veel nieuws brengt, is niet uitgesloten dat deze situaties zich vaker voordoen. Deze zaak illustreert dat de gevolgen van een dergelijke merkinbreuk aanzienlijk kunnen zijn.