1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Kan een rechtspersoon die opgehouden is te bestaan herleven door herroeping van het ontbindingsbesluit?

Kan een rechtspersoon die opgehouden is te bestaan herleven door herroeping van het ontbindingsbesluit?

Onlangs kwam deze vraag aan de orde in een procedure bij de rechtbank te Den Haag uitspraak (19 april 2012, LJN BW5416). Wat was er aan de hand? De algemene vergadering van aandeelhouders van een BV heeft op 5 april 2011 besloten om de BV per 31 maart 2011 te ontbinden. Bij beschikking van 24 mei 2011 heeft de rechtbank de vereffening van de BV heropend. Op 28 juni 2011 heeft de algemene vergadering van aandeelhouders van de BV besloten het ontbindingsbesluit in te trekken, waarbij de BV en h...
Leestijd 
Auteur artikel Peter-Jan Hopmans (uit dienst)
Gepubliceerd 05 juni 2012
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Onlangs kwam deze vraag aan de orde in een procedure bij de rechtbank te Den Haag uitspraak (19 april 2012, LJN BW5416). Wat was er aan de hand?

De algemene vergadering van aandeelhouders van een BV heeft op 5 april 2011 besloten om de BV per 31 maart 2011 te ontbinden. Bij beschikking van 24 mei 2011 heeft de rechtbank de vereffening van de BV heropend. Op 28 juni 2011 heeft de algemene vergadering van aandeelhouders van de BV besloten het ontbindingsbesluit in te trekken, waarbij de BV en haar 100% aandeelhouder zich garant hebben gesteld voor eventuele aanspraken van derden die mogelijk nadeel hebben ondervonden van het eerdere ontbindingsbesluit. De BV verzoekt de rechtbank te verklaren voor recht dat het besluit van de algemene vergadering van aandeelhouders tot herroeping van haar besluit tot ontbinding van 5 april 2011 rechtsgeldig is genomen. Ter onderbouwing van haar verzoek voert de BV aan dat er nog diverse geregistreerde octrooien aanwezig zijn en het lichten van die octrooien uit de BV een kostbare en ingewikkelde aangelegenheid is, zodat het ontbindingsbesluit bij nader inzien onjuist was en moet worden teruggedraaid.

Het gerechtshof te Den Haag heeft in 2007 al beslist (30 januari 2007, LJN AZ7737) dat op een eenmaal genomen besluit tot ontbinding nog kan worden teruggekomen door dit besluit te herroepen. Het hof acht herroeping van een besluit tot ontbinding mogelijk mits, met het oog op de bescherming van de belangen van derden, alsook om praktische redenen, onder controle van de rechter. Bij deze controle moet worden getoetst aan de volgende criteria:

  1. De rechtspersoon die weer ‘normaal’ wenst te bestaan, moet zich nog bevinden in het vereffeningsstadium; anders gezegd: hij mag niet zijn opgehouden te bestaan.

  2. Is het herroepingsbesluit rechtsgeldig genomen?

  3. Is als gevolg van het nemen van het herroepingsbesluit nadeel voor derden ontstaan of zal er nadeel voor derden ontstaan?

  4. Is ter zake van de beoogde inschrijving/wijziging in het handelsregister de betrouwbaarheid van het handelsregister in het geding?


De rechtbank Den Haag beslist in voormelde casus dat de herroeping van het ontbindingsbesluit niet mogelijk is nu de BV is opgehouden te bestaan. Dit feit vloeit voort uit het feit – en wordt daarmee door de BV erkent – dat de BV eerst aan de rechter heeft verzocht om heropening van de vereffening. Een dergelijke heropening van de vereffening kan op grond van de wet slechts worden uitgesproken indien na het tijdstip waarop de rechtspersoon is opgehouden te bestaan nog sprake is van een schuldeiser of van een bate. Door de heropening van de vereffening herleeft de rechtspersoon “uitsluitend” met als doel de afwikkeling van de heropende vereffening. Voor het overige herleeft de BV niet.

Had het ook anders gekund? Naar mijn mening wel. Uitgaande van het feit, hoewel dit uit de uitspraak van de rechtbank niet met zoveel woorden blijkt, dat het bestaan van de octrooien op het moment van het nemen van het besluit tot ontbinding over het hoofd is gezien, had de BV niet eerst moeten verzoeken om de heropening van de vereffening maar om een vaststelling dat de BV in liquidatie is blijven voortbestaan, hetzij ter vereffening van baten hetzij ter vereffening van andere rechtsbetrekkingen. Dit verzoek dient te worden gebaseerd op het feit dat ten tijde van het nemen van het ontbindingsbesluit er ten onrechte vanuit is gegaan dat er geen baten meer waren. (Vergelijk: Rb. Zwolle-Lelystad 26 maart 2008 en Rb. Almelo, sector kanton, locatie Enschede 6 november 2008, beide niet gepubliceerd maar kenbaar uit: M.Y. Nethe, Herroeping ontbindingsbesluiten van een rechtspersoon, Onderneming en financiering 2011 (19) 1.) De aanwezigheid van baten en het niet beantwoorden van de inschrijving in het handelsregister van het hebben opgehouden te bestaan van de BV zal bij de rechter voldoende aannemelijk moeten worden gemaakt. Indien de rechter dit aanneemt, is de BV niet opgehouden te bestaan en staat de weg open voor toetsing aan de overige hiervoor gemelde criteria en kan deze herleven indien de toetsing positief uitpakt. (Zo blijkt uit de in noot 3 gemelde uitspraken). 

Het reanimeren van een ontbonden BV is geen sinecure. Dit pleit ervoor een een besluit tot ontbinding, zeker indien deze inhoudt de vaststelling dat er geen baten meer zijn, zorgvuldig voor te bereiden en vooral ook bedacht te zijn op baten die niet uit de balans blijken.