1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Bestuurdersaansprakelijkheid: ook een onbezoldigd bestuurder kan persoonlijk aansprakelijk zijn (en wat valt daaraan te doen?)

Bestuurdersaansprakelijkheid: ook een onbezoldigd bestuurder kan persoonlijk aansprakelijk zijn (en wat valt daaraan te doen?)

Ook een bestuurder die zijn bestuurstaken onbezoldigd verricht, kan met zijn privévermogen aansprakelijk zijn. Daarbij doet het niet ter zake of het gaat om een bestuurder van een B.V./N.V. of van een stichting of vereniging (etc.). ‘Liefdewerk, oud papier’ kan een onjuist handelend bestuurder dus duur komen te staan. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van een recent arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.AlgemeenOok een bestuurder die zijn bestuurstaken onbezoldigd (dus zonder vergoed...
Leestijd 
Auteur artikel Daan Baas
Gepubliceerd 04 september 2017
Laatst gewijzigd 07 september 2018

Ook een bestuurder die zijn bestuurstaken onbezoldigd verricht, kan met zijn privévermogen aansprakelijk zijn. Daarbij doet het niet ter zake of het gaat om een bestuurder van een B.V./N.V. of van een stichting of vereniging (etc.). ‘Liefdewerk, oud papier’ kan een onjuist handelend bestuurder dus duur komen te staan. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van een recent arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Algemeen

Ook een bestuurder die zijn bestuurstaken onbezoldigd (dus zonder vergoeding) verricht, kan persoonlijk aansprakelijk zijn. Het gaat daarbij dus om aansprakelijkheid met het privévermogen. Dit kan aanzienlijke consequenties hebben voor bestuurders (of commissarissen/toezichthouders), maar ook voor de thuissituatie. Temeer indien de bestuurder in gemeenschap van goederen is getrouwd.

Het doet niet ter zake of het gaat om een bestuurder van een B.V./N.V. of van een stichting of vereniging (etc.).

‘Liefdewerk, oud papier’ kan een onjuist handelend bestuurder dus duur komen te staan. Datzelfde geldt overigens voor een juist handelend bestuurder die ervan wordt beschuldigd onjuist te hebben gehandeld; hij moet immers allerhande kosten maken om zich te verweren.

Persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder die zijn taak onbezoldigd verricht is niets nieuws. De norm die geldt voor persoonlijke aansprakelijkheid (een ernstig persoonlijk verwijt) heeft immers evengoed werking indien tegenover de bestuurstaak geen vergoeding staat. De tegengestelde situatie zou ook maatschappelijk ongewenst zijn. Niettemin lijken lang niet alle onbezoldigde bestuurders zich van de risico’s bewust te zijn.

Arrest Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Op 29 augustus 2017 wees het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een arrest waarin de persoonlijke aansprakelijkheid van onbezoldigde bestuurders werd bevestigd.

De Stichting Exploitatie PWA Centrum (hierna: PWA) exploiteerde de multifunctionele ijshal SilverDome. B2S organiseerde dance evenementen. PWA en B2S sloten een overeenkomst voor het houden van een dance evenement in de SilverDome. PWA garandeerde daarin over een vergunning te beschikken met een maximaal aantal bezoekers van 6.500.

Vervolgens werd door de gemeente de evenementenvergunning van PWA ingetrokken omdat zij niet tijdig een zogenaamd TNO-rookvultijdenmodel had ingediend. Deze was vereist op advies van de brandweer. Gevolg hiervan was dat de gemeente uitging van een maximaal aantal bezoekers van 1.500 zoals opgenomen in de gebruiksvergunning.

B2S heeft ten gevolge hiervan aanzienlijke schade geleden, welke is vergoed door haar verzekeraars. De verzekeraars hebben regres willen nemen. Omdat PWA failliet ging, hebben de verzekeraars de voorzitter van de raad van bestuur (hierna: de bestuurder)) van PWA persoonlijk aansprakelijk gehouden.

Het hof oordeelt dat voornoemde garantiebepaling ertoe leidde dat PWA ervoor behoorde in te staan dat bij “Project Hardcore” maximaal 6.500 bezoekers konden worden toegelaten. Nu er op die dag niet meer dan 1.500 bezoekers in de SilverDome konden worden toegelaten, is sprake van een tekortkoming van PWA in de nakoming van haar garantieverbintenis.

Vervolgens overweegt het hof dat voor aansprakelijkheid van de bestuurder naast PWA onder bijzondere omstandigheden sprake kan zijn indien hem van deze tekortkoming persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt.

