1. Home
  2. Kennis
  3. Artikelen
  4. Debiteurenbeleid van een onderneming en het faillissement van een debiteur (1)

Debiteurenbeleid van een onderneming en het faillissement van een debiteur

Een actief debiteurenbeleid is voor elke onderneming van groot belang. Een debiteur wordt, indien de schuldeiser hem herinnert aan de vervulling van zijn verplichtingen, eerder geprikkeld zijn openstaande facturen te voldoen.Er zijn daarnaast diverse juridische middelen beschikbaar die de debiteur met achterstand in betaling extra kunnen motiveren tot betaling over te gaan. Zo kan de schuldeiser conservatoir (bewarend) beslag leggen op de goederen dan wel bankrekeningen van zijn debiteur. Een...
Leestijd 
Auteur artikel Dirkzwager
Gepubliceerd 26 oktober 2009
Laatst gewijzigd 16 april 2018
Een actief debiteurenbeleid is voor elke onderneming van groot belang. Een debiteur wordt, indien de schuldeiser hem herinnert aan de vervulling van zijn verplichtingen, eerder geprikkeld zijn openstaande facturen te voldoen.

Er zijn daarnaast diverse juridische middelen beschikbaar die de debiteur met achterstand in betaling extra kunnen motiveren tot betaling over te gaan. Zo kan de schuldeiser conservatoir (bewarend) beslag leggen op de goederen dan wel bankrekeningen van zijn debiteur. Een beslag moet wel worden gevolgd door een juridische procedure. Nadat de rechter de debiteur heeft veroordeeld tot betaling kunnen de beslagen goederen uitgewonnen worden. Meer omdat een beslag voor de debiteur hinderlijk kan zijn zal zo’n beslag de debiteur een reden kunnen geven om maar snel te betalen.

Een ander pressiemiddel om de debiteur te bewegen al langer openstaande facturen te betalen is het aanvragen van zijn faillissement. Indien een debiteur geconfronteerd wordt met een faillissementsaanvraag zal deze eerder bereid zijn te betalen ter voorkoming van zijn faillissement. Het incassomiddel van de faillissementsaanvraag brengt minder kosten met zich dan het leggen van conservatoir (bewarend) beslag. Er bestaat wel het risico dat de debiteur niet afdoende reageert op de faillissementsaanvraag en de vordering (de facturen vermeerderd met incasso- en proceskosten) niet voldoet. Dan zal het faillissement van de debiteur worden uitgesproken. Overigens kan een onderneming in moeilijkheden ook zelf aangifte doen van zijn faillissement, als de onderneming voorziet niet langer zijn opeisbare schulden te kunnen voldoen.

Wat betekent het als de Rechtbank een debiteur failliet verklaart? Het faillissement verkrijgt onmiddellijk werking. Het is voor de debiteur mogelijk hoger beroep of verzet  in te stellen tegen de faillietverklaring. Dit doet evenwel niets af aan de werking van het faillissement. Pas als uitspraak is gedaan op het hoger beroep of verzet komt het faillissement te vervallen. Dit kan enige weken in beslag nemen.

Op het moment van de faillissementsuitspraak wordt het vermogen van de debiteur gefixeerd. De debiteur is niet meer bevoegd over zijn eigen vermogen te beschikken. Alles wat op de dag van uitspraak aanwezig is moet verdeeld worden over alle schuldeisers. De debiteur mag dit niet zelf doen, daarom wordt een curator door de rechtbank aangesteld. De onderneming van de debiteur zal in uitzonderlijke gevallen worden voortgezet nadat het faillissement is uitgesproken. Dan is de debiteur is niet meer zelf bevoegd afspraken te maken met derden. Het is dus zaak te zorgen dat leveringen of diensten alleen voortgezet worden met toestemming van de curator. Anders bestaat een risico dat leveringen of diensten na datum faillissement niet meer zullen worden betaald.

Niet alle crediteuren hebben een gelijke positie ten opzichte van elkaar. Zo hebben de Belastingdienst en het UWV in faillissement een algemene voorrangspositie op grond van de wet. Voor leveranciers is het ook mogelijk een bepaalde voorrang te creëren, bijvoorbeeld door het overeenkomen van een eigendomsvoorbehoud. In een dergelijk geval zal de curator de geleverde en onbetaald gebleven producten afgeven aan de leverancier, nadat deze de vordering en het overeengekomen eigendomsvoorbehoud heeft aangetoond. Indien de schuldeiser zaken van de debiteur onder zich heeft, kan ook het inroepen van een retentierecht voorrang opleveren op de opbrengst van die zaken. Indien een leverancier geen voorrang heeft verkregen, zal deze meedelen in het restantactief in het faillissement met alle gewone crediteuren. Helaas blijft voor de gewone crediteuren vaak weinig tot niets over. Een actief debiteurenbeleid kan daarom enige kopzorgen voorkomen.