1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Verwijzen naar illegale bestanden zelf ook inbreukmakend

Verwijzen naar illegale bestanden zelf ook inbreukmakend

De Rechtbank Den Haag heeft op 2 juni 2010 geoordeeld dat het verwijzen naar bestanden met illegale kopieen van films en muziek de Auteurswet schendt. Opvallend is dat de rechtbank Utrecht eerder in een [intlink id="804" type="post"]soortgelijke kwestie over Mininova[/intlink] nog oordeelde dat sprake was van een onrechtmatige daad in plaats van schending van de Auteurswet. FTD B.V. biedt software aan waarmee internetgebruikers op eenvoudige wijze bestanden (films, muziek, e.d.) kunnen vinden...
Leestijd 
Auteur artikel Mark Jansen
Gepubliceerd 02 juni 2010
Laatst gewijzigd 16 april 2018
De Rechtbank Den Haag heeft op 2 juni 2010 geoordeeld dat het verwijzen naar bestanden met illegale kopieen van films en muziek de Auteurswet schendt. Opvallend is dat de rechtbank Utrecht eerder in een [intlink id="804" type="post"]soortgelijke kwestie over Mininova[/intlink] nog oordeelde dat sprake was van een onrechtmatige daad in plaats van schending van de Auteurswet.

FTD B.V. biedt software aan waarmee internetgebruikers op eenvoudige wijze bestanden (films, muziek, e.d.) kunnen vinden die door anderen op het Usenet (een specifiek onderdeel van het Internet) zijn geplaatst. Op 11 mei 2010 heeft Eyeworks van de rechter een zogenaamd "ex parte" bevel gekregen, waarin het aan FTD verboden wordt om nog langer te verwijzen naar de bestanden van de film "Komt een vrouw bij de dokter". Op grond van dit bevel heeft FTD ook daadwerkelijk alle verwijzingen naar die film verwijderd. FTD kiest nu echter voor de tegenaanval en vordert nu in dit kort geding opheffing van dit bevel en veroordeling van Eyeworks in alle kosten.

Die tegenaanval faalt. De rechtbank Den Haag overweegt in het vonnis dat FTD het met haar software zo makkelijk maakt de bestanden te vinden dat zij die bestanden daarmee "de facto ter beschikking stelt van het publiek" (in de zin van de Auteurswet). Daarbij weegt de rechtbank mee dat FTD "inhoudelijke bemoeienis" heeft met de verwijzingen die op haar platform staan, aangezien moderatoren de kwaliteit van de verwijzingen controleren. Bovendien heeft FTD - door gehoor te geven aan het ex parte bevel - laten zien ook daadwerkelijk de verwijzingen te kunnen controleren.

De rechtbank erkent dat FTD de betreffende bestanden niet zelf op haar server heeft staan. Dat doet volgens de rechtbank er echter niet aan af dat het toch FTD is die (ook) openbaar maakt. De rechtbank trekt hierbij de vergelijking met sites waar tegen betaling toegang kan worden verkregen, daar wordt vaak op een andere server betaald dan de server die de content ter beschikking stelt. De vraag is of die vergelijking wel helemaal opgaat. Dat de contentserver auteursrechtelijk beschermde werken openbaar maakt nadat de betaalserver een seintje geeft dat er betaald is, wil immers nog niet zeggen dat het de betaalserver is die openbaar maakt. Dat is in feite ook de vraag die in deze procedure speelt. Het herformuleren van de vraag kan echter logischerwijs geen argument voor het antwoord op die vraag zijn.

Dat neemt overigens niet weg dat de diensten van FTD veel parallellen hebben met de diensten van Mininova. Daarvan zei de rechtbank Utrecht eerder dat geen sprake was van schending van de Auteurswet, maar dat wel sprake was van een onrechtmatige daad van Mininova jegens de rechthebbenden. Een soortgelijk oordeel zou in deze kwestie in Den Haag wat mij betreft eerder voor de hand hebben gelegen.

De ruime opvatting van de rechtbank over het begrip "openbaarmaking" kan verstrekkende gevolgen hebben voor de werking van het Internet, aangezien iedere verwijzing naar een auteursrechtelijk beschermd werk een inbreuk zou kunnen opleveren. Hier is vast nog niet het laatste woord over gezegd.