Het hof overweegt in lijn met de bekende norm uit het arrest Ontvanger/Roelofsen (NJ 2006/659):

er kan grond zijn voor aansprakelijkheid van een bestuurder van een vennootschap indien deze heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de vennootschap haar (wettelijke of) contractuele verplichtingen niet nakomt en indien zijn handelen of nalaten als bestuurder ten opzichte van de schuldeiser in de gegeven omstandigheden zodanig onzorgvuldig is dat hem daarvan persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake kunnen zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. Er kunnen zich echter ook andere omstandigheden voordoen op grond waarvan een ernstig persoonlijk verwijt kan worden aangenomen

Naar het oordeel van het hof gelden deze regels ook indien het gaat om aansprakelijkheid van een bestuurder van een stichting, zoals hier aan de orde.

Het hof neemt het oordeel van de rechtbank over dat de bestuurder een ernstig persoonlijk verwijt kan worden gemaakt. PWA verkeerde tijdens het gewraakte handelen reeds in financieel zwaar weer. De bestuurder heeft onvoldoende gemotiveerd weersproken dat hij wist dan wel behoorde te begrijpen dat PWA geen verhaal zou bieden voor de schade van B2S. Als voorzitter van het bestuur, verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken, waaronder het financiële beleid van PWA moet hij geacht worden van de financiële noodtoestand van PWA op de hoogte te zijn.

Tot slot heeft de bestuurder een beroep op matiging van de schadevergoeding gedaan, omdat hij meent dat het toewijzen van volledige schadevergoeding tot kennelijk onaanvaardbare gevolgen zou leiden.

De enkele stelling dat hij als onbezoldigd bestuurder werkzaam is geweest voor PWA is, zonder nadere toelichting die ontbreekt, niet toereikend voor een geslaagd beroep op matiging. Het ziet er overigens naar uit dat hier door de bestuurder onvoldoende (deugdelijk en gemotiveerd) verweer is gevoerd, ook omdat in andere uitspraken niet zelden een beroep op matiging vanwege onder meer het onbezoldigde element wordt toegewezen.

De bestuurder wordt veroordeeld om aan B2S een bedrag van ruim EUR 170.000 te betalen.

Kunnen de risico’s worden voorkomen?

Het risico van persoonlijke aansprakelijkheid valt (goeddeels) te voorkomen.

Voorop staat uiteraard het adagium ‘voorkomen is beter dan genezen’: er dient gehandeld te worden als weldenkend en deskundig bestuurder. Er zijn allerhande denkbare maatregelen/tips&tricks om persoonlijke aansprakelijkheid zoveel mogelijk te voorkomen. Daarnaast dient in het voorkomende geval deugdelijk verweer worden gevoerd door een kundig advocaat.

Afgezien van dergelijke op het bestuur en verweer zelf gerichte maatregelen, zijn er ook andere preventieve maatregelen mogelijk.

Een verstandig bestuurder, ook van een vrijetijdsvereniging (denk aan een hockeyclub, etc.), doet er bijvoorbeeld verstandig aan om zich tijdig contractueel in te dekken tegen eventuele persoonlijke aansprakelijkheid. Tegen zowel interne (vanuit de rechtspersoon) en externe (vanuit derden) aansprakelijkheid kunnen maatregelen genomen worden.

Van de rechtspersoon kan de bestuurder een vrijwaring/vrijtekening/decharge verlangen, waarmee beoogt wordt dat kwijting wordt verleend voor eventuele aansprakelijkheid (intern) of de schadelijke gevolgen van eventuele persoonlijke aansprakelijkheid worden doorgeleid naar de rechtspersoon (extern).

Een en ander kan bijvoorbeeld worden vastgelegd in de statuten of in een apart contract (of ingeval van een bezoldigde functie in een arbeidscontract).

De hiervoor bedoelde maatregelen hebben niet in alle gevallen het gewenste effect (bijvoorbeeld in geval van faillissement van de rechtspersoon). Daarom valt het bestuurders aan te raden om per definitie ook een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering af te (laten) sluiten. Deze zogenaamde BCA- (of D&O-)verzekering dekt niet alleen de eventuele schade die is veroorzaakt door de verweten handelwijze, maar ook de kosten van verweer tegen de bestuurdersaansprakelijkheidsclaim. De verzekeraar zal assisteren bij het aanstellen van een kundige advocaat.

Ook onbezoldigd bestuurders doen er dus goed aan zich tijdig te vergewissen van de risico’s die hun bestuurstaak met zich kunnen brengen. Zij kunnen (op zijn minst goeddeels) voorkomen dat zij met hun privévermogen aansprakelijk zijn voor de schadelijke gevolgen van hun bestuurshandelen.

 

Auteur: mr. D.K. (Daan) Baas, advocaat bij Dirkzwager advocaten & notarissen N.V.